Rabobank Pensioenfonds
rondt 'huiswerk' 1997 af
Thema: Pensioenfonds
Wijzigingen in pensioenregeling op komst
Het Rabobank Pensioenfonds heeft zijn 'huiswerk' over
het afgelopen jaar afgerond. Deze week verschijnt het
jaarverslag over 1997 in een lange en een korte versie.
De uitgebreide versie gaat naar besturen en directies van
lokale banken en bedrijfsrelaties van het fonds. Het ver
korte jaarverslag is bestemd voor de deelnemers en de
gepensioneerden en zit bij deze editie van de Rabokrant
Extra. De persoonlijke pensioenboekjes met de jaarlijkse
pensioenopgave worden voor september naar de deelne
mers verstuurd.
Het jaar 1997 was
voor het Rabo
bank Pensioen
fonds een succesvol beleg
gingsjaar, het beste zelfs in
het bestaan van het fonds.
In het jaarverslag staat dat
het Schotse onderzoeksbu
reau WM Company (WM)
heeft berekend dat het ren
dement van het fonds over
het afgelopen jaar uitkwam
op 17,1%. Alle Nederlandse
pensioenfondsen samen die
meedoen aan de 'performan
ce-meting' van WM behaal
den een gemiddeld rende
ment van 15,8%. Het
Rabobank Pensioenfonds re
aliseerde een hoger rende
ment omdat het fonds ge
middeld meer in aandelen
heeft belegd. Door de goede
beleggingsresultaten konden
de pensioenuitkeringen in
1997 worden aangepast aan
de kosten van levensonder
houd. Voor de Rabobank-
werkgevers zorgden ze voor
een gunstige jaarpremie
voor de collectieve pen
sioenregeling.
AOW-toeslag vervalt
In het jaarverslag wordt ook
aandacht besteed aan de
AOW. Die is eind 1995 in
grijpend gewijzigd. Een be
langrijke verandering die
nog niet bij alle betrokkenen
bekend blijkt te zijn, is dat
de AOW-toeslag per 1 janu
ari 2015 vervalt. Dit is het
geval bij deelnemers en (hu
welijkspartners die beiden
zijn geboren op of na 1 ja
nuari 1950. Een AOW'er
met een partner die jonger is
dan 65 jaar krijgt nu, naast
een AOW van 50% van het
netto-minimumloon, een
toeslag van maximaal 50%
van het netto-minimumloon.
Vanaf 2015 ontvangt hij of
zij voor de jongere partner
geen AOW-toeslag meer.
Voor dit 'gat' komt geen
collectief aanvullend pro
duct. Het Pensioenfonds ad
viseert deelnemers die be
hoefte hebben aan het
Partnerpensioen
Een andere ontwikkeling is
het geregistreerd partner
schap. Partners van gelijk of
verschillend geslacht kunnen
zich sinds de inwerkingtre
ding van de Wet op de
Partnerregistratie op
1 januari 1998 bij de
Burgerlijke Stand laten
registreren. Vanaf de
registratiedatum heeft
de partner recht op na
bestaandenpensioen,
zoals dat ook geldt
voor gehuwden. Het
reglement van het
Rabobank Pensioen
fonds zal in de loop
van het jaar met be
trekking tot dit onder
deel worden aangepast.
Als gevolg daarvan
hebben geregistreerde
partners dan, naast ge
trouwde deelnemers en
partners met een sa
menlevingsovereen
komst die bij het
Pensioenfonds zijn aange
meld, recht op nabestaanden
pensioen. Voorgesteld is dat
het partnerpensioen wordt
opgebouwd met ingang van
na 31 december 1998 in
dienst treden geldt een aan
tal nieuwe normen, die in
een nieuwe regeling worden
verwerkt. Deze zal ook van
toepassing zijn voor mede
werkers die al in dienst zijn
1949 en vóór 1 januari
1964 wordt voorgesteld de
huidige regeling te blijven
toepassen, maar met een
verlaging van de pensioen
leeftijd naar 62 jaar.
Directeuren van lokale ban
ken die jonger zijn dan 50
jaar kunnen inmiddels ook
met 62 met pensioen.
Medewerkers die tussen
62 en 65 jaar uit dienst tre
den, hebben recht op 75%
van hun inkomen. Wie vóór
1 januari 1949 is geboren
blijft ook onder de oude re
geling vallen. Voor deze
De Infolijn van het Rabobank Pensioenfonds is iedere werkdag van twee
tot vier uur 's middags bereikbaar.
Het Pensioenfonds signaleert een stijging in levensverwachting
mannen en vrouwen in jaarverslag.
opvullen van het hiaat een
individuele lijfrenteverzeke
ring af te sluiten bij bijvoor
beeld Interpolis via hun lo
kale bank. De cijfermatige
situatie in 2015 voor deze
groep deelnemers staat in
hun pensioenboekje.
1 januari 1989 of later, als
medewerkers na deze datum
in dienst zijn getreden.
Nieuwe pensioenregeling
De nieuwe CAO heeft ook
gevolgen voor het pensioen.
Voor medewerkers die op of
van de Rabobankorganisatie
en geboren zijn na 1 januari
1964. De normen behelzen
onder meer een pensioen-
richtleeftijd van 62 jaar, start
van de pensioenopbouw bij
indiensttreding in plaats van
vanaf 25-jarige leeftijd en de
inbouw van de AOW in het
pensioen op basis van de uit
kering voor een ongehuwde.
In de nieuwe regeling wor
den ook mogelijkheden op
genomen om af te zien van
nabestaandenpensioen en zo
een hoger ouderdomspen
sioen op te bouwen en zelf te
sparen voor vervroegd uit
treden tussen 60 en 62 jaar.
Daarvoor wordt een aanvul
lende verzekering ontwik
keld. De Rabobank wil ook
deeltijdpensioen opnemen in
de nieuwe regeling en het
meenemen van een eventueel
variabel beloond bedrag in
de pensioenopbouw.
Huidige regeling aangepast
Voor medewerkers die zijn
geboren op of na 1 januari
groep gelden de overgangs
bepalingen in de CAO, die
inhouden dat de leeftijd
waarop de VUT ingaat ge
leidelijk wordt opgetrokken
naar 61,75 jaar. Meer infor
matie over de wijzigingen en
de nieuwe pensioenregeling
staat in de nieuwsbrief in
het persoonlijke pensioen
boekje. De veranderingen
zijn al besproken door de
Hoofddirectie en moeten
nog aan de orde komen in
vergaderingen van het be
stuur en de deelnemersraad
van het Rabobank Pensioen
fonds.
De Infodesk Arbeidszaken,
(030)216 44 46, geeft infor
matie over pensioenontwikke
lingen. De Infolijn Rabobank
Pensioenfonds, (013) 462 26
66, is het juiste adres voor vra
gen over de pensioenvoorzie
ning. Bereikbaar tussen twee
en vier uur 's middags.
10
Rabokrant Extra