Vooruitblik wholesalebankbedrijf en internationaal
retailbankbedrijf
Bedrijfslasten dalen met 23%
De totale bedrijfslasten van het wholesalebankbedrijf en internationaal retailbankbedrijf daalden
in 2014 met 23% tot 2.417 (3.132) miljoen euro. De verkoop van Bank BGZ leidde tot een daling
van het aantal medewerkers met 5.289 fte's. De reductie van het aantal medewerkers droeg in
combinatie met het lagere activiteitenniveau bij aan een afname van de personeelskosten met
8% tot 1.164 (1.270) miljoen euro. De andere beheerskosten daalden met 31% tot 1.166 (1.736)
miljoen euro. Vorig jaar waren deze kosten hoog doordat de schikkingen die de Rabobank was
overeengekomen na de Libor-onderzoeken hieronder waren opgenomen. Ook leidde dit toen
tot een relatief hoge belastingdruk. Lagere afschrijvingen op immateriële vaste activa en
software leidden tot een daling van de afschrijvingen met 31% tot 87 (126) miljoen euro.
Kosten kredietverliezen bedragen 44 basispunten
Wereldwijd was sprake van economische groei. Met name in de landen buiten Europa trok de
economie verder aan. Deze groei droeg bij aan de daling van de kosten kredietverliezen bij het
wholesalebankbedrijf en het internationale rural- en retailbankbedrijf met 26% tot 420 (568)
miljoen euro. Met name bij het Rural Retailbanking daalden de kosten kredietverliezen.
De kosten kredietverliezen bij ACC Loan Management kwamen 135 miljoen euro lager uit op
190 (325) miljoen euro. De totale kosten kredietverliezen bedragen 44 (57) basispunten van de
gemiddelde kredietportefeuille en lagen daarmee onder het langjarige gemiddelde van
57 basispunten.
Regulatory capital neemt toe met 3%
Het regulatory capital, de externe vermogenseis, voor het wholesalebankbedrijf en internationaal
retailbankbedrijf, steeg in 2014 met 3% tot 6,4 (6,2) miljard euro, vooral als gevolg van een
toename van marktrisico door een gewijzigde kapitaalberekening als gevolg van de inwerking
treding van de CRR (CRD IV). Het kapitaal voor kredietrisico bleef nagenoeg gelijk. De activa-
groei werd gecompenseerd door de verkoop van Bank BGZ. Het economic capital, de interne
vermogenseis, bedroeg 7,3 (7,0) miljard euro. Deze toename is met name het gevolg van een
toename van het kapitaal voor marktrisico.
In lijn met de wereldwijde verbetering van de economische situatie, zullen de kosten krediet
verliezen naar verwachting in 2015 iets lager uitkomen. De omvorming naar een plattere orga
nisatie met minder managementlagen en een daling van het aantal medewerkers zal leiden tot
lagere kosten. Daar staat tegenover dat door toenemende regelgevingseisen, onder andere in
de Verenigde Staten, een opwaartse druk op de kosten zal ontstaan. De overige resultaten zullen
in 2015 naar verwachting dalen ten opzichte van 2014. In 2014 waren de overige resultaten
hoog als gevolg van de sterke krimp van de illiquide activaportefeuille. Ook liggen de baten en
lasten inmiddels op een lager niveau door de verkoop van Bank BGZ. Mede als gevolg van deze
ontwikkelingen zal de nettowinst van het wholesalebankbedrijf en internationaal retailbank
bedrijf in 2015 waarschijnlijk lager zijn dan in 2014. De kredietportefeuille wordt in 2015 verder
in lijn gebracht met de food- en agristrategie en dit zal gepaard gaan met een verdere afbouw
van de niet-kernactiviteiten. De strategie van het wholesalebankbedrijf en internationaal retail
bankbedrijf is in 2015 onveranderd ten opzichte van 2014: marktleiderschap in Nederland en
internationaal een focus op de food- en agrisector.
Jaarverslag 2014 Rabobank Groep