mi n i 'Zijn probleem is ons probleem' 14 Rabobank Groep Jaarverslag 2003 De financiële gang van zaken 15 totale kredietverlening voor hun rekening. Het wholesalebedrijf verstrekte EUR 47,9 miljard aan kredieten, 20% van het totaal. De overige onderde len verzorgden EUR 23,1 miljard van de kredietverlening van de groep. Spaargelden De omvang van het spaargeld bedroeg eind 2003 EUR 72 (66) miljard. Een groei van 8%. Door het beursklimaat en de onzekere economische omstandigheden kozen veel klanten voor een veilige spaarrekening. Vermogensgroei Het eigen vermogen van de Rabobank Groep groeide met EUR 2,4 miljard tot EUR 17,3 miljard. Dit is het saldo van enerzijds de toevoeging van de uitgegeven Trust Preferred Securities en de nettowinst en ander zijds de afboekingen in verband met de betaling van goodwill. Het aansprakelijke groepsvermogen bedroeg eind 2003 EUR 23,6 miljard, een stijging met EUR 2,4 miljard. Deze post bestaat behalve uit het eigen vermogen ook uit de achtergestelde schulden, het fonds voor algemene bankrisico's en het belang van derden. Tier 1-ratio: 10,8 In de financiële wereld zijn de tier 1-ratio en de BIS-ratio de meest gehanteerde ratio's voor solvabiliteit. De tier 1 -ratio geeft de verhouding tussen het kernkapitaal en het totaal van de gewogen posten. De tier 1 -ratio kwam eind van het jaar uit op 10,8 (10,3). Dat is hoger dan de langetermijndoelstelling van 10. Externe toezichthouders hanteren een minimumeis van 4. De hoge solvabiliteitsratio is een van de belangrijkste redenen voor de triple A-rating die de Rabobank Groep krijgt van de ratingbureaus Moody's en Standard Poor's. Het totaal van de gewogen posten groeide met EUR 17 miljard tot EUR 183 miljard. Deze stijging is vooral het gevolg van de toegenomen kredietverlening. Het kernkapitaal nam met EUR 2,5 miljard toe tot EUR 19,7 miljard. Dit komt vrijwel volledig door de toename van het eigen vermogen. BIS-ratio: 10,9 De BIS-ratio wordt bepaald door het toetsingsvermogen te delen door het totaal van de gewogen posten. Het toetsingsvermogen bestaat uit de som van het kernkapitaal en het aanvullend kapitaal. De BIS-ratio kwam uit op 10,9 (10,5). Dat is ruim hoger dan de minimumeis van externe toezichthouders van 8,0. Toelichting op belangrijkste winst- en verliesrekeningposten De Rabobank Groep heeft in 2003 financieel goed gepresteerd. De netto winst groeide met 12% tot EUR 1.403 miljoen. Daarmee is ondanks de matige omstandigheden de langetermijndoelstelling gerealiseerd. De nettowinst is totstandgekomen bij baten- en lastenniveaus die met 8% en 7% toenamen. De omstandigheden in aanmerking nemend is de batengroei relatief fors. Ook als wordt afgezien van de invloed van acquisities resteert een mooi groeicijfer. De toename van de kosten is eveneens aan de forse kant. De kostenontwikkeling is echter vertekend door incidentele lasten, zoals dotaties aan voorzieningen. Zonder deze invloed en zonder de invloed van acquisities is sprake van een zich structureel doorzettende gematigde kostenontwikkeling. Deze is het gevolg van de kostenbeheersingsmaatregelen van de afgelopen jaren. Rentewinst De rentewinst steeg in 2003 met EUR 619 miljoen tot EUR 6.010 miljoen. Dat komt overeen met een stijging van 11%. De toename is het gevolg van groei van de kredietverlening en de spaargelden en een hogere rentemarge. Bovendien hebben particulieren door de lage kapitaal marktrente veel hypotheken vervroegd afgelost wat resulteerde in extra opbrengsten. Provisieresultaat Het totale provisieresultaat in 2003 kwam uit op EUR 1.852 (1.795) miljoen. Een stijging met 3% (zie grafiek op pagina 16). Effectenprovisie Door het herstel van de effectenbeurzen konden de effectenprovisies weer met 11% stijgen tot EUR 298 (269) miljoen. Het aantal voor klanten verwerkte effectenorders nam met 3% toe tot 1,8 miljoen. Deze stijging is bijna geheel gerealiseerd door acquisitie van Alex. Daarnaast worden deze provisies voornamelijk door de lokale banken gerealiseerd. Provisie vermogensbeheer De provisies voor vermogensbeheer bestaan voor het merendeel uit ontvangen beheervergoedingen van de beleggingsfondsen. De ontvan gen beheervergoedingen bedroegen in 2003 EUR 385 (386) miljoen, nagenoeg gelijk aan 2002. Ontwikkeling vermogen en ratio's In miljoenen euro's 2003 2002 Kernkapitaal 19.660 17.202 Tier 1-ratio 10,8 10,3 Toetsingsvermogen 19.892 17.414 BIS-ratio 10,9 10,5 'Als een klant schade heeft, moet hij merken dat hij goed verzekerd is. Daarom draait binnen Schade- service alles om de klanttevredenheid. Medewerkers worden daarop getraind. Ze moeten zich altijd inleven in de klant, klantvriendelijk zijn, duidelijk en de schade snel en correct afwikkelen. Hij moet echt het i gevoel hebben dat zijn probleem ons probleem is. We luisteren en bieden een oplossing op maat. Dat we in twee onafhankelijke onderzoeken de beste rapportcijfers van klanten krijgen, is dan ook mooi. Zelf houden we ieder kwartaal een eigen onderzoek onder klanten die schade geleden hebben. De rapportcijfers zijn steeds hoog. Bovendien geven die onderzoeken aanknopingspunten voor een verdere verbetering van de schadeafwikkeling en onze serviceverlening. In dat kader kan de nazorg nog verder verbeteren. Klanten geven aan daaraan behoefte te hebben.' I Jan Soetens, afdelingshoofd Schadeservice Interpolis.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Rabobank | 2003 | | pagina 10