CONCERNDOCHTERS
diet aan de Rabo Financieringsmaatschap
pij. Zonder deze overdracht zou het balans
totaal met 10,9 (17,2)% zijn gestegen tot een
totaal van f 5,1 miljard.
Met name de produkten vendorlease en
grensoverschrijdende factoring kenden
een belangrijke groei, die overigens bijna
volledig uit het buitenlandse bedrijf kwam.
De netto-opbrengsten (rentemarge ver
meerderd met de opbrengsten uit verhuur
na aftrek van de waardevermindering van
de verhuurde lease-objecten) stegen tot
In dit hoofdstuk wordt beknopt ingegaan op
de gang van zaken bij de drie belangrijkste concerndochters van de
Rabobank.
Voor een meer uitvoerige toelichting wordt
verwezen naar de door deze instellingen
afzonderlijk te publiceren jaarverslagen.
De Lage Landen International BV
Het activiteitenniveau van De Lage Landen
bleef in 1992 stabiel. Het geconsolideerde
balanstotaal steeg licht van f 4,6 tot f 4,7
miljard. Daarbij is de groei neerwaarts ver
tekend door de overdracht van het tweede
deel - in 1993 volgt het derde en laatste
deel - van de portefeuille consumptief kre-
Het schadebedr/jf van
Interpolis had opnieuw
een moeilijk jaar.
f 217 (212) miljoen. Het tegenvallen van
deze groei was vooral een gevolg van de
overdracht van de consumptief kredietpor
tefeuille. Daarnaast speelde de conjunctu
rele neergang in 1992 een rol, waardoor de
marge op leaseprodukten onder druk stond
en de factoringopbrengsten achterbleven
bij de verwachtingen. De lasten stegen met
9,5 (22,4)% tot f 162 148) miljoen. Het bruto-
resultaat kwam met f 55 (65) miljoen be
langrijk lager uit dan in 1991. In dat jaar
steeg de brutowinst nog met ruim 20%.
De toevoeging aan de voorziening algeme
ne bedrijfsrisico's was met f 26 (25) miljoen
nauwelijks hoger dan die in het vorige ver
slagjaar. Ook de belastinglast week slechts
in geringe mate af van die in 1991, zodat de
nettowinst daalde tot f 20 (28) miljoen.
Voor 1993 verwacht De Lage Landen een
lichte verbetering van het resultaat.
45