De kredietverlening aan particulieren steeg opnieuw fors. Met een
groei van 12,7 (15,3)% was de toename slechts iets geringer dan in
1994. Toen maakten veel particulieren, gezien de snel dalende kapi
taalmarktrente, van de gelegenheid gebruik om een nieuwe hypo
theek te sluiten of een bestaande lening tegen gunstiger voorwaar
den over te sluiten. Door de aanhoudend lage rente bleven
hypotheken ook in 1995 in trek. De particuliere kredietverlening
steeg tot f 79,5 (70,6) miljard. Daarmee wist de Rabobank haar
marktpositie te verbeteren en bleef zij onbetwist marktleider op het
terrein van de hypothecaire kredietverlening.
De totale kredietverlening aan ondernemers liep met 4,5 (6,5)% op
tot f 110,3 (105,5) miljard. De relatief grote kloof tussen korte en
lange rente drukte een stempel op de aard van de kredietverlening
aan ondernemers. Meer dan voorheen kozen deze voor het reke
ning-courantkrediet om te kunnen profiteren van de lage geld
marktrente.
Het zakelijk 'rood staan' bij de bank steeg dan ook - na nog een
lichte teruggang in 1994 - met 10,8% tot f 21,5 (19,4) miljard.
Ondanks de economische bloei bleef de kredietverlening aan han
del, industrie en dienstverlening met een groei van 6,2 (6,8)% tot
f 69,2 (65,1) miljard enigszins achter bij die van het voorgaande
jaar. De gestegen winstgevendheid leidde blijkbaar nog niet tot
extra investeringen. De kredietverlening aan de agrarische sector
vertoonde een groei van 1,7 (6,0)% tot f 41,1 (40,4) miljard.
Het interbancaire bedrijf, bestaande uit korte en lange vorderingen
op andere banken, steeg aan de activakant met f 3,6 miljard na nog
een daling in 1994 met f 1,1 miljard. De omslag deed zich vooral
voor bij de kortlopende interbancaire middelen.
