Duurzame voedselzekerheid Een van de grote wereldvraagstukken is hoe in 2050 negen miljard mensen gevoed kunnen worden. Er komen niet alleen twee miljard mensen bij, maar door de toegenomen welvaart worden ook meer dierlijke producten gegeten en groenten en fruit in plaats van zetmeelrijke graanproducten en wortel en knolgewassen. In het licht van deze ontwikkelingen en de groeiende vraag naar granen, suiker en oliezaden voor de productie van biobrandstoffen, zal de voedselproductie in de toekomst met circa 70% moeten stijgen. De Rabobank-studie 'Sustainability and security of the global food supply chain'die eind 2010 verscheen, was een 'wake-up call'voor stakeholders binnen de food- en agrisector die de noodzaak van verduurzaming van de voedselketens aantoonde vanuit het strategische belang voor de politieke en economische stabiliteit in de wereld. In het verslagjaar werd verder onder zoek gedaan naar een strategie om de voedselproductie op een duurzame manier te verhogen. Steeds duidelijker wordt dat de oplossing van het wereldvoedselvraagstuk in handen is van kleine agrarische bedrijven die in ontwikkelingslanden gemiddeld 90% van de agrarische bedrijven uitmaken en 60% tot 80% van het agrarische land bewerken. Om het potentieel van deze bedrijven voor voedselproductie te kunnen benutten, is behoefte aan nieuwe vormen van samenwerking, niet alleen tussen boeren (coöperaties) maar in de hele waardeketen. Er zijn grote investeringen noodzakelijk. Het goede nieuws is dat het internationale agrarische bedrijfsleven en de publieke sector zich er steeds meer van bewust worden en voorzichtig aan het experimenteren zijn. Maatschappelijk verantwoorde dienstverlening: beleggen In 2011 heeft Rabobank Nederland gekozen haar gehele beleggingsdienstverlening in te richten volgens drie duurzaamheidscriteria. Allereerst vraagt de Rabobank aanbieders van beleggingsfondsen om de United Nations Principles of Responsible Investment te onder tekenen. Wie deze richtlijnen ondertekent, zegt toe in zijn beleggingsproces rekening te houden met mens, milieu en goed ondernemingsbestuur. De tweede pijler is ook van de Verenigde Naties afkomstig en heet Global Compact (GC). Onder GC vallen onder meer het respecteren van de mensenrechten, anticorruptie, het tegengaan van kinderarbeid en het stimuleren van de verspreiding van milieuvriendelijke technologieën. De Rabobank hanteert deze uitgangspunten als referentiekader in de beleggingsdienstverlening. De laatste pijler is het beleid van de Rabobank ten aanzien van beleggingen in de wapen industrie. Hierin staat vastgelegd dat de bank geen ondernemingen financiert die betrokken zijn bij de productie van controversiële wapens. Denk aan landmijnen, clustermunitie, kern wapens en biologische wapens. Onderzoek heeft aangetoond dat verantwoord beleggen niet ten koste gaat van het rende ment. Integendeel. Meer en meer blijkt dat ondernemingen die de nadruk leggen op duurzaam heid, ook bovengemiddeld scoren op'normale'bedrijfseconomische variabelen en marktpositie: beter gemotiveerd personeel, lagere financieringskosten en minder kans op schadeclaims. Maatschappelijk verantwoorde dienstverlening: zakelijke kredietverlening Het volledig in haar dienstverlening doorvoeren van maatschappelijke verantwoordelijkheid is een forse opgave, waaraan de Rabobank al enige tijd werkt. De introductie ervan die in de beleggingsdienstverlening in 2011 plaatsvond, heeft al eerder plaatsgevonden in de dienst verlening aan onze zakelijke klanten. Met en voor hen biedt de Rabobank enerzijds transparante dienstverlening en anderzijds ondersteuning bij het streven van klanten naar duurzame vorm geving van hun eigen onderneming. MVO beleidskader In 2011 zijn de OECD Guidelines for Multinational Enterprises gereviseerd en opnieuw vast gesteld. Daarbij is onder meer het nieuwe VN-Framework for Business and Human Rights van kracht geworden (het'Ruggie Framework'). Dergelijke aanpassingen van internationale normen en regels maken geregelde updates van interne regelgeving noodzakelijk. Om die reden zijn in 2011 alle internationale verdragen die de Rabobank heeft ondertekend, vertaald naar een revisie van de interne MVO-richtlijnen voor kredietverlening en vermogensbeheer. Ook is een samen hangend inhoudelijk kader tot stand gebracht, zoals op de volgende pagina weergegeven. 55 Strategisch kader Hoogwaardig duurzaamheidsbeleid

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Rabobank | 2011 | | pagina 56