energiewaarden (ruim 20% van de portefeuille) kon de basiswaarde van participaties in het Beleggingsfonds van de 7 stijgen van f 8,03 tot f 9,73, ofwel met ruim 21 De netto-uitkering bedroeg over 1 980 f 0,49, tegen f 0,39 over 1 979. Het totale fondsvermogen nam met 1 3,2% toe tot f 85,8 miljoen. Als gevolg van het expireren van een groot aantal 1 0-jaars polissen daalde het aantal participaties met circa 625 000 tot 8,82 miljoen. Assurantiebemiddeling Zowel de levensverzekerings- als schadeverzekeringsproduktie stonden in het verslagjaar onder druk van de stagnerende economische omstandigheden. Niettemin kon toch een omzetgroei van ruim 9% worden verwezenlijkt. De aantasting van de particuliere bestedings mogelijkheden ten spijt heeft de produktie van reisverzekeringen wederom een flinke groei te zien gegeven. Een met ongeveer 1 5% tot bijna f 37 miljoen gestegen premie-omzet kan in deze omstandigheden een zeer bevredigende produktie worden genoemd. Het aantal aangesloten banken dat tot de geautomatiseerde verzekeringsadministratie is toegetreden is wederom toegenomen. Inmiddels zijn stappen ondernomen tot verdere verbetering van de programmatuur. Met het oog op standaardisatie van het particuliere verzekeringspakket is de ontwikkeling van Rabopolissen inmiddels in gang gezet door het uitbrengen van de Rabopolis Uitgebreide Gevarenverzekering (UGV) voor woonhuis en inboedel. De produktieresultaten van deze eerste Rabopolis hebben geheel aan de verwachtingen beantwoord. In de naaste toekomst zullen in samenwerking met een aantal verzekerings maatschappijen meer verzekeringsprodukten in de particuliere sfeer als Rabopolis worden ontwikkeld. Reisbemiddeling De Nederlandse reiswereld werd in 1 980 geconfronteerd met een teruglopende vraag naar pakketreizen. Het aantal reizen, dat door de Rabobankorganisatie werd verkocht, steeg niettemin nog met 1 3% tot 440 000 (390 000). De omzet nam echter slechts met 6% toe. De belangrijkste verklaring hiervoor is gelegen in de verhoudingsgewijs toenemende belangstelling voor goedkopere binnenlandse arrangementen. Mede hierdoor nam het aandeel van de autovakantiereizen verder toe, terwijl het aantal vliegreizen een daling toonde. De stijgende kosten bij stagnerende opbrengsten maken een bijstelling wenselijk van ons beleid ten aanzien van de reisbemiddeling voor de jaren tachtig. Daarbij is het streven erop gericht te bewerkstelligen dat de marge tussen provisie opbrengsten en bemiddelingskosten niet verder verkrapt. Projectontwikkeling De situatie op de markt van onroerend goed is uiteraard niet zonder betekenis gebleven voor de activiteiten van Rabobank Nederland op het terrein van de projectontwikkeling. Deze voor de Rabobankorganisatie nog relatief jonge werkzaamheid heeft zich - de omstandigheden in aanmerking genomen - bevredigend ontplooid. x 1000 Financieringsmaatschappij 'De Lage Landen N.V. In het verslagjaar werden de gevolgen ondervonden van de economische terugval in 1 980, zowel in de particuliere sector als in de bedrijvensector. Een toenemend aantal cliënten kwam daardoor in problemen. Dit leidde in 1980 tot een groei van het verliesrisico, waardoor het noodzakelijk was ten laste van de verlies- en winstrekening aan de voorziening voor dubieuze debiteuren belangrijk meer toe te voegen dan in 1 979. De economische teruggang leidde bij De Lage Landen N.V., evenals bij andere financieringsmaatschappijen, tot een terugval in de produktie. In 1 980 werden door De Lage Landen N.V. circa 35 000 (40 000) contracten afgesloten voor een totaal netto bedrag van circa f 489 (556) miljoen. Het bedrag aan uitstaande leningen, exclusief financieringskosten, nam toe van f 833 miljoen tot f 926 miljoen. In het verslagjaar was sprake van extra druk op de rentabiliteit doordat de sterk 44 gestegen tarieven op de geld- en kapitaalmarkt, vanwege trage aanpassing door de overheid van de maximale tarieven voor consumptief krediet, niet direct konden worden doorberekend. Daarom moest vooral in het eerste kwartaal tegen een zeer lage marge worden uitgezet, bij een relatief gelijk niveau van de bedrijfskosten. Na het eerste kwartaal verbeterde echter de rentemarge aanzienlijk. Dat niettemin de beschikbare winst uiteindelijk afnam tot f 1,2 (2,2) miljoen, was in hoofdzaak toe te schrijven aan de tot f 12,7 (7,7) miljoen verhoogde toevoeging aan de voorziening