Deelnemingen
DE LAGE LANDEN INTERNATIONAL BV
Het geconsolideerde balanstotaal van
De Lage Landen International BV kwam
ultimo 1990 uit op f 4,2 (3,8) miljard.
Deze dochterinstelling behaalde een
netto-winst van f 28,0 (24,2) miljoen.
De Lage Landen Financiering BV sloot
voor f 0,8 (0,8) miljard aan persoonlijke
leningen en doorlopende kredieten af.
Het in totaal uitstaande bedrag steeg tot
f 1,4 (1,3) miljard.
De Lage Landen Factors BV verwezenlijk
te een omzet van f 2,3 (2,0) miljard. Het
uitstaande debiteurensaldo nam verder
toe. In 1990 werd een factoringbedrijf
overgenomen met vestigingen in
Frankrijk, Italië en Duitsland. De dienst
verlening aan het im- en exporterende
bedrijfsleven kreeg hiermee een verdere
stimulans.
De jaarproduktie van De Lage Landen
Leasing BV was stabiel op een niveau
van f 1 miljard en de portefeuille bleef
ongewijzigd f 2,1 miljard.
Een oorzaak is de sterk verminderde
afzet in de markt voor grotere computer
systemen. Compensatie voor deze vor
men van achterblijvende ontwikkeling
werd gevonden in andere objectleasing
en in de gunstige gang van zaken bij de
produkten Vastgoedlease en Vendorlease.
De aan het laatstvermelde produkt ten
grondslag liggende formule -samenwer
kingsverbanden van De Lage Landen
Groep met grotere leveranciers van
investeringsgoederen- blijkt succesvol.
De Lage Landen Translease, specialist op
het terrein van autoleasing, kende mede
als gevolg van gewijzigde fiscale regel
geving opnieuw een krachtige groei.
De portefeuille uitgedrukt in aantallen
auto's nam toe met 35%.
De opdrachten van De Lage Landen
Incasso BV waren in belangrijke mate
afkomstig van de overige werkmaat
schappijen van De Lage Landen Groep.
Toch werd ook de dienstverlening aan
derden uitgebouwd.
Het door De Lage Landen enkele jaren
geleden ingezette proces van internatio
nalisatie verloopt volgens verwachting.
In de loop van 1990 werd in Groot-
Brittannië een joint-venture aangegaan
met Massey Ferguson om in de behoefte
aan landbouwwerktuigen op leasebasis
te kunnen voorzien.
Vanaf begin 1991 worden de leasing- en
factoringactiviteiten in België vanuit een
nieuwe vestiging verricht.
In Duitsland werd in 1989 een aanvang
gemaakt met het verlenen van factoring-
diensten. De in 1990 opgedane markt-
ervaringen zijn positief.
in december 1990 nam
De Lage Landen Groep
haar nieuwe kantoor in
Indhoven in gebruik.
De Lage Landen
1 nslease maakte als
gevolg van de gewijzigde
ale regelgeving een
krachtige groei door.
H< gestegen aantal
leningen van Nedship
betrof vooral nieuw-
bouwfinancieringen bij
buitenlandse reders.
De activiteiten in Frankrijk zijn van start
gegaan door middel van de overname
van Centrale Factor SA.
Deze factormaatschappij is inmiddels
geherstructureerd en ingebed in het net
werk van De Lage Landen Groep.
Onderdeel van de overname was ook de
verwerving van Centrale Factor Italië SA.
Naar verwachting zal de inpassing daar
van in De Lage Landen Groep in de loop
van 1991 kunnen worden afgerond.
Teneinde de interne organisatie beter af
te stemmen op de groeiende internatio
nale activiteiten werd de organisatie
structuur aangepast. Vanaf begin 1991
wordt uitgegaan van twee hoofd-pro-
duktgroepen: Leasing in de verschillende
produktvormen voor financiële dienst
verlening gericht op investeringen in
vaste activa en financial trade services
(onder andere factoring en incasso) voor
dienstverlening op het terrein van vlot
tende activa. Medio december werd
overeenkomstig de planning het nieuwe
hoofdkantoor in het centrum van
Eindhoven in gebruik genomen.
NEDSHIP BANK
Na een drie jaar durende vrachtenstij
ging kwam er voor de zeescheepvaart in
1990 een reactie. De vrachten bevonden
zich in het begin van het jaar weliswaar
nog op het goede peil van ultimo 1989,
maar de afnemende economische groei,
de teruglopende wereldhandel en de
vergroting van de wereldhandelsvloot
door oplevering van nieuwbouw deden
na enkele maanden de prijzen van vrach
ten en schepen dalen. De later in het jaar
ontstane crisis in het Midden-Oosten en
de als gevolg daarvan sterke stijging van
de prijzen van olie versterkten deze
trend. Het waren vooral de droge bulk en
de stukgoedsector van zowel grote als
kleine schepen, die te lijden hadden van
deze ontwikkelingen. De vrachtenmarkt
van de meer gespecialiseerde schepen
bleef op een redelijk niveau, terwijl de
huren en prijzen voor materieel betrok
ken bij de oliewinning op zee aanmerke
lijk stegen. Bijna alle reders ondervon
den de nadelige invloed van de oplopen
de rente, de hoge bunkerkosten en de
lage koers van de Amerikaanse dollar.
Eind 1990 viel er een lichte verbetering
van de vrachtenmarkt te constateren.
Voornamelijk door orders voor grote tan
kers en containerschepen steeg de
wereldorderportefeuille van de scheeps-
bouwindustrie in de eerste maanden
aanzienlijk. Door de oorlogsdreiging
nam de geneigdheid tot investeren later
zeer sterk af.
In de binnenvaart werden redelijke resul
taten behaald. De toekomst ziet er voor
deze milieuvriendelijke bedrijfstak, die
door de inwerkingtreding van de
sloopregeling van een flink deel van
haar overcapaciteit wordt verlost, niet
slecht uit.
Hoewel de handel in schepen minder
levendig was dan in 1989, steeg de
leningproduktie fors. Het toenemende
aantal nieuwbouwfinancieringen vormt
hiervoor de verklaring. De produktie
betrof overwegend buitenlandse reders
en bestond grotendeels uit leningen in
vreemde valuta, voornamelijk dollars.
Niettegenstaande de koersdaling van
deze munt steeg de leningportefeuille
met 9,1% tot f 1.593 (1.460) miljoen.
Het bruto-resultaat, dat vanzelfsprekend
ook de weerslag ondervond van de forse
dollardepreciatie, steeg tot f 30,5 (29,6)
miljoen. Na de toevoeging aan de voor
ziening voor algemene bedrijfsrisico's en
na belastingen werd een netto-winst
gerealiseerd van f 13,1 (9,8 miljoen.
RABOBANK COMPUTERDIENSTEN BV
In 1989 kwamen besprekingen op gang
van het computerservicebedrijf
Rabobank Computerdiensten BV (RCD)
met Agridata en Covam om de
mogelijkheden tot samenwerking te
onderzoeken. Daarop volgende onder
handelingen zijn uitgemond in het
besluit tot fusie per 1 juli 1990. Agridata
heeft een belang van 43% in het nieuw
gevormde 'Centrum voor Agri
Informatisering BV', terwijl Covam 25%
en Rabobank Nederland middellijk
32% bezitten. Door dit samengaan kon
één krachtig automatiseringsbedrijf
op agrarisch gebied van voldoende
omvang worden gerealiseerd.
41