Lokale Rabobanken
Rabobank Groep. De kernwaarden staan vermeld in de Gedragscode Rabobank Groep.
De kernwaarden en de Gedragscode Rabobank Groep zijn in de afgelopen jaren regelmatig
onder de aandacht van de medewerkers gebracht.
Om de medewerkers in staat te stellen te handelen vanuit de Rabobankwaarden en de
geldende denkkaders (Ambitiestatement, Gedragscode Rabobank Groep en specifieke gedrags
lijnen) zijn er verschillende praktische hulpmiddelen ontwikkeld en aangeboden. De bedoeling
hiervan is de medewerkers verantwoorde beslissingen te laten nemen. In eerdere jaren zijn de
kernwaarden en de Gedragscode Rabobank Groep al verankerd in HR-instrumenten. Bij deze
continue aandacht voor de Gedragscode Rabobank Groep en het omgaan met dilemma's past
tevens de moreel-ethische verklaring die is bekrachtigd in 2010.
Kruislingse garantieregeling binnen de Rabobank Groep
Diverse rechtspersonen binnen de Rabobank Groep vormen door hun onderlinge financiële
verbondenheid één geheel. Dit omvat onder andere de lokale Rabobanken, Rabobank
Nederland en een aantal groepsonderdelen. Er bestaat tussen deze rechtspersonen een
interne verhouding van aansprakelijkheidstelling als bedoeld in artikel 3:111 van de Wet op het
financieel toezicht. Deze verhouding ligt besloten in een interne kruislingse garantieregeling.
Deze interne regeling houdt in dat, als een aan de regeling deelnemende instelling een tekort
aan middelen heeft om haar verplichtingen tegenover haar crediteuren na te komen, de
overige deelnemers de middelen van die instelling moeten aanvullen om haar in staat te
stellen haar verplichtingen na te komen.
De lokale Rabobanken hebben een coöperatieve structuur. Hun leden komen voort uit de
lokale klantenkring. Deze lokale Rabobanken en hun leden en klanten vormen het coöperatieve
kernbedrijf van de Rabobank Groep. Midden in de maatschappij, betrokken, dichtbij en toon
aangevend. Medio 2010 heeft de algemene vergadering van Rabobank Nederland besloten om
de verschillende bestuursmodellen die aan de lokale Rabobanken naar keuze ter beschikking
stonden (partnershipmodel en directiemodel), te vervangen door één nieuw bestuursmodel:
het Rabo-model. Op een enkele bank na zijn alle lokale Rabobanken inmiddels overgegaan op
het Rabo-model. De banken die nog niet zijn overgestapt, wijzigen de statuten in 2012.
Via verscheidene organen (kringen, centrale kringvergadering, algemene vergadering en
diverse commissies) voeren de lokale Rabobanken een intensieve dialoog met elkaar en met
Rabobank Nederland over de koers van de groep. De lokale Rabobanken en Rabobank
Nederland hebben over en weer nauwkeurig gedefinieerde rechten en plichten.
Naast een slagvaardig bestuur en onafhankelijk toezicht waarborgt het governancemodel ook
een effectieve ledeninvloed. Zo hebben de leden van lokale Rabobanken belangrijke statutaire
bevoegdheden. Een goede aansluiting bij de leden en een verwevenheid met het werkgebied
worden onder andere gerealiseerd door een actieve en open dialoog met onder meer haar
klanten en leden via de ledenraad en diverse panels.
Statutaire directie
Iedere lokale Rabobank kent een meerhoofdige directie bestaande uit bancaire professionals,
die het collegiale bestuur van de bank vormen. Deze directie wordt na goedkeuring van
Rabobank Nederland benoemd door de lokale raad van commissarissen. De directie functioneert
onder toezicht van de lokale raad van commissarissen. De directie is evenwichtig samengesteld
op basis van complementariteit om de slagvaardigheid van het bestuur te waarborgen. Een
belangrijke taak van de directie is om zorg te dragen voor ledenbetrokkenheid en ledeninvloed.
Raad van commissarissen
De leden van de lokale raad van commissarissen worden na goedkeuring van Rabobank
Nederland voorgedragen door de lokale raad van commissarissen en benoemd door de leden
raad. Een van de taken van de lokale raad van commissarissen is om in de volle breedte toezicht
te houden op de coöperatieve Rabobank. Dit omvat onder meer het beleid van de directie en
88
Jaarverslag 2011 Rabobank Groep