voor dubieuze debiteuren. In verband met de in de loop van de tijd gewijzigde verhouding in de dienstverlening van De Lage Landen N.V. ten behoeve van de Rabobanken respectievelijk Interpolis werd in het verslagjaar de deelnemingsverhouding aangepast. Sedert 1 september 1 980 bezit Rabobank Nederland 95 (75)% van het aandelenkapitaal en Interpolis 5 (25)%. Organisatorische aspecten Algemeen In het verslagjaar zijn door de vertegenwoordigende lichamen van de Rabobankorganisatie ingrijpende besluiten genomen. Nadat in alle geledingen van de organisatie het rapport van de Structuurcommissie inzake lidmaatschap en ledenaansprakelijkheid was besproken, heeft de Algemene Vergadering van 5 juni 1 980 ingestemd met de daarin vervatte voorstellen. Het aanvaarden van het lidmaatschap van een Rabobank zal voor particulieren niet langer voorwaarde zijn ter verkrijging van een financiering. Wij stellen er echter prijs op indien ook in deze gewijzigde situatie particulieren het lidmaatschap van Rabobanken blijven behouden danwel verwerven. De aan het lidmaatschap verbonden ledenaansprakelijkheid, die tot voor kort onbeperkt was, is thans beperkt tot f 5 000,- per lid. Eveneens is in de Rabobankorganisatie een kruiselingse garantieregeling ingevoerd, waardoor de vermogens van de Rabobanken, Rabobank Nederland, de gelieerde instellingen waaronder de Rabohypotheekbank N.V. in bedrijfseconomische zin als één geheel beschouwd kunnen worden. Het is daardoor mogelijk geworden cijfers van de Rabobankorganisatie geconsolideerd te presenteren. Factoring Ter voldoening aan gebleken behoeften bij de cliëntenkring van de Rabobanken is in het verslagjaar besloten het produktenpakket uit te breiden via de oprichting van een eigen factormaatschappij: B V. De Lage Landen Factors, Rabobank Nederland. Daardoor zullen de verzorging van de debiteurenadministratie, de inning, bewaking, financiering en verzekering van handelsvorderingen ook door de Rabobanken als vorm van dienstverlening aan hun cliënten kunnen worden geboden. De uitvoering van deze werkzaamheden is ondergebracht bij De Lage Landen N.V. BEG-Bank Evenals enkele andere partners in het Unico samenwerkingsverband heeft Rabobank Nederland een deelneming verworven in de Bank Euro- paischer Genossenschaftsbanken (BEG-Bank). Deze bank, gevestigd te Zürich, is in 1 974 opgericht door een groep coöperatieve Europese banken. Met name voor het aantrekken van aanvullende middelen is een steunpunt in Zwitserland van betekenis. Centraal Makelaarskantoor B. V. De meest wenselijke opzet van het Centraal Makelaarskantoor B.V. is in de verslagperiode onderwerp van beraad geweest bij alle betrokken groeperingen. Besloten is individuele Rabobanken of Rabobanken in gezamenlijk verband in staat te stellen de uitoefening van de makelaardij in onroerend goed ter hand te nemen in het kader van door hen op te richten besloten vennootschappen. Aantallen aangesloten banken en kantoren In het kader van het gestaag voortgaande proces van optimalisering van de werkgebieden hebben in de verslagperiode 20 (23) aangesloten banken onderlinge fusiebesprekingen afgerond. Als gevolg daarvan nam het aantal Rabobanken met 1 0 12) af tot 978 (988). Tegen dezelfde achtergrond nam het aantal vestigingen in het verslagjaar af met 7 (8) tot 3 087. Bij de (her)inrichting van (nieuwe) bankkantoren wordt veel aandacht besteed aan milieu- en energieproblemen. In het verslagjaar is een campagne gestart met het doel ook binnen ons bankbedrijf optimaal om te gaan met de steeds schaarser en duurder wordende energie. Personeel en opleiding Bij de aangesloten banken nam het aantal personeelsleden in 1 980 toe met 1 200 (1 032). Ook bij Rabobank Nederland was met 355 (1 52) sprake van een sterkere toeneming van het aantal personeelsleden dan in 1 979. Het personeelsbestand van de Rabobankorganisatie in totaliteit groeide met 6 (5)% tot 26 894 (25 339). In de verslagperiode heeft intensief beraad plaatsgevonden over de wijze van tot stand komen van de arbeidsvoorwaarden in de Rabobankorganisatie. De primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden van personeelsleden, werkzaam bij Rabobank Nederland zijn reeds enkele jaren onderworpen aan de CAO voor het bankbedrijf. De rechtspositie van personeelsleden bij

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Rabobank | 1980 | | pagina 24