Risicomanagement
De activiteiten ten behoeve van de klanten leiden voor de bank tot specifieke risico's
(markt-, rente- en kredietrisico), die op basis van daartoe ontworpen beleid en interne
procedures en richtlijnen worden bewaakt en beheerst. Daarbij zijn ook de professionele
kwaliteit en de risico-attitude van de functionarissen op alle relevante niveaus aan de
orde. Een zorgvuldige weging en beoordeling van de risico's is een essentieel onderdeel
van de financiële dienstverlening. Hierbij dient te worden opgemerkt dat risicobeheer
niet alleen een kwestie is van calculeren. Ook risicocultuur speelt een belangrijke rol.
Uiteindelijk blijft het mensenwerk en kunnen incidenten altijd optreden. Dat is des te
meer aanleiding om de interne richtlijnen en procedures voortdurend tegen het licht
te houden.
Het marktrisico betreft de waardeveranderingen van de handelsportefeuille, als gevolg
van wijzigingen in de rente, valuta- en aandelenkoersen. Het risicobeleid wordt
ontwikkeld door de Markt Risico Management Commissie (MRMC) en vastgesteld door
de Hoofddirectie. De MRMC houdt ook toezicht op de uitvoering. De uitvoering op
dagbasis is gedelegeerd aan Markt Risicobeheer. Dagelijks wordt het topmanagement
geïnformeerd over het wereldwijde risicoprofiel.
De marktrisico's van de Rabobank worden berekend op basis van centraal ontwikkelde
risicomodellen en -systemen, die door De Nederlandsche Bank zijn beoordeeld en
geaccepteerd. De marktrisicomodellen zijn deels gebaseerd op statistische inschattingen
van de waardeschommelingen, de zogenaamde Value at Risk, van de diverse
deelportefeuilles van de bank. Deze risicomaatstaf beschrijft, op basis van historische
gegevens, het maximaal mogelijke verlies dat de Rabobank kan lijden met een bepaalde
waarschijnlijkheid binnen een bepaalde korte periode. De geschatte waarde
schommelingen van de portefeuille worden in één getal uitgedrukt. Het geconsolideerde
getal wordt met ingang van het verslagjaar ook gehanteerd voor de bepaling van het
(volgens regelgeving van De Nederlandsche Bank) noodzakelijke kapitaalbeslag voor de
aangegane marktrisicoposities. Ultimo 1998 betreft dit 1,8 (2,7)% van het totaal aan
solvabiliteitseisen, dat voor het overige wordt bepaald door risico's uit hoofde van de
kredietverlening.
De Value at Risk, geconsolideerd over alle handelsportefeuilles, schommelde in 1998
tussen 12 miljoen en f 24 miljoen, met een gemiddelde van 17 miljoen. Derhalve was
met 99% waarschijnlijkheid in een dag tijd hooguit/24 miljoen en na belasting
f 16 miljoen in de waagschaal gesteld.
Voorts is in het verslagjaar veel aandacht besteed aan de verdere ontwikkeling van het
zogenaamde Event Risk Management. In dat kader wordt de uitwerking van forse
trendbreuken in marktontwikkelingen op de waarde van de portefeuille van de
Rabobank aan het topmanagement gerapporteerd. Waar nodig wordt ingegrepen in
posities die in geval van dergelijke eventualiteiten een onacceptabel groot verlies
zouden opleveren. In 1998, toen in de tweede jaarhelft de waarden op de financiële
markten een ongebruikelijke bewegelijkheid vertoonden, heeft deze aanpak zijn waarde
duidelijk aangetoond.
Ook in de niet-handelsomgeving vergt het monitoren en beheersen van marktrisico's
voortdurende aandacht. Dit betreft met name het renterisico, dat voortvloeit uit het
uiteenlopen van de looptijd van uitzettingen en middelen. Het risico van korte termijn
wordt gemeten en beheerst aan de hand van het begrip Income at Risk. Dat is het
bedrag aan rentewinst dat met een bepaalde waarschijnlijkheidsgraad op jaarbasis
maximaal in de waagschaal wordt gesteld wanneer er sprake is van een (forse)
verandering van de korte en/of lange rente. Daarbij moet rekening worden gehouden
met het feit dat bijstuurmogelijkheden, zoals tijdige afdekking van de positie en
tariefmaatregelen, de inkomensgevolgen kunnen beperken.
Het risico van langere termijn wordt gemeten en beheerst aan de hand van Equity at
Risk. Dat is de gevoeligheid van de marktwaarde van het vermogen voor veranderingen
in de rente.
Aan de hand van scenario-analyses worden de consequenties van renteveranderingen
over een lange periode doorgerekend. Dit type projecties is vergelijkbaar met de Event
Risks volgens de Value at Risk-benadering. De Hoofddirectie vormt zich een mening over
de toelaatbaarheid van de verliezen die bij een bepaalde geprojecteerde renteontwikkeling
zouden optreden en stelt limieten vast ten aanzien van het renterisicoprofiel.