Inhoudsopgave Bestuursverslag Corporate governance
Groepsbreed Beloningsbeleid
De uitgangspunten en richtlijnen uit de Visie op belonen
zijn nader uitgewerkt in het Groepsbreed Beloningsbeleid.
Hierin zijn ook vereisten vanuit wet- en regelgeving verankerd,
zoals de Wet beloningsbeleid financiële ondernemingen (Wbfo),
de Regeling Beheerst Beloningsbeleid, de Capital Requirements
Directive IV (CRD IV) en de Code Banken.
Het GBB is van toepassing op de gehele Rabobank Groep.
De directies van de dochterbedrijven (DLL, Rabo Vastgoed-
groep, Obvion) dragen zorg voor de vaststelling en uitvoering
van een beloningsbeleid dat in lijn is met de Visie op belonen
en het GBB. De raad van bestuur van de Rabobank bepaalt het
beloningsbeleid voor de lokale Rabobanken. De raden van
commissarissen van lokale Rabobanken zien toe op de uitvoe
ring van het beloningsbeleid bij lokale Rabobanken binnen het
bepaalde beleid.
Het GBB is in overeenstemming met de bedrijfsstrategie, de
kernwaarden en het gewenste risicoprofiel van Rabobank
Groep. Het ondersteunt een robuust en effectief risicomanage
ment en ontmoedigt het nemen van ongewenste risico's.Tege
lijkertijd stelt het de Rabobank in staat op alle markten goed
gekwalificeerde medewerkers aan te nemen en te behouden.
Bovendien stimuleert het medewerkers om duurzame resul
taten na te streven die overeenstemmen met de langetermijn-
belangen van Rabobank Groep en haar klanten.
Variabele beloning
Veruit de meeste medewerkers van de Rabobank ontvangen
geen variabele beloning. Zo is in 2013 het variabel inkomen in
de cao en voor de raad van bestuur afgeschaft. In 2014 verviel
ook de variabele beloning voor executives (de lagen direct
onder de raad van bestuur).
Bepaalde groepen medewerkers kunnen nog wel in aanmerking
komen voor variabele beloning, met name binnen Wholesale,
Rural Retail, DLL en Rabo Vastgoedgroep. In 2015 bestond 4%
van de totale beloning uit variabele beloning, wat neerkomt op
195,8 miljoen euro voor Rabobank Groep wereldwijd.
Voor medewerkers met variabele beloning gelden de onder
staande risicobeheersende maatregelen:
Maximering variabele beloning
Waar nog variabele beloning wordt toegekend, is deze
gemaximeerd. In Nederland geldt dat eventuele variabele
beloning (gemiddeld) maximaal 20% van het vast inkomen
mag bedragen.
Jaarrekening Rabobank Groep Jaarrekening Rabobank Pillar 3
Uitgestelde variabele beloning
Op variabele beloning is een deferralbeleid van toepassing.
Dit houdt in dat een deel van de variabele beloning uitgesteld
wordt uitbetaald. De uitgestelde betaling bestrijkt een
voldoende lange termijn van ten minste drie jaar, zodat de
ex-posttoets kan worden uitgevoerd.
Afgewogen mix prestatiedoelstellingen
Performance management is zo ingevuld dat het klantbelang
centraal staat. De prestatiedoelstellingen bevatten geen prikkels
die aanzetten tot onzorgvuldig gedrag en gedrag dat niet in het
belang is van de klant. De prestatiedoelstellingen vormen een
evenwichtig geheel van financiële en niet-financiële criteria.
Hierbij geldt dat minimaal de helft van de prestatiedoelstel
lingen bestaat uit niet-financiële doelstellingen.
Ex-antetoets
Jaarlijks toetst de raad van bestuur of uitbetaling van de voor
genomen variabele beloningen verantwoord is, tegen de ach
tergrond van het toetsingsvermogen en de solvabiliteitsratio
van Rabobank Groep. Deze ex-antetoets draait dus om de vraag
of de Rabobank in staat is om uit te betalen zonder in financiële
problemen te komen. De toets wordt vervolgens ter goed
keuring voorgelegd aan de raad van commissarissen.
Ex-posttoets
Voordat uitgestelde en voorwaardelijk toegekende bedragen
vrijvallen, en voordat de bank deze onvoorwaardelijk toekent,
toetsen we of er aanleiding bestaat om de hoogte van de
bedragen naar beneden bij te stellen. Bij deze toets staat dus
de vraag centraal: was de toekenning van de variabele beloning
terecht, ook met de kennis van dit moment?
Claw back
In bijzondere gevallen kan de Rabobank met terugwerkende
kracht een beloning intrekken. Dit heet claw back. Rabobank
Groep is bevoegd een uitbetaalde variabele beloning geheel
of gedeeltelijk terug te vorderen van zowel medewerkers als
ex-medewerkers, indien:
de uitkering heeft plaatsgevonden op basis van onjuiste of
misleidende informatie over het bereiken van de prestatie
doelstellingen of over de omstandigheden waarvan de
variabele beloning afhankelijk was gesteld;
de betrokken medewerker fraude heeft gepleegd;
er sprake is van deelname aan of verantwoordelijkheid voor
gedrag dat heeft geleid tot aanzienlijke verliezen en/of
reputatieschade;
de medewerker niet heeft voldaan aan passende normen
rond bekwaamheid en correct gedrag.
102 Rabobank Jaarverslag 2015