de mediaan van de relevante arbeidsmarkt bevinden. De variabele beloning voor de leden van
de raad van bestuur is relatief beperkt van omvang, zowel ten opzichte van het vaste inkomen
als ten opzichte van de markt. Het variabele inkomen is gebaseerd op een serie kwantitatieve,
kwalitatieve, individuele en collectieve doelstellingen en heeft betrekking op de lange en
de korte termijn. De raad van commissarissen keurt het beloningsbeleid voor het senior
management goed en ziet toe op de uitvoering hiervan door de raad van bestuur. Materiële
retentie-, en exitpakketten en andere gegarandeerde bonussen zijn niet toegestaan. Enkel bij
het aannemen van nieuwe medewerkers kan uitsluitend voor het eerste jaar een welkomst
vergoeding worden toegekend, ter compensatie voor het vervallen van (uitgestelde) variabele
beloning bij de voormalige werknemer. Eventuele materiële uitzonderingen op het Groeps-
breed Beloningsbeleid moeten de voorafgaande toestemming van de raad van bestuur en de
raad van commissarissen hebben. De hoogste beloningen worden elk jaar door de raad van
commissarissen via een groepsbrede beloningsrapportage besproken.
De Rabobank kent geen variabele beloning in de vorm van optie- of aandeelhoudersrechten
die aan bestuurders of hoger management worden toegekend. Wel wordt in lijn met de
genoemde wet- en regelgeving de variabele beloning van zogenoemde Identified Staff
(medewerkers met een significante impact op het risicoprofiel van de onderneming) voor 50%
toegekend in een instrument, de Deferred Remuneration Note (DRN). De waarde van de DRN
is één-op-één gekoppeld aan de koers van de Rabobank Ledencertificaten. De variabele
beloning van de raad van bestuur van Rabobank Nederland is bescheiden van aard en bedraagt
maximaal 30% van het vaste salaris. Minimaal 60% van de toegekende variabele beloning
wordt in eerste instantie voorwaardelijk toegekend en wordt pas na driejaar onvoorwaardelijk
(dit is de zogeheten uitstelregeling). Slechts bij een aantal zeer specialistische functies binnen
Rabobank International en dochterondernemingen die in het buitenland opereren, wordt een
wat hogere variabele looncomponent uitgekeerd, waarbij een vergelijkbare uitstelregeling
wordt toegepast als voor de raad van bestuur. Dit is in lijn met de beloningspraktijk die voor
dit type medewerkers wereldwijd gebruikelijk is. Binnen de Rabobank is nooit sprake geweest
van een zodanige beloningsstructuur dat hierdoor eventueel onverantwoorde risico's zouden
kunnen worden uitgelokt.
Beoordeling en beloning leden raad van bestuur
De bezoldiging van de leden en oud-leden van de raad van bestuur van Rabobank Nederland
bedroeg in 2011 10,3 (10,3) miljoen euro. Dit bedrag bestaat uit:
In miljoenen euro's
2011
2010
Salarissen
7,0
6,8
Pensioenlasten
1,6
1,6
Prestatiegebonden uitkeringen
1,7
1,7
Overige
0,0
0,2
Totaal lasten
10,3
10,3
Omdat een deel van de lasten met betrekking tot de toegekende prestatiegebonden uitkering
over meerdere jaren wordt verantwoord, zijn de totale lasten onder de personeelskosten
gedaald naar 9,5 (10,3) miljoen euro.
De coöperatieve identiteit en structuur van de Rabobank zijn verankerd in het beloningsbeleid
voor de leden van de raad van bestuur. Binnen het kader van het door de centrale kringverga
dering geformuleerde beloningsbeleid voor de leden van de raad van bestuur, dat past binnen
de Visie op belonen en het Groepsbreed Beloningsbeleid, heeft de raad van commissarissen
de prestatiegebonden uitkering van ieder lid van de raad van bestuur vastgesteld op basis
van de beoordeling die heeft plaatsgevonden naar aanleiding van het functioneren in 2010.
Het volledige remuneratierapport 2010 is na behandeling door de raad van commissarissen
besproken met de vertrouwenscommissie uit de centrale kringvergadering. Laatstgenoemde
commissie heeft hierover verslag gedaan aan de centrale kringvergadering, die optreedt als
vertegenwoordiger van de leden van Rabobank Nederland. Het totale inkomen van ieder lid
104
Jaarverslag 2011 Rabobank Groep