Landenrisico
mÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊmÊmÊÊÊÊÊÊÊÊmÊÊÊÊÊÊÊmmÊÊÊmmmÊÊm^^^^^^^^
Renterisico
64 Rabobank Groep jaarverslag 2004
wanneer het in één of enkele bedrijfstakken minder gaat of wanneer
er sprake is van een economische teruggang. Over de grotere finan-
cieringsaanvragen wordt in commissieverband besloten. Daarbij is een
structuur aangebracht van diverse niveaus waarbij de hoogte van de
gevraagde financiering bepalend is. Over de grootste financieringsaan-
vragen besluit de raad van bestuur zelf.
Een belangrijk onderdeel van het goedkeuringsproces van financie-
ringsaanvragen is het toekennen van een rating die aangeeft hoe groot
de kans is dat de klant de lening niet meer kan terugbetalen. Deze kans
wordt aangeduid met de term faalkans of probability of default (PD).
De Rabobank Groep heeft in 2003 de Rabobank Risk Rating (RRR) geïn
troduceerd die de faalkans over de termijn van 1 jaar van de tegenpartij
weerspiegelt en van toepassing is op alle grotere bedrijfscliënten.
Deze systematiek bestaat uit 25 ratings. Bij de ratings van R0 tot en met
R20 wordt voldaan aan de financieringsverplichtingen. R0 houdt in dat
er geen risico is en R20 betekent dat de financiële positie als zeer zwak
wordt beoordeeld. Bij Dl tot en met D4 wordt in principe niet meer aan
de betalingsverplichtingen voldaan en is sprake van onvolwaardige kre
dieten. D4 houdt faillissement in of een daarmee vergelijkbare situatie.
Het gemiddelde van de portefeuille heeft een rating tussen Rl 1 tot R14.
Bij 2% van de portefeuille wordt niet volledig aan de verplichtingen
voldaan. Voor dat deel van de portefeuille is een adequate voorziening
getroffen. Opgemerkt dient te worden dat de verdeling alleen weer
geeft in hoeverre wordt verwacht dat de cliënten al dan niet aan hun
verplichtingen zullen voldoen. Veelal heeft de bank voldoende zeker
heden verkregen, die kunnen worden uitgewonnen wanneer de cliënt
niet meer aan zijn financieringsverplichtingen voldoet en waarmee de
financiering alsnog geheel of gedeeltelijk kan worden terugbetaald. Bij
de Rabobank Groep is derhalve sprake van een gezonde financierings
portefeuille voor bedrijven. Die kwalificatie geldt des te meer als de
totale kredietportefeuille in ogenschouw wordt genomen. De helft van
de kredietportefeuille bestaat immers uit woninghypotheken, waarbij
het veriiesrisico historisch gezien zeer laag is.
De ratio waardeveranderingen van vorderingen/private kredietverlening
geeft inzicht in het aandeel van feitelijk gerealiseerde kredietverliezen.
Op groepsniveau komt het gemiddelde over de periode 2000 tot en
met 2004 uit op 23 basispunten, hetgeen een afspiegeling is van het
gunstige kredietrisicoprofiel van de Rabobank Groep. Deze ratio is bij
het wholesalebankbedrijfen internationaal retailbankbedrijf en bij
leasing hoger en bedroeg in 2004 respectievelijk 30 en 59 basispunten.
Bij het binnenlands retailbankbedrijf is de ratio met 17 basispunten aan-
zienlijk lager.
Waardeveranderingen van vorderingen
in basispunten van de private kredietverlening
Rabobank Groep
Bij landenrisico kan een onderscheid worden gemaakt tussen transfer
risico en collectief debiteurenrisico. Transferrisico betreft de mogelijkheid
dat een buitenlandse overheid beperkingen oplegt aan de overmaking
van gelden van debiteuren in het desbetreffende land aan crediteuren
in een ander land. Van collectief debiteurenrisico is sprake indien een
groot aantal debiteuren in een land niet aan de verplichtingen kan vol-
"Zuid-Korea is de derde economie van Azië
en heeft een enorme groei doorgemaakt
Terwijl de hightech- en de zware industrie
blijven bloeien, staat de binnenlandse food
agribusiness tegenover een paradoxale
Organisatiebesturing en risicomanagement 65
Verdeling van uitzettingen van bedrijven over de Rabobank Risk Rating
PD (basispunten)
Omschrijving Uitzettingen in
van totaal
0-0
Geen risico
0
0-1,6
Buitengewoon sterk
2
1,6-4,5
Zeer sterk
1
R5- R7
4,5-12
Sterk
3
12-40
Adequaat
10
40-210
Aanvaardbaar
63
210- 1.600
Kwetsbaar - aan verplichtingen wordt voldaan
18
1.600- 10.000
Zeer zwak
1
Dl - D4
10.000
Onvolwaardig krediet - aan verplichtingen wordt niet voldaan
2
Totaal
100
doen als gevolg van dezelfde oorzaak (bijvoorbeeld oorlog, politieke en
sociale onrust, natuurrampen, maar ook overheidsbeleid dat er niet in
slaagt macro-economische en financiële stabiliteit te realiseren).
De transferlimieten zijn ingesteld op het zogenoemde netto-transfer
risico dat gelijk is aan de totale uitzettingen verminderd met de uitzet
tingen in lokale valuta, verminderd met verkregen garanties en andere
dekking voor het transferrisico en verminderd met een aftrek voor
verlaagde weging van bepaalde producten. De limieten zijn gealloceerd
naar de kantoren, die vervolgens zelf verantwoordelijk zijn voor de
dagelijkse bewaking van de uitzettingen.
Op Rabobank Groepsniveau wordt per kwartaal het uitstaande landen
risico, inclusief additioneel kapitaalbeslag en landenrisicovoorziening,
gerapporteerd aan BRMC en aan de Landenlimietencommissie. Berekening
van het additionele kapitaalbeslag en de landenrisicovoorziening vindt
plaats op grond van richtlijnen van De Nederlandsche Bank en heeft
betrekking op landen waar sprake is van een verhoogd landenrisico.
Het netto transferrisico vóór voorzieningen op niet-OESO-landen
bedraagt doorgaans minder dan 1% van het balanstotaal.
Een van de belangrijkste risicocomponenten bij de Rabobank Groep is
het renterisico. Onder renterisico wordt verstaan het risico in de niet-
handelsomgeving dat het renteresultaat en/of de marktwaarde van het
vermogen afwijken door veranderingen in de marktrentes. Dit renterisico
vloeit voornamelijk voort uit het uiteenlopen van de looptijden van
uitzettingen en middelen. Bij rentestijgingen is het tarief van de passiva,
bijvoorbeeld de spaargelden, direct aanpasbaar. Dat is niet het geval bij
het merendeel van de activa, zoals hypotheken, die immers een langere
rentevastperiode kennen.
uitdaging: de concurrentie met buitenlandse
producten aangaan in een omgeving waar
vaak geen prijsconcurrentie bestaat.
Met haar unieke focus op de food agri
business, haar brede productenpakket en
haar wereldwijde netwerk is de Rabobank
de perfecte partner om bedrijven in de Zuid-
Koreaanse food agribusiness te helpen
zich met succes in de steeds veranderende
omstandigheden te positioneren."
Jeroen Nijsen, generaI managerRabobank Greater China South Korea