'Veel koudwatervrees bij opzetten van Pob' CA AR: Personeelsontwikkelingsbeleid zaak van management én medewerkers Algemeen Rabobank Geldrop kiest voor volwassen arbeidsverhoudingen Veel directeuren van lokale banken hebben last van koudwater vrees bij het aan de slag gaan met een Personeelsontwikkelings beleid. Frans Broos weet waar hij het over heeft, want zelf is hij directeur van Rabobank Geldrop en Heeze-Leende. "Veel collega's denken dat mondige medewerkers aan hun stoelpoten zagen. Niets is minder waar. Het opzetten van een goed Pob is voor onze bank een gigantische sprong voorwaarts geweest. Voor de mensen, maar ook in commercieel opzicht." "Het is voor mij onbegrijpelijk dat bij veel lokale banken het Personeelsontwikkelingsbeleid (Pob) nog steeds geen hot item is", zegt Jan van den Bogaard, voorzitter van de werknemersdelegatie van de CAAR. "Een goed beleid le vert deskundig en gemotiveerd personeel op, een goede werksfeer en uiteindelijk tevreden klanten." In contacten met de achter- medewerkers - wordt omge- ban merkt de CAAR regel- gaan met CAO-afspraken, matig dat bij veel lokale regelingen zoals opgenomen banken 'creatief' - en dan in het handboek Personeel meestal in het nadeel van de en het organisatiebeleid. Uit onderzoek van de CAAR blijkt dat maar de helft van de banken actief is met Pob. Onder Personeelsontwik kelingsbeleid wordt verstaan wat er van werkgevers en werknemers wordt verwacht om medewerkers optimaal te laten functioneren. Een ruim begrip dus, met een breed scala aan onderwer pen: opleidingen, promotie, demotie, parttime werken, loopbaanontwikkeling, et cetera. Belangrijk daarbij zijn de volwassen arbeids verhoudingen. Die ontbre ken volgens de werkne mersdelegatie van de CAAR nogal eens. Van den Bogaard: "Er zijn nog steeds directeuren die alles voor schrijven of medewerkers die hun mond houden. Pob gaat uit van een gezamen lijke verantwoordelijkheid van management en medewerkers." Rabobank Geldrop en Heeze-Leende heeft zware tijden achter de rug. "Gaat het je als bank voor de wind, dan heeft het Pob waar schijnlijk geen prioriteit. Maar wij hebben vier fu sies meegemaakt. Er was een slechte werksfeer, een personeelsverloop van twintig procent, slechte accountantsrapporten, ga zo maar door. We hebben toen allerlei adviseurs over de vloer gehad, maar uit eindelijk gezegd: we doen het zelf. Eerst zijn we met het hele personeel een weekend de hei op geweest om over de problemen en vooral over de toekomst te praten. Daarna nog een keer met het MT en daarna met een kleine groep mede- 10 werkers. Uiteindelijk ble ken we over veel zaken hetzelfde te denken." Betrokkenheid Er kwam een stuurgroep van drie mensen die eind 'c zijn plannen ontvouwde. Broos: "Zo'n twintig colle ga's meldden zich daarna om zitting te nemen in werkgroepen die praktische vragen moesten beantwoor den over werksfeer, parttime werken, cultuur, et cetera." Ellen Martens, lid van de RL 'Wil je goede kandidaten binnenhouden of krijgen, dan moeten zaken als kinderopvang en parttime werken goed geregeld zijn.' stuurgroep: "De werkgroe pen hadden vier maanden de tijd. Tussendoor werd steeds onderling teruggekoppeld en ook naar MT en OR. Toen hebben we avonden georga niseerd waarop het hele per soneel kon meepraten. Iedereen had inmiddels ons op schrift gestelde plan gele zen. Na de gezamenlijke avonden meldde zich een derde van de medewerkers om verder mee te denken. Het had dus effect. De be trokkenheid groeide." Spreken uit ervaring Pob behelst volgens Broos meer dan louter arbeids voorwaarden. "Het is een strategisch beleidsinstru ment. Neem kinderopvang en parttime werken. Wil je goede kandidaten binnen houden of krijgen, dan moet je dat soort zaken goed regelen. Ons budget voor kinderopvang is twee keer zo groot als in de CAO wordt voorgeschreven. Een belangrijke vraag was: wat is het minimale aantal uren dat iemand moet werken? Het management dacht 18 uur of 2,5 dag. De mede werkers kwamen op 24 uur of drie dagen. En zij spreken uit ervaring. Als je mensen de vrijheid en verantwoor delijkheid geeft om zelf plannen te maken, dan werkt dat. Stop energie in je mensen en de rest komt van zelf. De organisatie roept dat de commerciële slag kracht met dertig procent omhoog kan. Nou, dan móet je dus investeren in je medewerkers. Wellicht let ten banken te veel op de kosten van zo'n proces. Hier komt duidelijk eerst de 'Cost' en dan pas de 'Baet'." Volwassen arbeidsverhoudingen Martens steekt haar tevre denheid over de relatie met de directie niet onder stoe len of banken. "Iedereen kan hier de directeur aan spreken op zijn beleid of be slissingen. Ook dat hoort bij volwassen arbeidsverhou dingen." Broos vult aan dat het vooral draait om samen werken. "In mijn beginpe riode hier heb ik behoorlijk gevochten met de OR. Dat bleek weinig vruchtbaar. Alleen door samenwerking kun je dingen op de rails krijgen. De OR is geen be dreiging maar een partner. We kunnen niet zonder el kaar. Dat geldt voor ieder een die bij de bank is be trokken: bestuur, OR, medewerkers en MT." Een goed Personeelsontwik kelingsbeleid werkt, beslui ten Broos en Martens. "Kijk maar naar het per soneelsverloop. Dat is terug gelopen van twintig naar vier procent." Rabokrant Extra

Rabobank Bronnenarchief

Rabokrant | 2000 | | pagina 10