die indruk versterkt. De verhoudingsgewijs lage geldontwaarding en de hoge tot zeer hoge rente voor spaarmiddelen gedurende het verslagjaar gingen gepaard met zeer omvangrijke ver schuivingen van traditionele spaarvormen naar bankdepositorekeningen en, binnen de onder scheiden spaarvormen, naar de hoogstrentende. Deze verschuiving is nog versterkt doordat sedert juli 1979 het geldmarktrenteniveau boven het kapitaalmarktrenteniveau kwam te liggen. Deze ontwikkelingen en het feit dat door de verminderde inkomensgroei met name de kleine spaarder minder tot sparen kwam, bracht in het verslagjaar bij onze banken een aanzienlijke daling van het aandeel van de direct-opvraagbare tegoeden, ondanks de invoering van de dagelijkse methode van rentevergoeding. De toeneming van het aantal spaarrekeningen was met 300 000 (325 000) minder groot dan in 1978. Tegen de achtergrond van de hiervoor geschetste spaarontwikkeling achten wij dit echter een bevredigende stijging. Eind 1979 telde onze organisatie 8,075 (7,775) miljoen spaarrekeningen en particuliere depositorekeningen met een gemid deld tegoed per rekening van f 5 335,- (4 960,-). Overige middelen Onder de post middelen op termijn in de kern gegevens zijn begrepen de door de plaatselijke Rabobanken uitgegeven waardepapieren aan toonder, de door de Rabohypotheekbank N.V. geplaatste pandbrieven, de door de Centrale Rabobank uitgegeven obligatieleningen, alsmede opgenomen onderhandse leningen en zakelijke deposito's. In totaal namen deze middelen in het verslagjaar toe met f 4 072 (4 430) miljoen tot f 1 5 850 (1 1 778) miljoen. Deze vermindering van groei komt geheel voor rekening van de opgenomen onderhandse leningen ter dekking van de middelenbehoefte van de Rabohypotheekbank N.V. De plaatsing van nieuwe pandbrieven door de Rabohypotheekbank N.V. verliep tot tevredenheid, zij het minder voorspoedig dan in 1978. In februari emitteerde de Centrale Rabobank een 8,5%- obligatielening ten bedrage van f 1 50 miljoen. In oktober werd een 5-jarige lening ten bedrage van f 25 miljoen op de internationale kapitaalmarkt geplaatst. De Rabobanken verheugden zich gedurende de eerste helft van het verslagjaar in een grote belangstelling voor waardepapier aan toonder. Geruchtvorming omtrent de fiscale behandeling van dit papier, in november versterkt door uitspraken van de Staatssecretaris van Financiën, heeft deze belangstelling bekoeld. Aflopend papier werd in mindere mate verlengd. Nieuw papier werd op kleinere schaal afgenomen. De bestemming van vrijgekomen middelen onttrekt zich aan onze waarneming. Niet was te constateren dat deze middelen beschikbaar zijn gebleven voorde financiering van investeringen van overheid en particulieren, noch of de fiscale verantwoording daarvan verandering heeft ondergaan. De tegoeden op depositorekeningen van bedrijven en instellingen namen in het verslagjaar sterk toe. De voortdurend hoge geldmarktrente bevorderde overheveling van rekening-couranttegoeden naar kortlopende deposito's. Deze ontwikkeling bereikte een hoogtepunt, toen in het vierde kwartaal de hoge rente op de geldmarkt verder werd opgedreven ten gevolge van politieke ontwikkelingen en monetaire maatregelen in binnen- en buitenland. De saldi op privé-rekeningen gaven in het verslag jaar een teleurstellende ontwikkeling te zien. Het totale tegoed op deze rekeningen nam slechts toe met f 222 (566) miljoen, terwijl het aantal rekeningen met 140 000 1 30 000) tot meer dan 2,6 miljoen gestaag bleef doorgroeien. Daardoor kwam het gemiddeld tegoed per rekening aan het einde van het verslagjaar op f 2 025,- (2 050,-), lager dan een jaar eerder. De vermindering van de inkomensstijging vormt zonder twijfel een belangrijke verklaring voor het achterblijven van de groei van de saldi, evenals het toenemen van de rentelasten voor opgenomen leningen. De onverwacht sterke daling van de tegoeden in de zomermaanden zou op meer dan trendmatig gestegen vakantie-uitgaven kunnen wijzen. Voorts heeft de hoge rentestand waarschijnlijk meer dan in voorgaande jaren verschuivingen veroorzaakt naar spaartegoeden. Overhevelingen van tegoeden op zakelijke rekeningen-courant naar depositorekeningen zijn stellig door de hoge rentestand bevorderd. De tegoeden op zakelijke rekeningen-courant namen dan ook per saldo af met f 48 miljoen, te vergelijken met een toeneming van f216 miljoen in 1 978. Deze ontwikkeling toont voorts de minder gunstige inkomensontwikkeling en liquiditeitspositie van veel bedrijven. Oorzaak daarvan was, behalve de bedrijfsresultaten, zeker ook de versnelde belasting inning. Deze factoren hebben ertoe geleid dat het effect van de verbreding en verdieping van onze relaties met bedrijfscliënten niet waarneembaar was in de ontwikkeling van de tegoeden op zakelijke rekeningen-courant. Totaal toevertrouwde middelen De beschreven ontwikkeling als geheel resulteerde in een toeneming van de toevertrouwde middelen met in totaal f8 750(9 600) miljoen of 15 (19)% tot f68 257 (59 507) miljoen. Dit middelenbestand per eind 1979 was als volgt over de onderdelen van onze organisatie verdeeld: aangesloten banken f 58 065 (52 1 57) miljoen, Centrale Rabobank f 3 664 (3 110) miljoen en Rabohypotheekbank N.V. f 6 528 (4 240) miljoen. Niet alleen relatief, maar ook nominaal was de middelengroei in het verslagjaar aanmerkelijk lager dan in voorafgaande jaren. Ten dele is dat ver klaarbaar doordat wij, mede onder invloed van de moeilijke markt en de geringere vraag vanuit de Rabohypotheekbank N.V., minder middelen opnamen op de onderhandse kapitaalmarkt. 