Twee jaar tevoren bedroeg het tekort nog 103A%. De dekking van
de financieringsbehoefte verliep voorspoedig, mede door de ruime
verhoudingen op de kapitaalmarkt.
Van groot belang voor het voortduren van het economisch herstel is
de positieve ontwikkeling van de bedrijfsinvesteringen. Voor het
derde achtereenvolgende jaar stegen deze aanmerkelijk, maar toch
waren zij nog aanzienlijk lager dan in het wat verdere verleden.
Door hun ruime liquiditeitspositie konden de bedrijven de
investeringen goeddeels zelf financieren. De groei van de bancaire
kredietverlening aan het bedrijfsleven hield daardoor geen gelijke
tred met de investeringen.
Ook in het afgelopen jaar was de uitvoer weer de grootste drijfveer
achter de produktiegroei. De volumestijging lag hoger dan de
toeneming van de wereldhandel, zodat ons land zijn positie op de
wereldmarkt verder verstevigde. De beheerste loonkosten
ontwikkeling in de afgelopen jaren droeg hieraan belangrijk bij.
Het overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans was
ook in 1 985 zeer aanzienlijk.
Op de valutamarkten werd het beeld vooral bepaald door de
ontwikkelingen rond de Amerikaanse dollar. Nadat in februari het
hoogste niveau van f 3,94 was bereikt, trad daarna door de
tegenvallende economische ontwikkeling in de Verenigde Staten
een gestage waardevermindering op. De overeenkomst in
september van de vijf grootste industrielanden, die een nieuwe fase
in het wisselkoersbeleid van de Amerikaanse autoriteiten
betekende, was er mede oorzaak van dat de dollarkoers aan het
eind van het jaar op f 2,77 (3,55) uitkwam.
Ondanks de forse waardevermindering van de dollar was de situatie
binnen het Europese Monetaire Stelsel meestal stabiel. De enige
spilkoersaanpassing betrof de lire, die in juli met 8% devalueerde
ten opzichte van de overige deelnemende valuta.
De gulden en de Duitse mark bevonden zich aanvankelijk onderin
het stelsel, maar in de loop van het jaar konden beide munten hun
vertrouwde posities.in de bovenste regionen weer innemen.
De rentetarieven op de binnenlandse geldmarkt stonden onder
sterke invloed van deze valutaire ontwikkelingen. De korte tarieven
liepen in het begin van het jaar op tot boven de 7%, om daarna met
enige onderbrekingen te dalen tot iets beneden de 6%. De laatste
maanden van het jaar kwam de rente in een rustiger vaarwater.
In lijn hiermee werd een in het begin van het jaar door
De Nederlandsche Bank toegepaste verhoging van haar officiële
tarieven in augustus weer ongedaan gemaakt. De banken zagen
zich in de periode februari-juli bovendien genoodzaakt tot het
instellen van een extra opslag op de debettarieven.
De kapitaalmarktrente vervolgde, na een kortstondige stijging
begin maart, de dalende tendens die reeds in 1 981 inzette. In de
laatste twee maanden van het jaar stabiliseerde de lange rente zich
rond de 7%.
14
81 82 83 84 85
De belangrijkste gebeurtenis voor de kapitaalmarkt vormde de
beslissing tot verregaande liberalisering van deze markt, die
1 januari 1 986 haar beslag kreeg. Nieuwe financieringsvormen
worden toegestaan en de toegang tot de Nederlandse kapitaalmarkt
is verruimd.
Kredietverlening
De vraag naar nieuwe leningen lag bij de Rabobankorganisatie op
een hoger niveau dan in 1 984. In totaal werd voor een bedrag van
f 1 5,5 14,2) miljard aan nieuwe leningen verstrekt. Dit is de
uitkomst van een hoger dan verwachte vraag vanuit de agrarische
sector, een voortgaande stijging bij de overige bedrijven en een
geringe teruggang in de verstrekkingen aan particulieren.
Kredieten in rekening-courant namen beduidend toe, waarschijnlijk
mede onder invloed van de renteverhoudingen en -verwachtingen.
Vooral bedrijven uit de sectoren Handel, Industrie en
Dienstverlening verhoogden hun beroep op bankkrediet.
Leningen in 1985 excl buitenlandse kantoren en ADCA-BANK
in miljoenen guldens Verstrekkingen Aflossingen Toeneming
Aangesloten banken
Rabohypotheekbank NV
Rabobank Nederland
Totaal
12 841 9 052 3 789
737 1 641 - 904
1 883 1717 166
15461 12410 3051
De wereldmarkt van agrarische produkten werd in 1 985 - evenals
in het daaraan voorafgaande jaar - gekenmerkt door toenemende
overschotten, lagere prijzen en oplopende handelspolitieke
spanningen met name tussen de VS en de EG. Medio 1 985