Rabobank Groep Jaarverslag 2002
primaire sector was eind 2002 EUR 20,2 (18,8) miljard verstrekt en
aan de internationale voedings- en agrisector EUR 13,2 (12,9) miljard.
- Particulieren
De totale particuliere kredietverlening kwam uit op EUR 103,0 (92,1)
miljard. Dat is EUR 10,9 miljard meer dan het voorgaande jaar, een
toename van 12%. Het overgrote deel, EUR 99,8 (88,3) miljard, heeft
betrekking op hypothecaire leningen.
Kredietverlening naar groepsonderdelen
B Retailbankbedrijf 70%
B Wholesalebankbedrijf 23%
B Overig 7%
Van de totale kredietverlening aan de private sector van EUR 212,3
miljard, werd EUR 150,4 miljard verstrekt door het retailbankbedrijf,
bestaande uit de lokale Rabobanken.Zij nemen hiermee 70% van
de totale kredietverlening voor hun rekening. Het wholesalebank
bedrijf verstrekte EUR 47,8 miljard aan kredieten, 23% van het totaal.
De overige onderdelen verzorgden EUR 14,1 miljard van de krediet
verlening van de groep.
Bankiers
De post bankiers bestaat uit de aan de kredietinstellingen verstrekte
gelden. Deze post nam in 2002 met EUR 7,1 miljard toe tot EUR 47,2
(40,1) miljard. Daarvan heeft EUR 40,1 (28,4) miljard betrekking op
professionele effectentransacties.
Overige actiefposten
Eind 2002 had de Rabobank Groep EUR 71,3 (78,7) miljard aan rente
dragende waardepapieren op de balans. In aandelen was EUR 11,1
(12,6) miljard geïnvesteerd en in kortlopend overheidspapier EUR
1,8 (5,3) miljard.
Passiefzijde
Toevertrouwde middelen
De toevertrouwde middelen - spaargelden, professionele effecten
transacties en overige toevertrouwde middelen - daalden in 2002
marginaal met EUR 0,6 miljard tot EUR 171,6 miljard. De omvang
van het spaargeld bedroeg eind 2002 EUR 66,3 (63,1) miljard. Een
groei van 5%. Na de forse stijging in 2001 nam het spaargeld ook in
2002 toe. Door het slechte beursklimaat en de onzekere economi
sche omstandigheden kozen veel klanten voor een veilige spaar
rekening. De professionele effectentransacties bedroegen EUR 6,0
(8,5) miljard. De overige toevertrouwde middelen, onder meer
zakelijke tegoeden op rekeningen-courant en tegoeden van
particulieren op betaalrekeningen, daalden met EUR 1,3 miljard tot
EUR 99,3 miljard.
Overige passiefposten
De post bankiers steeg met 7% tot EUR 85,9 (80,0) miljard. De post
schuldbewijzen nam toe met 6% tot EUR 61,7 (58,5) miljard.
De voorzieningen bedroegen eind 2002 EUR 18,3 (18,3) miljard.
Dit bedrag bestaat voor EUR 15,4 (14,5) miljard uit verzekeringstech
nische voorzieningen van Interpolis.
Vermogensgroei
Het eigen vermogen van de Rabobank Groep groeide met EUR 1,9
miljard tot EUR 14,9 miljard. Dit is het saldo van enerzijds de toe
voeging van de uitgegeven ledencertificaten en de nettowinst en
anderzijds van de afboekingen in verband met de betaling van
goodwill. Het aansprakelijke groepsvermogen bedroeg eind 2002
Toelichting op de balans
Ontwikkeling vermogen en solvabiliteitsratio's
EUR 21,2 miljard, een stijging van EUR 2,8 miljard. Deze post bestaat
behalve uit het eigen vermogen ook uit de achtergestelde schulden,
het fonds voor algemene bankrisico's en het belang van derden
Off-balancedienstverlening
De dienstverlening buiten de balans om bestaat uit onder meer
garanties, onherroepelijke faciliteiten en derivaten. Eind 2002 was
het bedrag aan verstrekte garanties EUR 7,7 (9,7) miljard, de onher
roepelijke faciliteiten bedroegen EUR 27,2 (25,7) miljard. De nominale
waarde van de uitstaande derivaten bedroeg EUR 1.700 (2.213) mil
jard. Het eigen vermogen dat hiervoor aangehouden moet worden,
is te vergelijken met de solvabiliteitsverplichting over EUR 34,6 (29,9)
miljard aan kredietverlening.
Tier 1-ratio: 10,3
In de financiële wereld zijn de tier 1-ratio en de BIS-ratio de meest
gehanteerde ratio's voor solvabiliteit. De tier 1-ratio geeft de verhou
ding tussen het kernkapitaal en het totaal van de gewogen posten.
De tier 1 -ratio kwam eind van het jaar uit op 10,3 (9,9). Dat is hoger
dan de langetermijndoelstelling van 10. Externe toezichthouders
hanteren een minimumeis van 4. De hoge solvabiliteitsratio is een
van de redenen voor de triple A-rating die de Rabobank Groep
krijgt van de ratingbureaus Moody's en Standard Poor's.
Het totaal van de gewogen posten groeide met EUR 13,0 miljard
tot EUR 165,8 miljard. Deze stijging is vooral het gevolg van de toe
genomen kredietverlening. Het kernkapitaal nam met EUR 2,0 miljard
toe tot EUR 17,1 miljard.
BIS-ratio: 10,5
De BIS-ratio wordt bepaald door het toetsingsvermogen te delen
door het totaal van de gewogen posten. Het toetsingsvermogen
bestaat uit de som van het kernkapitaal en het aanvullende kapitaal.
De BIS-ratio kwam uit op 10,5 (10,2). Dat is ruim hoger dan de
minimumeis van externe toezichthouders van 8,0.
(in miljoenen euro's)
2002
2001
Kernkapitaal
17.071
15.092
Tier 1-ratio
10.3
9.9
Toetsingsvermogen
17.414
15.542
BIS-ratio
10,5
10.2
Stelselwijziging pensioenen
Al in de jaarrekening 2001 van de Rabobank Groep is aangekondigd
dat vanaf 2002 een stelselwijziging zou worden doorgevoerd met
betrekking tot de verwerking van pensioenen in de jaarrekening.
Geconcludeerd is dat het verantwoorden van pensioenlasten op
basis van een kasstelsel (afwisselend teruggave van pensioen
premies, geen pensioenpremie of heel hoge premies) niet langer
verantwoord was. Het is niet goed dat de kortetermijnaspecten van
zeer langlopende pensioenovereenkomsten een grote invloed heb
ben op opeenvolgende jaarresultaten. De pensioenen worden nu
verwerkt in de jaarrekening op een wijze die ook meer gebruikelijk
is bij internationaal opererende banken. Een stelselwijziging moet
worden verwerkt via het eigen vermogen met aanpassing van de
vergelijkende cijfers voor het voorgaande jaar. Begin 2002 is
EUR 1,9 miljard ten laste van het vermogen gebracht. Grote uit
schieters in de pensioenlasten behoren in dit nieuwe stelsel vanaf
2002 tot het verleden.