Uitzettingen
Als coöperatieve bank hebben wij
onze primaire doelstelling - het finan
cieren van leden-bedrijven tegen zo
gunstig mogelijke voorwaarden - in
het verslagjaar wederom duidelijk
gestalte kunnen geven.
KREDIETVERLENING
Onze leden en cliënten oefenden in 1989
evenals in het daaraan voorafgaande
jaar een hoge financieringsvraag uit.
Zowel bedrijven als particulieren toon
den wederom een groeiende behoefte
aan leningen en kredieten. Vanwege de
rente-ontwikkelingen en de daardoor
ontstane vlakke en later zelfs omgekeer
de rentestructuur ging de belangstelling
overwegend uit naar leningen en daar
binnen in belangrijke mate naar de lan
gere termijnen.
groei van de financieringsactiviteiten.
Ook onze buitenlandse kantoren boek
ten opnieuw een forse vooruitgang in
hun kredietbedrijf.
In totaal beliepen de nieuw verstrekte
leningen f 27,3 (in 1988: 24,3) miljard,
hetgeen een stijging met circa 12 (13)%
betekende.
Agrarische sector
Vanuit agrarische sectoren in binnen- en
buitenland werd tot een bedrag van
f 6,9 (6,2) miljard aan nieuwe leningen
opgenomen. In veel subsectoren bevon
den de verstrekkingen zich ongeveer op
hetzelfde peil als in 1988. In de tuin
bouw manifesteerde zich evenwel een
spectaculaire groei. Met name daardoor
kwam het totaal van de verstrekkingen
aan de agrarische sector uit op een nog
niet eerder bereikt bedrag. Rekening
houdend met aflossingen steeg het in
totaal in de agrarische sector uitstaande
bedrag aan leningen met 10 (7)%.
Veehouderij
De investeringen in melkquota en in
milieuvoorzieningen leidden in de melk
veehouderij tot een forse financierings
vraag. Onze verstrekkingen bewogen
zich ongeveer op hetzelfde niveau als in
1988 (f 2 miljard). De gunstige prijzen en
het vooruitzicht op een handhaving van
Bij onze belangrijkste bancaire deelne
mingen voltrok zich een voortgaande
LENINGEN IN 1989
het quotumsysteem in de eerstkomende
jaren beïnvloedden de geneigdheid tot
investeren in positieve zin.
Door verlagingen van de restitutie
niveaus en door uitbreiding van het
quotum met 1% bevonden de zuivelprij-
zen zich op het einde van het jaar op
een lager niveau dan in het begin daar
van. De rundvleesprijzen waren over het
algemeen hoger dan in 1988. De mate
van zelfvoorziening in de EG bewoog
zich naar een niveau van minder dan
100%, waardoor de rundvleesvoorraden
konden afnemen.
De varkenshouderij onderging een her
stel, na twee uiterst magere jaren.
Daardoor konden kortlopende overbrug
gingsfinancieringen weer worden afge
lost. Ten behoeve van investeringen
was er een tamelijk bescheiden vraag
naar nieuwe leningen. De betere prijzen
leidden tot inhaalinvesteringen en tot
investeren met het oog op milieumaat
regelen.
De varkensstapel gaf een lichte afne
ming te zien. Ondanks een dalende con
sumptie trad op de Europese markten
prijsherstel op door een forse inkrim
ping van het aanbod. Het prijsverloop
was gedurende 1989 uitgesproken wis
selvallig.
De vermeerderingssector kende in het
begin van het jaar als eerste een prijs
herstel, mede door de aanbodverwach
tingen voor de tweede helft van het jaar.
In september bereikten de slachtvar-
kensprijzen een nieuw record in de
(bedragen in miljoenen guldens)
Verstrekkingen
Aflossingen
Toeneming
Aangesloten banken
20 484
14 010
6 474
Rabohypotheekbank NV
968
1 574
-/- 606
Rabobank Nederland
5 833
5 653
180
Totaal
27 285
21 237
6 048
Cijfers in constante koersen ultimo 1989; koersverschillen verwerkt via verstrekkingen
geschiedenis. In de maanden daarna
waren de prijsfluctuaties zeer fors en
per saldo duidelijk neerwaarts.
De voerprijzen bewogen zich gedurende
het jaar in een licht dalende tendens. De
verstrekkingen van nieuwe leningen
waren enigszins lager
De legpluimveehouderij kende een
beter jaar dan het voorgaande. Ondanks
de salmonella-affaire in Groot-Brittannië
en een nog steeds dalend verbruik van
consumptie-eieren in de EG, lagen de
eierprijzen gemiddeld op een hoger
niveau. Door sanering was de produktie
lager dan in 1988.
De slachtpluimveesector kende in het
eerste halfjaar nog geen florissante
resultaten. Gedurende het tweede half
jaar van 1989 verbeterde de toestand
door enerzijds dalende voerprijzen en
anderzijds stijgende opbrengstprijzen.
De afzet van pluimveevlees ontwikkelde
zich positief.
Akkerbouw
Na het zeer slechte oogstjaar 1987/88
en de matige resultaten in 1988/89
waren de resultaten in het lopende
oogstjaar iets minder slecht. Het met de
verstrekking van nieuwe leningen
gemoeide bedrag stabiliseerde zich.
Bij de marktordeningsprodukten daal
den de prijzen van granen en fabrieks
aardappelen opnieuw. Door een belang
rijke stijging van de wereldmarktprijs
voor suiker zal de bietenprijs hoger uit
komen dan mocht worden verwacht op
basis van de verlaging met 2,35%, die
door de Raad van Ministers in dit voor
jaar is doorgevoerd.
Bij de vrije produkten verbeterden de
resultaten in het algemeen. De prijzen
waren belangrijk hoger dan vorig jaar.
De verbetering van de resultaten in de
aardappelsector hing samen met de
aanzienlijk kleinere Europese oogst. De
gunstige prijsontwikkeling van de kleine
gewassen hield verband met het lagere
aanbod als gevolg van een inkrimping
van het areaal.
De kg-opbrengsten per ha van vrijwel
alle gewassen gaven een stijging te
zien. Door het droge weer van de zomer
van 1989 is de spreiding in de opbreng
sten tussen de verschillende gebieden
vrij groot.
De inkomens op de akkerbouwbedrijven
vertoonden een bescheiden verbetering
ten opzichte van de voorafgaande jaren.
21