Pensioenen Overige ontwikkelingen Belonen bij organisatieonderdelen en dochters Tussen vakbonden en groepsentiteit De Lage Landen (DLL) hebben in 2011 en 2012 onder handelingen plaatsgevonden om te komen tot een nieuwe cao per 1 februari 2012. Er is echter geen overeenkomst bereikt. DLL heeft de cao opgezegd met ingang van 1 februari 2013. Op deze datum is - in samenwerking met de Ondernemingsraad - een nieuw collectief arbeidsvoorwaardenreglement ingegaan, genaamd Your Employment Conditions. De bedrijfsresultaten van Rabo Vastgoedgroep staan onder druk als gevolg van de aan houdende tegenwind in de vastgoedmarkten, toenemende wet- en regelgeving en forse bezuinigingsmaatregelen door de overheid. Toch is het de cao-partijen gelukt om per 1 oktober 2012 een nieuwe cao af te sluiten. Daarbij is afgesproken de cao-aanpassingen beperkt te houden en pas op de plaats te maken op belangrijke thema's als loon en Sociaal Plan. Tevens is overeengekomen dat de cao-partijen in de komende cao-periode gezamenlijk gaan werken aan de uitwerking van belangrijke cao-thema's voor de zogenaamde 'cao van overmorgen'voor Rabo Vastgoedgroep. Het gaat daarbij om thema's als beloning, mobiliteit, individuele keuzevrijheid, modernisering en vereenvoudiging van de cao waarbij versobering ook aan de orde is. De pensioenvoorziening voor medewerkers van de lokale Rabobanken, Rabobank Nederland, DLL, Obvion, Orbay en Rabo Vastgoedgroep is ondergebracht bij het Rabobank Pensioen fonds. De dekkingsgraad van het Rabobank Pensioenfonds is ultimo 2012 uitgekomen op 118,0%. Bij een vereiste dekkingsgraad van 110,2% betekent dit dat het fonds een reserve overschot had van 7,8%. Deze dekkingsgraad is ten opzichte van het vorig jaar geflatteerd als gevolg van de nieuwe berekeningswijze van de verplichtingen van het fonds. De pensioenverplichtingen van het fonds strekken zich uit over vele jaren. Deze stroom van verschuldigde bedragen wordt weer gegeven in één bedrag: de contante waarde van de pensioenverplichtingen. Deze wordt berekend met behulp van de door DNB vastgestelde rentetermijnstructuur. De minister van SZW heeft besloten dat de rente van langere looptijden in deze rentetermijn structuur niet meer gelijk hoeft te zijn aan de marktrente, maar dat er een hogere rente geldt. Omdat contant maken tegen een hogere rente tot een lagere uitkomst leidt, dalen de ver plichtingen van het fonds en dus stijgt de dekkingsgraad. Hierdoor is de dekkingsgraad van het Rabobank Pensioenfonds 6,8 procentpunten hoger uitgekomen dan het geval zou zijn geweest als de berekeningswijze van het vorig jaar zou zijn gehanteerd. De dekkingsgraad ultimo 2011 bedroeg 115,8%, de op dezelfde wijze berekende dekkingsgraad ultimo 2012 bedroeg 111,2%. Het pensioenakkoord en de aangekondigde daarop aansluitende wet- en regelgeving, evenals aanpassingen in de jaarverslaggevingsregels voor de Rabobank Groep volgens IFRS vormen aanleiding tot herziening van de pensioenregeling. Voor dit project is een breed samengestelde overlegstructuur in het leven geroepen, bestaande uit werkgever, mede zeggenschap, deelnemersraad en vakorganisaties. De Robeco-pensioenregeling is een 'getrapte' regeling. Vanaf vast inkomen boven deze grens ontvangt de deelnemer een beschikbare premie die naar keuze ook aan het brutoloon kan worden toegevoegd. De dekkingsgraad van het Robeco-pensioenfonds bedraagt ultimo 2012 110%. Op grond daarvan zal de indexatie niet volledig worden toegekend. Het Robeco- pensioenfonds heeft besloten om de UFR (ultimate forward rate) niet toe te passen. De adviseurs van de Geschillenregeling Arbeidsverhoudingen (GRA) hebben tot doel geschillen zo veel mogelijk op te lossen door de manager en de medewerker zelf naar een oplossing te begeleiden. In 2011 werd een stijging van het aantal door de GRA te behandelen geschillen geconstateerd. In 2012 is dit aantal weer op het niveau van de jaren ervoor. In 2012 werden er 257 geschillen behandeld. Veel geschillen gingen over functioneren (60%). Het betreft hier zowel het functioneren zelf als de toekomstmogelijkheden als gevolg van het functioneren. De overige geschillen hadden betrekking op reorganisatie (16%), arbeidsvoorwaarden (12%) of werkrelatie (12%). De meest toegepaste behandeling van geschillen is door middel van advisering (83%). In 15% was sprake van bemiddeling (telefonische bemiddeling 4%, mediation 11%). Er werden slechts vier geschillen (2%) voorgelegd ter behandeling in de Geschillencommissie Arbeids verhoudingen, waarbij het in één geval is gekomen tot een bindende uitspraak. De lokale Rabobanken en Rabobank Nederland beschikken overeen Regeling Interne Melding Misstanden (Klokkenluiderregeling). Op grond van deze regeling is een externe vertrouwenspersoon benoemd bij wie medewerkers misstanden kunnen melden. 84 Jaarverslag 2012 Rabobank Groep

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Rabobank | 2012 | | pagina 85