Aan de Algemene Vergadering
De Rabobankorganisatie kent een
coöperatieve structuur De 970
aangesloten banken met 3.071
vestigingen hebben samen zo'n
950.000 leden. Deze leden kiezen de
besturen en raden van toezicht van
deze zelfstandige banken, die samen
weer een eigen coöperatie vormen, de
centrale bank, Rabobank Nederland.
Elkjaarinjuni komen de ruim 3.000
afgevaardigden van de plaatselijke
banken bijeen in de Algemene
Vergadering van de centrale bank.
Daar spreken zij zich uit over het
gevoerde en te voeren beleid.
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 68
van de Statuten van de Coöperatieve
Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank B.A.
wordt u hierbij het verslag over het boekjaar
1981 aangeboden. In dit verslag wordt een
overzicht gegeven van de gang van zaken in
het afgelopen jaar bij Rabobank Nederland en
bij de Rabobankorganisatie als geheel.
Het verslag bevat de geconsolideerde balans
en de resultatenrekening van de plaatselijke
Rabobanken, de gelieerde instellingen en
Rabobank Nederland met haar meerder
heidsdeelnemingen. Van Rabobank
Nederland wordt voorts een afzonderlijke
balans en resultatenrekening overgelegd.
De toelichting op alle bedoelde jaarstukken is
in een geheel bijeen gebracht.
Het was geen opwekkend beeld, dat de
economie ons in 1 981 heeft geboden.
Onverwacht was dit niet, want de sombere
lijnen tekenden zich reeds enige tijd tevoren
waarschuwend af. Thans zijn deze lijnen op
allerlei terrein veel scherper geworden.
Van die ongunstige wending is ieder zich in
1981 terdege bewust geworden.
Hoe ongerijmd dit ook moge lijken, daarmee
is tevens aan de allereerste voorwaarde
voldaan om met vereende krachten de
moeizame weg in te slaan die een weder
opleving van onze volkshuishouding zal
bevorderen. Aan die bewustwording heeft
niemand zich kunnen onttrekken: de
verminderde koopkracht dwong tot
beperking van de bestedingen, de vaste
lasten van gezinnen stegen onder andere
door de hoge rentestand welke meer in het
algemeen de ondernemers de lust tot
investeren verder ontnam en de woning
markt dieper het dal in drukte. De overheid
hield in versterkte mate haar eigen probleem:
het groeiende financieringstekort, terwijl het
bedrijfsleven ook met grote moeilijkheden
had te worstelen, waaruit dikwijls geen
andere uitweg mogelijk was dan 'afslanking'
of sluiting. Het ergste was dat de
werkloosheid door dit alles een nog
verontrustender omvang is gaan vertonen.
Gelukkig heeft 1 981 ook nog iets meer
gebracht. In brede kringen groeit de bereid
heid de moeilijkheden nuchter onder ogen te
zien, zonder star aan het ene eigen oogmerk
vast te houden. Indien deze bereidheid in
1 982 doorzet, opent dat perspectieven voor
het vinden van een werkelijk door een
verscheidenheid van groepsbelangen
gedragen gezamenlijke aanpak.
Enkele lichtpunten waren in het schaduwrijke
1981 ook te bespeuren. Zo was er een
duidelijke verbetering van het saldo op de
lopende rekening van de betalingsbalans.
Mede daardoor kon de waarde van de gulden
vast blijven. Dit hielp er aan mee de inflatie
zoveel mogelijk buiten onze deurte houden.
Ook nog vermeld worde, dat de agrarische
sector in het algemeen geen ongunstige
ervaringen met 1 981 heeft gehad.
Noch deze lichtpunten, noch het eerder
genoemde bewustzijn van de ongunst der
tijden mogen ons een spoedig economisch
herstel doen verwachten. De vooruitzichten
in dit opzicht zijn voor 1 982 niet erg
bemoedigend, al kunnen wij wellicht in het
tweede halfjaar een zekere opleving van de
internationale conjunctuur verwachten.
Hoopgevend achten wij vooral het
ontwakende nieuwe realiteitsbesef, dat wij
meenden te constateren. Dit moge tot een
1 1