Zeggenschap van leden is verankerd
in de coöperatieve structuur.
gelegenheden, het audit compliance committee, de
benoemingscommissie, de remuneratiecommissie en de
beroepscommissie.
Ledeninvloed
Een belangrijke voorwaarde voor een goede corporate
governance van de Rabobank Groep is de aanwezigheid
van een open cultuur met een duidelijk kenbare verant
woording over het gevoerde bestuur en het gehouden
toezicht. Zonder transparantie zijn verantwoording door
Rabobank Nederland aan de lokale Rabobanken over het
gevoerde bestuur en het gehouden toezicht en een beoor
deling daarvan niet mogelijk. De lokale Rabobanken zijn lid
van de coöperatie Rabobank Nederland. Aan dit lidmaatschap
zijn rechten en plichten verbonden. Invloed en zeggen
schap van de lokale Rabobanken manifesteren zich via
(al dan niet directe) vertegenwoordiging in twee organen:
De centrale kringvergadering is onder andere bevoegd
regels vast te stellen die alle lokale Rabobanken moeten
naleven. Tevens keurt de centrale kringvergadering het
Strategisch Kader goed evenals het jaarplan en de begroting
van de lokale Rabobanken. De uitkomst daarvan bepaalt
mede de koers van de Rabobank Groep. In de centrale kring
vergadering vinden voorts inhoudelijke discussies plaats,
die met name het bedrijf van de lokale Rabobanken betref
fen. Deze discussies zijn niet alleen ingegeven door de spe
cifieke taken en bevoegdheden van de centrale
kringvergadering, maar ook door het streven naar commit-
ment en consensus tussen de lokale Rabobanken en
Rabobank Nederland.
De verantwoording die Rabobank Nederland aan haar
leden aflegt over het beleid, gaat daarmee aanmerkelijk
verder dan gebruikelijk is bij een beursgenoteerde naam
loze vennootschap jegens haar aandeelhouders. Door de
de centrale kringvergadering (CKV) en de algemene leden
vergadering. Daarnaast zijn de lokale Rabobanken aandeel
houder van Rabobank Nederland.
Centrale kringvergadering
De lokale Rabobanken zijn per 1 januari 2007 geografisch
georganiseerd in twaalf kringen. De kringbesturen vormen
gezamenlijk de centrale kringvergadering. Via de vertegen
woordiging van de lokale bestuurs- en toezichtorganen in
de kringbesturen zijn de leden/klanten van de lokale
Rabobanken op deze wijze vertegenwoordigd in de cen
trale kringvergadering.
bijzondere relatie tussen Rabobank Nederland en haar
leden is de opkomst bij de centrale kringvergadering
bijzonder hoog.
Om slagvaardig te kunnen optreden heeft de centrale
kringvergadering uit haar midden commissies benoemd
die belast zijn met bijzondere taken. Dit zijn de vertrouwens
commissie (die adviseert over benoemingen in de raad van
commissarissen, de hoogte van de vergoeding van de raad
van commissarissen vaststelt en de toepassing van het
remuneratiebeleid door de raad van commissarissen beoor
deelt), de CKV-coördinatiecommissie (die de CKV-agenda
vaststelt en de te agenderen stukken toetst aan formele
64 Rabobank Groep jaarverslag 2006
vereisten) en de commissie voor spoedzaken (die in spoed
eisende gevallen optreedt namens de CKV).
Teneinde het functioneren van de CKV optimaal te houden,
is in het verslagjaar een interne commissie gevraagd adviezen
te formuleren over de in de toekomst gewenste omvang
en samenstelling van de CKV. Deze adviezen worden begin
2007 verwacht.
Algemene vergadering
De algemene vergadering is het orgaan waarin alle lokale
Rabobanken, als lid van Rabobank Nederland, directe zeg
genschap kunnen uitoefenen. In de algemene vergadering
komen belangrijke zaken aan de orde zoals de vaststelling
van de jaarrekening, het verlenen van decharge, de wijziging
van statuten en reglementen en de benoeming van de
leden van de raad van commissarissen. De centrale kring
vergadering brengt voorafgaand advies uit over alle onder
werpen die in de algemene vergadering zijn geagendeerd.
