mmiï. De aardappelmeelindustrie is van grote betekenis voor Noord-oost-Groningen. In dit gebied werkt ook de hier afgebeelde Rabobank Gasselternijveen. wijzigingen in het EEG-landbouwbeleid. De ten opzichte van 1 979 en 1 980 verbeterde opbrengstontwikkeling van de meeste belangrijke agrarische produkten heeft bovendien minder dan in voorafgaande jaren geleid tot verhoogde investeringen. In de grondgebonden agrarische sectoren droeg ook de verdere daling van de grond prijzen bij tot verlaging van de nieuwe verstrekkingen. Ook hebben wij de indruk dat de huidige omstandigheden in een aantal gevallen leiden tot uitstel van bedrijfsover- drachten. Met name in de sector van de melkveehouderij op gespecialiseerde en gemengde bedrijven is het afnemende tempo van schaalvergroting en modernisering van betekenis. Onder meer de bouw van lig- boxenstallen en het overgaan op tankmelken vertonen verzadigingsverschijnselen, zeker in bepaalde delen van ons land. In totaal namen landbouwbedrijven in 1981 bij onze organisatie nieuwe leningen op tot een bedrag van f2 161 (3 378) miljoen. Dat is 36% minder dan in 1 980 en 43% minder dan in het topjaar 1979, toen aan landbouwbedrijven f3817 miljoen werd verstrekt. Nieuwe leningen aan tuinbouwbedrijven waren met f 849 (1 231) miljoen 31 lager dan in 1 980 en 45% lager dan in 1979. De sterk gestegen energiekosten en de onzekerheid over de toekomstige ontwikkeling daarvan vormen een belangrijke verklaring voor het feit dat de verstrekking van nieuwe leningen aan de glastuinbouw in vergelijking met voorgaande jaren bijna is gehalveerd. De afwachtende houding vindt bovendien haaroorzaak in de aankondiging van het zogenaamde sectorbeleid. In het kader daarvan zal de overheid f270 miljoen aan investeringssubsidies bijdragen in een totaal van naar schatting circa f 1 miljard investeringen voor energiebesparingen in de eerstkomende jaren. Van dit sectorbeleid, waaraan wij inmiddels een speciale brochure hebben gewijd, verwachten wij al in 1 982 effecten op de kredietvraag. Nieuwe leningen aan bedrijven in de sector van de agrarische handel en industrie beliepen in het verslagjaar f 518 (619) miljoen. De terugval deed zich met name voor bij de op plaatselijk niveau werkende bedrijven. Aan de grote, op landelijk of regionaal niveau werkende agrarische coöperaties, werd nagenoeg evenveel verstrekt als in 1 980. De agrarische sector als geheel nam in 1981 bij onze organisatie nieuwe leningen op ten bedrage vanf3 528(5 228) miljoen, 33% minder dan in 1 980 en 41 minder dan in 1979. Daarmee kwam het aandeel van de agrarische sector in het totaal van de nieuw verstrekte leningen op 29 (36)%. Van de in 1 981 verstrekte leningen aan de agrarische sector werd f99 (94) miljoen gegarandeerd door de Stichting Borg stellingsfonds voor de Landbouw. Handel, nijverheid en dienstverlening De verstrekking van nieuwe leningen door onze organisatie aan bedrijven in de sectoren handel, nijverheid en dienstverlening nam in het verslagjaar af tot f 2 926(3 359) miljoen. Dat betekent een teruggang met 1 3% ten opzichte van 1 980 en met 1 8% ten opzichte van 1 979. Ook hier heeft een toegenomen deel van de verstrekkingen betrekking op schuldvernieuwing, hetgeen er op duidt dat de investeringsanimo duidelijk is afgenomen. De omvang van het totaal verstrekte bedrag is meer dan vroeger beïnvloed door de sterke stijging van leningen van Rabobank Nederland aan grote bedrijven en instellingen. De door de plaatselijke Rabo- banken verstrekte leningen aan het midden- en kleinbedrijf namen af met 23%. Daarbij was de terugval het sterkst in bouw en garagebedrijven en het minst sterk in de dienstverlenende bedrijven, waar reeds in 1 980 een scherpe daling viel te constateren. In vrijwel alle takken van het bedrijfsleven is de koopkrachtdaling van het publiek merkbaar. Ondanks de matigende invloed van loonmaatregelen op de kostenontwikkeling Verstrekte leningen in 1981 naar bestemming (in miljoenen guldens) Bedrijfsdoeleinden Woningen Diversen Totaal Landbouw 2 059 86 Tuinbouw 800 46 Agrarische rechtspersonen 501 16 Agrarische sector 3 360 148 Handel, nijverheid en dienstverlening 2 317 576 Totaal bedrijven 5 677 724 Overige groepen 221 4 643 Totaal 5 898 5 367 Procentuele verdeling 1 981 49 45 (1980) (53) (41) 16 3 1 20 33 53 734 787 6 (6) 2 161 849 518 3 528 2 926 6 454 5 598 12 052 100 (100) Procentuele verdeling 1981 (1980) 18 23) 7 9) 4 4) 2936) 2523) 54 59) 46 41) 100(100) 37

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Rabobank | 1981 | | pagina 20