bedrijfsbeëindigingen werden voorkomen.
Een uitzondering op de redelijke ontwikkelingen in de agrarische
sector is de varkenshouderij. Deze werd in 1998 nadrukkelijk
geconfronteerd met de Wet Herstructurering Varkenshouderij.
Deze overheidsmaatregel is bedoeld om de mesthoeveelheid te
reduceren door gefaseerde inkrimping van het aantal dierplaatsen.
Tezamen met andere regelingen, de gevolgen van varkenspest en
ongekend lage prijzen op de afzetmarkt, leidde dit in 1998 tot een
ernstige situatie in de varkenshouderijsector.
In de fase die voorafging aan de totstandkoming van de wetgeving
heeft de Rabobank zich ingespannen om voor politieke besluit
vormers en belangenorganisaties inzichtelijk te maken wat de te
verwachten economische gevolgen en financiële knelpunten zouden
zijn van het voorgestelde beleid. Helaas hebben de maatregelen van
de overheid geleid tot een afremming van het herstructureringsproces
in de sector. De Rabobank blijft de discussies omtrent de legitimiteit
van de wetgeving en het uitkeren van een schadeloosstelling door de
overheid met grote belangstelling volgen. De uitkomst daarvan heeft
immers directe consequenties voor de bedrijfsvoering van een groot
aantal klanten. De besluitvorming van de overheid is ook van grote
invloed op het financieringsbeleid van de Rabobanken.
Ten gevolge van de wetgeving die werd afgekondigd voor de
varkenshouderij, is de Rabobank bij haar dienstverlening in een
moeilijke uitvoerende rol gekomen. Dit heeft de verhouding met een
deel van haar klanten onder druk gezet. Toch hebben medewerkers
van de Rabobanken zich in 1998 onderscheiden, doordat zij zich in
harmonie met de betrokken ondernemers zijn blijven inzetten om tot
werkbare oplossingen te komen. Vaak leidde dit tot het continueren
van de bedrijfsvoering, maar soms bleek het begeleiden bij bedrijfs
beëindiging de beste oplossing voor de klant.