DE RABOBANKORGANISATIE
IN 1993
Beheerste groei en kostenmatiging leidden
in 1993 tot een bevredigende ontwikkeling van het resultaat en
tot verbeterde vooruitzichten.
Ondanks de teruglopende conjunctuur was
de toename van de kredieten aan de private
sector met 9,0 (7,1tot f 160,3 147,1mil
jard krachtiger dan in 1992. De aanwas van
de toevertrouwde middelen bleef daar
duidelijk bij achter. Met name dankzij het
beleid gericht op een beheerste kosten
ontwikkeling stegen de bedrijfslasten min
der snel dan de baten. Het bedrijfsresultaat
vóór belastingen groeide daardoor met
10,4 (4,8)% tot f 1.750 (1.585) miljoen. De
toename van het brutoresultaat, volgens de
tot en met 1992 van kracht zijnde richtlijnen
voor de jaarrekening, was met 10,0 (5,6)%
vrijwel even groot. Het nettoresultaat
bedroeg f 1.123 (1.020) miljoen.
Economische omgeving
Na een voorspoedige ontwikkeling aan het
eind van de jaren tachtig, is het economisch
tij in Nederland minder gunstig geworden.
Weliswaar zijn de problemen in de omrin
gende landen ernstiger, maar ook bij ons
zette de neergaande lijn van de laatste jaren
zich in 1993 door. Onze economie groeide
nauwelijks.
In Duitsland stonden de monetaire autori
teiten, vooral door de economische malaise
in eigen land, onder druk om hun beleid te
versoepelen. De afnemende inflatiedreiging
maakte dit mogelijk, hetgeen resulteerde in
het geleidelijk laten vieren van de monetaire
teugels. De hieruit voortvloeiende opeen
volging van renteverlagingen werd in ons
land gevolgd. Vooral de korte rente daalde
fors. Hierdoor is een einde gekomen aan de
sinds eind 1991 bestaande omgekeerde
rentestructuur. Per jaarultimo was er sprake
van een vrijwel vlakke structuur met zowel
op de geld- als de kapitaalmarkt een rente
niveau van ruim 5,5%.
Middelen en uitzettingen
De rentedaling op de professionele finan
ciële markten werkte slechts gedeeltelijk
door in de tarieven op de spaarmarkt.
Vergeleken met de marktrente werden de
spaarmiddelen dan ook relatief duurder.
Deze ontwikkeling doet zich reeds langer
voor, maar is door de omgekeerde rente
structuur van de laatste jaren meer aan de
oppervlakte gekomen.
Tot voor kort lag de spaarrente nog op een
zodanig niveau dat onze bank het bedrijfs
leven kon financieren tegen gunstige tarie
ven en niet-kostendekkende produkten
- zoals het betalingsverkeer - kon bekosti
gen. Inmiddels is dit verleden tijd. Mede
door het op de markt komen van nieuwe
aanbieders van spaarvormen is het spaar-
landschap ingrijpend gewijzigd. De cliënt
kan kiezen uit een groot aantal hoogrenten-
de spaarvormen met nauwelijks beperken
de voorwaarden. Bij onze organisatie is dit
de Rabobank Rendement Rekening. Binnen
ons spaarassortiment is dit inmiddels de
populairste spaarvorm met een aandeel
van bijna 25% van alle toevertrouwde mid
delen.
Mede door de grote aantrekkingskracht van
dit produkt is de relatieve prijs van de toe
vertrouwde middelen de laatste jaren
gestegen. Daarbij speelde in het verslagjaar
ook de sterk gedaalde rentestand een rol,
waardoor de marge op tegoeden met een
vaste rente is afgenomen. Dit alles had zijn
weerslag op het tarief dat wij onze leden en
cliënten in rekening brachten voor leningen
en kredieten. De middelen zijn immers de
grondstof voor de kredietverlening en bij
een hogere inkoopprijs valt er op korte ter
mijn niet aan te ontkomen dat dit ook voel
baar is in de uitzettingenprijs. Zo lag het
verschil tussen het tarief voor de bedrijfs-
lening met variabele rente en de marktrente
in het begin van het verslagjaar op 1,7%.
Ook de omgekeerde rentestructuur was
hierbij van belang. De mate van inversiteit is
in de loop van het rapportagejaar echter
verminderd. Daardoor en door het succes
van het ingezette kostenreductiebeleid liep
12
het verschil tussen het tarief van de
bedrijfsleningen met variabele rente en de
marktrente aan het einde van het jaar terug
tot 1,4%.
