88 Rabobank Groep jaarverslag 2005 - Food agri De kredietverlening aan de food agrisector betreft de volledige keten van de primaire agrarische sector tot en met de detailhandel in levens middelen. De kredietverlening in deze sector groeide met 22% tot EUR 48,2 (39,5) miljard. Vooral de food agri-activiteiten in het buitenland noteerden een sterke groei van maar liefst 43%. In de primaire agrarische sector nam onder meer de kredietverlening aan de groente- en fruittelers sterk toe. Kredietverlening naar groepsonderdelen Van de totale kredietverlening aan de private sector van EUR 278,1 miljard werd EUR 200,7 (183,6) miljard verstrekt door het binnenlands retail- bankbedrijf, dat hiermee 73% van de totale kredietverlening voor zijn rekening neemt. Het wholesalebankbedrijf en het internationale retail- bankbedrijf verstrekten 19% van de totale kredietverlening en leasing en vastgoed respectievelijk 5% en 2%. Overige financiële activa Onder overige financiële activa worden begrepen aandelen, obligaties, geldmarktpapier, kortlopend overheidspapier en andere vormen van waardepapieren. Deze overige financiële activa zijn onder te verdelen in de volgende categorieën: - voor handelsdoeleinden aangehouden financiële activa; - voor verkoop beschikbare financiële activa; - overige financiële activa tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening; - tot einde looptijd aangehouden financiële activa. Ultimo 2005 stond EUR 107 (116) miljard uit aan overige financiële activa. Dit komt overeen met 21% van het balanstotaal. Circa 36% van de financiële activa, ofwel EUR 39 miljard wordt aangehouden voor handels doeleinden. Waardeverschillen op deze post worden rechtstreeks in de winst- en verliesrekening verantwoord. Het grootste deel van de financiële activa, EUR 51 miljard, valt onder de categorie'beschikbaar voor verkoop'. Deze post speelt een belangrijke rol in het voorzien in de liquiditeitsbehoefte en heeft niet ten doel om kortetermijnwinsten te genereren. Het verschil tussen de boekwaarde en de reële waarde wordt verantwoord in de herwaarderingsreserve. Van een deel van de financiële activa die gewaardeerd worden tegen reële waarde, EUR 15 miljard, worden de waardeverschillen wel verantwoord in de winst- en verliesrekening. Het betreft hier vooral waardepapieren waarbij een rechtstreeks verband bestaat met verplichtingen waarvan de fluctuaties in waardering ook via de winst- en verliesrekening lopen. Een klein gedeelte van de financiële activa, EUR 2 miljard, wordt aangehouden tot einde looptijd en wordt gewaardeerd op geamortiseerde kostprijs. Toevertrouwde middelen De toevertrouwde middelen namen in het verslagjaar toe met 5% tot EUR 186,4 (177,5) miljard. De toevertrouwde middelen bestaan uit spaargelden, professionele effectentransacties en overige toevertrouwde middelen. De professionele effectentransacties bedroegen EUR 5,4 (3,9) miljard en de overige toevertrouwde middelen EUR 94,8 (95,3) miljard. Overige financiële activa ultimo 2005 1 Voor verkoop beschikbaar Voor handelsdoeleinden Tegen reële waarde met verwerking in winst en verliesrekening 'ot einde looptijd Verdeling spaargelden ultimo 2005 Toelichting op de belangrijkste balansgegevens 89 Spaargelden De spaargelden namen in 2005 met 7,9 miljard toe tot EUR 86,2 (78,3) miljard, een stijging van 10%. De groei werd met name gerealiseerd bij internetsparen waar de spaargelden met EUR 7 miljard toenamen. Het aandeel van internetsparen in het totale spaargeld steeg hierdoor van 43% naar 46%. Dit ging ten koste van de traditionele rendements rekening en telesparen. Het relatieve aandeel van de vaste deposito's nam toe van 7% naar 10%. Dit was enigszins verrassend aangezien in Nederland spaarloonrekeninghouders de mogelijkheid kregen om over een groot deel van het spaarloon vrijelijk te beschikken. Tegen de verwachting in, maakte een groot aantal rekeninghouders hiervan echter om fiscale redenen geen gebruik. Schuldbewijzen Eind 2005 stond voor een totaal bedrag van EUR 135,3 (109,5) miljard aan schuldpapier op de balans, waarvan bijna de helft kortlopend schuldpapier betrof. In het verslagjaar werd voor ruim EUR 20 miljard aan langetermijnschuldbewijzen uitgegeven ter financiering van de groeiende kredietverlening. Achtergestelde schulden Het totaal uitstaande bedrag aan achtergestelde schulden bedroeg eind 2005 EUR 2,6 (2,1) miljard. In 2005 is ter versterking van het tier 2- vermogen voor EUR 1 miljard een onderhandse achtergestelde lening geplaatst bij institutionele beleggers. Daarnaast zijn de Trust Preferred Securities I voor een bedrag van EUR 650 miljoen afgelost. De Trust Preferred Securities II, die niet kwalificeren als eigen vermogen, worden als achtergestelde schulden op de balans verantwoord. Eigen vermogen Het eigen vermogen bedroeg ultimo 2005 EUR 26,3 (23,0) miljard. Het eigen vermogen bestaat uit de ingehouden winsten en overige reserves, ledenkapitaal, Trust Preferred Securities III t/m VI en overige minderheidsbelangen. In 2005 is voor EUR 2,0 miljard aan nieuwe leden certificaten geplaatst bij leden. De belangstelling voor het nieuwe kapitaal was wederom dermate groot dat de uitgifte overtekend raakte. Van het eigen vermogen bestaat 59% uit ingehouden winsten en reserves, 22% uit ledenkapitaal, 8% uit Trust Preferred Securities en 11% uit overige minderheidsbelangen. Eigen vermogen ultimo 2005

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Rabobank | 2005 | | pagina 47