34 Stand van de toevertrouwde middelen bij de Rabobankorganisatie x f 1 mrd. 1976 50i:' spaargelden Ol rekening-courant-gelden O middelen op termijn Anderzijds is echter ook de groei van onze traditionele middelenbronnen gedaald. Deze ontwikkeling zal in de komende jaren bijzondere aandacht vergen. Bijzondere diensten Internationale activiteiten In het afgelopen boekjaar vertoonden de buiten landse uitzettingen van de Rabobankorganisatie een redelijke groei. Zowel in de internationale markt voor consortiale leningen als bij de verstrekking van voor- en nafinancieringen van de buitenlandse handel is door ons een actieve opstelling ingenomen. Hoewel in 1 979 de verkrapping van de rente marges, die reeds in het voorafgaande jaar werd bespeurd, verder doorzette heeft de organisatie door een selectief beleid en het in sterkere mate innemen van leidende posities in internationale leningen haar optreden in deze markt verder geaccentueerd. Hierdoor kon het rendement op deze uitzettingen op een aanvaardbaar niveau worden gehandhaafd. Zowel het Nederlandse als het buitenlandse bedrijfs leven heeft in het afgelopen jaar onze organisatie in toenemende mate benaderd voor de financiering van de handel tussen Nederland en afnemers en leveranciers over de grenzen. In vrijwel alle gevallen hebben wij met onze dienstverlening hieraan tegemoet kunnen komen. Met name is het bijzonder verheugend te constateren dat de Rabobank organisatie ook op internationaal terrein aan de agrarische sector van het Nederlandse bedrijfsleven, van oudsher cliënt van de Rabobanken, een volledig dienstenpakket kan aanbieden. In het vorige verslag kon gewag worden gemaakt van de oprichting van de twee eerste volledig eigen vestigingen van de Centrale Rabobank buiten de landsgrenzen, te weten de Centrale Rabobank Curacao N.V. en de Centrale Rabobank Trust maatschappij Curacao N.V. Deze steunpunten ontwikkelen zich geheel volgens verwachting. Reeds in hun eerste boekjaar konden zij in redelijke mate bijdragen tot de resultaten. In het kader van een uitbreiding van eigen steun punten in het buitenland hebben wij besloten eigen vertegenwoordigingen te openen in New York en Frankfurt. Naar verwachting zullen deze in de tweede helft van 1 980 hun deuren openen. Het ligt in de bedoeling de vertegenwoordiging te New York te zijner tijd om te vormen tot een bijkantoor. Het samenwerkingsverband van de belangrijkste coöperatieve bankorganisaties in West-Europa, de Unico Banking Group, heeft ook in het afgelopen jaar bewezen een belangrijke bijdrage te kunnen leveren aan de internationale expansie van haar leden. De gekozen opzet, waarbij de leden duidelijk hun eigen identiteit en belangen kunnen behouden, is gebleken de juiste te zijn. Ook op de internationale financiële markten heeft de groep zich duidelijk gemanifesteerd. De leden van de groep behoren samen met andere Europese coöperatieve bank instellingen tot de aandeelhouders van de London Continental Bankers. De ontwikkeling van deze in Londen gevestigde bank vormde een bijdrage tot onze internationale activiteiten. Reeds van 1 974 dateert de deelneming van de Centrale Rabobank in de Hakrinbank N.V. te Paramaribo. De bank heeft zich in de laatste vijf jaren een belangrijke plaats weten te veroveren in de Surinaamse handels- en bedrijfswereld. Het jaar 1 979 is voor het Surinaamse bedrijfsleven minder goed geweest, hetgeen zich ook in de bedrijfs resultaten van deze instelling weerspiegelt. De relatie van de Centrale Rabobank met de Latin American Agribusiness Development Corporation S.A. (LAAD), die voornamelijk in Midden-Amerika en het Caraïbische gebied actief is, ontwikkelt zich naar wens. De reeds in het vorige jaarverslag gereleveerde Agri- Business Group Holland (A.B.G.H.) rondde haar aanloopperiode af. Daarnaast werd in het kader van de Nationale Coöperatieve Raad voor Land- en Tuinbouw, waarin het coöperatieve bedrijfsleven in Nederland is verenigd, in het afgelopen jaar besloten om de inter nationale samenwerking en ontwikkeling duidelijk gestalte te geven. Wij zijn van mening, dat projectactiviteiten in het buitenland van belang zijn ter ondersteuning van de Nederlandse exportbevordering. Aan deze ontwikkeling wordt dan ook daadwerkelijk steun gegeven. Een consequentie van de snelle groei van onze 35

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Rabobank | 1979 | | pagina 19