Bedrijfsvoering
Onze tarieven voor leningen en kredieten
blijken de markt bijzonder aan te spreken.
Het onverkort doorberekenen van de hoge
re middelenprijs aan de leden en cliënten is
in het licht van onze doelstelling echter
minder wenselijk. Dit is te meer het geval
omdat velen van hen momenteel in een
moeilijke situatie verkeren.
Mede daarom is in 1992 een omvangrijk
kostenreductieprogramma geïntroduceerd.
Zowel bij Rabobank Nederland als de aan
gesloten banken moet dit leiden tot aan
zienlijke produktiviteitsverbeteringen. De
hiervoor gestarte projecten hebben in 1993
duidelijk vruchten afgeworpen. Het meest
in het oog springt de zogenoemde 'Efficien
cy Drive Aangesloten Banken' (EDAB). Dit is
een speciaal voor de plaatselijke Rabo-
banken ontwikkeld programma, waarbij het
uitgangspunt is per verwerkingsproces de
werkwijze van de meest efficiënte plaatse
lijke Rabobank ook bij de andere banken in
te voeren. Eind 1993 hebben ruim 100, over
wegend grote plaatselijke Rabobanken aan
het EDAB-programma deelgenomen.
Samen met het sterk toegenomen kosten
bewustzijn bij alle Rabobanken heeft dit
geresulteerd in een daling van het perso
neelsvolume bij de plaatselijke Rabobanken
met 1.062 44) mensjaren.
Vergelijkbare projecten zijn opgepakt bin
nen Rabobank Nederland. Ook hier wordt
door herinrichting van processen en her
overweging van takenpakketten de organi
satie gestroomlijnd.
Handhaving en verbetering van de concur
rentiekracht van de Rabobank zullen in de
toekomst echter niet alleen kunnen komen
uit kostenmatiging. Ook aan de opbreng
stenkant zijn extra inspanningen vereist.
Daarom zijn in het verslagjaar tevens pro
jecten van start gegaan om de commerciële
slagkracht van onze organisatie te verhogen.
Bankbedrijf van Rabobank Nederland
Behalve op een verdere stroomlijning van
de organisatie ligt de nadruk binnen het
eigen bankbedrijf van Rabobank Nederland
op kwaliteit en verbreding van het produk-
tenscala. In 1993 werd hierdoor de markt
positie verbeterd. Cliënten vragen naast tra
ditionele kredietverlening en betaaldiensten
steeds vaker om moderne financieringsin
strumenten uit het off-balance-bedrijf en
corporate finance. Hiervoor is een compleet
en innovatief produkten pakket beschikbaar,
dat wordt afgestemd op de specifieke
situatie van de cliënt. Dit spreekt aan in de
De signatuur van de Rabobank
'De Rabobank neemt tussen de banken
in Nederland een bijzondere plaats in.
Ais coöperatieve bank stelt zij het belang
van de leden voorop. Daar ligt de kern
van haar bestaan'. Dit is de aanhef van
een brochure over de signatuur van de
Rabobank, waarover in 1993 organisa
tiebreed een discussie is gestart, in de
brochure wordt nog eens nadrukkelijk
het eigene van de Rabobank aan de orde
gesteld en voor alle medewerkers en
bestuurders voor het voetlicht gebracht.
Leidend beginsel van de Rabobank is het
verstrekken van financieringen aan de
leden tegen zo gunstig mogelijke tarie
ven en voorwaarden. De mate waarin
wij daarin stagen is de toetssteen voor
onze prestaties. Het maken van winst is
daarbij geen doei op zichzelf, maar een
noodzakelijke voorwaarde om ook in de
toekomst het coöperatieve bankbedrijf
effectief te kunnen uitoefenen.
Het eigene van de Rabobank komt tot
uitdrukking in de uitgangspunten, die
voortdurend in onze werkwijze doorklin
ken. Zo staat het nut van het produkt of
de dienst voor de leden en cliënten cen
traal. Daarnaast streven wij naar duur
zame relaties. Dit betekent dat wij in
beginsel ook in moeilijke tijden achter
onze leden-ondernemers blijven staan,
mits er reële vooruitzichten zijn op her
stel. Vanzelfsprekend staat integriteit in
ons handelen voorop. Relaties bejege
nen wij zorgvuldig, gewetensvol en met
respect. Kenmerkend voor ons handelen
is ook een grote gemeenschapszin.
Daarin komt de verbondenheid met de
samenleving waarin wij werkzaam zijn
tot uitdrukking.
13