Door deze procedure is gewaarborgd dat voorafgaand aan
de algemene vergadering een inhoudelijke discussie over
deze onderwerpen heeft plaatsgevonden op lokaal, regio
naal en centraal niveau. De lokale Rabobanken kunnen naar
gelang hun balanstotaal een bepaald aantal stemmen in
de algemene vergadering uitbrengen. Door de bijzondere
relatie tussen Rabobank Nederland en haar leden is de
opkomst hier nagenoeg honderd procent.
Medezeggenschap
In 2005 is een nieuw medezeggenschapsorgaan in het
leven geroepen, de Groepsondernemingsraad Aangesloten
Banken, kortweg GOR AB genoemd. Voor vraagstukken die
het sociaal beleid van alle lokale Rabobanken aangaan,
fungeert de GOR AB als gesprekspartner van de bestuurder
De oprichting van de GOR AB laat de positie van de
ondernemingsraad van Rabobank Nederland en van de
bestaande ondernemingsraden van de lokale Rabobanken
ongemoeid. Deze blijven derhalve optreden als volwaardig
medezeggenschapsorgaan in de zin van de Wet op de
ondernemingsraden.
nauwkeurig gedefinieerde rechten en plichten.
Uit hoofde van de Wet op het financieel toezicht (Wft)
oefent Rabobank Nederland in het prudentieel toezicht
krachtens haar statuten en de statuten van de lokale
Rabobanken controle uit op de lokale Rabobanken ten
aanzien van de (integere) bedrijfsvoering, solvabiliteit en
liquiditeit van de lokale Rabobanken. Daarnaast is onder de
Wft in het gedragstoezicht Rabobank Nederland door het
ministerie van Financiën aangewezen als houder van een
collectieve vergunning die mede strekt ten behoeve van de
lokale Rabobanken. Hierdoor wordt het gedragstoezicht
door de Autoriteit Financiële Markten via Rabobank
Nederland uitgeoefend.
Bestuur en toezicht
Sinds juni 2004 zijn twee bestuursmodellen voor de lokale
Rabobanken mogelijk. De invoering van een tweede
bestuursmodel - het zogenoemde directiemodel - naast
het reeds bestaande partnershipmodel was ingegeven
door de wens tegemoet te komen aan interne en externe
veranderingen, zoals de volop in gang zijnde lokale schaal
vergroting, een veranderende markt en toenemende
wet- en regelgeving. Beide bestuursmodellen zijn erop
gericht een slagvaardig bestuur en een professioneel en
onafhankelijk toezicht te verzekeren. Ze blijven de komende
jaren volwaardig naast elkaar bestaan. In 2008 zal het
functioneren van beide modellen worden geëvalueerd.
In beide bestuursmodellen zijn effectieve ledeninvloed en
-zeggenschap gewaarborgd, zodat de besturing van de
lokale Rabobanken ook in de toekomst niet alleen op een
adequate en professionele, maar bovendien op een bij de
coöperatie passende wijze wordt ingevuld. Bij alle lokale
Rabobanken hebben de leden belangrijke bevoegdheden,
zoals het vaststellen van de jaarrekening, het wijzigen van
de statuten, het benoemen van commissarissen en het
verlenen van decharge. Bovendien wordt aan de leden
verantwoording afgelegd over het gevoerde bestuur en
het gehouden toezicht.
Corporate governance lokale
Rabobanken
Alleen banken die een coöperatieve structuur hebben en
waarvan de statuten door Rabobank Nederland zijn goed
gekeurd, kunnen lid zijn van Rabobank Nederland. Op hun
beurt hebben ook de lokale Rabobanken leden, die voort
komen uit hun lokale klantenkring. De lokale Rabobanken
hebben jegens Rabobank Nederland en ook onderling
Partnershipmodel
In het partnershipmodel heeft de lokale Rabobank een
bestuur, bestaande uit door en uit de leden gekozen
personen en een algemeen directeur die door de raad
van commissarissen (voorheen raad van toezicht) wordt
benoemd. De algemeen directeur houdt zich primair bezig
met de dagelijkse leiding van het bankbedrijf. De raad van
commissarissen oefent toezicht uit op het bestuur
Corporate governance Rabobank Groep I 65