Aan de Algemene Vergadering
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 68 van de
statuten van de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-
Boerenleenbank b.a. wordt u hierbij het verslag over
het jaar 1 977 aangeboden. In dit verslag wordt een
beeld geschetst van de voornaamste in- en externe
ontwikkelingen die in het afgelopen jaar invloed
hebben gehad op de economie en op de gang van
zaken bij de Centrale Rabobank en de Rabobank-
organisatie als geheel. Na de beschouwingen dien
aangaande volgen de gecombineerde balans en
winst- en verliesrekening van de Rabobankorganisatie,
te weten van de aangesloten Rabobanken, de
gelieerde instellingen en de Centrale Rabobank met
haar meerderheidsdeelnemingen. Van de Centrale
Rabobank worden vervolgens een afzonderlijke
balans en winst- en verliesrekening gepresenteerd.
De toelichting op de onderscheiden jaarstukken is in
een geheel bijeengebracht.
De in 1976 bereikte zeer sterke groei van het bedrijf
van de organisatie heeft zich in 1977 onverminderd
voortgezet. Dit ondanks de kredietbeperkende
maatregelen van De Nederlandsche Bank.
Het balanstotaal van de gehele organisatie is door deze
groei def60 miljard gepasseerd. De relatieve stijging van
het resultaat is echter, mede onder in vloed van de scher
pe concurrentie in het bankwezen en de dientengevolge
teruglopende marges, lager geweest dan in 1976.
Op 1 8 april 1 977 overleed mr. T. Brouwer, in leven lid
van de Raad van Toezicht. De heer Brouwer heeft deze
functie vervuld van 1967 tot 1973. In dat jaar werd
zijn lidmaatschap van de Raad van Toezicht onder
broken in verband met zijn benoeming tot Minister
van Landbouw en Visserij. Na korte tijd heeft hij zijn
ministerschap om gezondheidsredenen moeten
neerleggen. In mei 1974 werd hij wederom benoemd
tot lid van de Raad van Toezicht.
Wij herdenken in hem een man die door zijn grote
kennis en ervaring een belangrijke bijdrage aan de
voorspoedige ontwikkeling van de belangen van
boeren en tuinders heeft geleverd en die zijn grote
capaciteiten in dienst heeft gesteld van onze
organisatie.
In de op 9 juni 1977 gehouden Algemene Vergadering
heeft de heer H. de Jong zijn functie van lid van de
Raad van Toezicht neergelegd in verband met het
bereikt hebben van de statutaire leeftijdsgrens. De heer
de Jong heeft zich gedurende ruim 25 jaar verdienste
lijk gemaakt in verschillende functies binnen het
coöperatieve kredietwezen. Wij zijn hem daarvoor ten
zeerste erkentelijk.
In verband met zijn benoeming tot lid van de Raad van
Beheer heeft mr. O.W.A. Baron van Verschuer zijn
functie als lid en voorzitter van de Raad van Toezicht
neergelegd.
Tot nieuwe leden van de Raad van Toezicht benoemde
de Algemene Vergadering de heren drs. R. Zijlstra,
H.J. Kloosterboer en M.P. Zuidgeest. De heren
G. Vredeveld en W.K.E. van der Willik werden als
zodanig herkozen. Drs. R. Zijlstra werd door de
Raad van Toezicht tot zijn voorzitter benoemd.
Jhr.mr.dr. O.F.A.H. van Nispen tot Pannerden, lid en
plaatsvervangend voorzitter van de Raad van Beheer,
heeft zijn functie in verband met het bereikt hebben
van de statutaire leeftijdsgrens neergelegd. Door de
voorzitter van de Algemene Vergadering werd hem
dank gebracht voor zijn inzetten behoeve van het
coöperatieve bankwezen, waarvoor hij doorzijn
persoonlijke capaciteiten en zijn grote bestuurlijke
ervaring van bijzondere betekenis is geweest.
Mr. O.W.A. Baron van Verschuer werd gekozen tot lid
van de Raad van Beheer. In dit College werd hij
vervolgens benoemd tot plaatsvervangend voorzitter.
Ir. P.J. Lardinois aanvaardde op 6 januari 1 977 zijn
functie als lid en voorzitter van de Hoofddirectie.
Drs. R.B.J. van Eldik werd met ingang van 1 februari
1 977 benoemd tot lid van de Hoofddirectie. Voorts
werd mr. H.J.A.E.M. Klarenbeek per 1 januari 1 978
benoemd tot lid van de Hoofddirectie.
In organisatorisch verband is 1977 een belangrijk jaar
geweest. Nadat in 1976 in brede lagen van de
organisatie een gedachtenwisseling had plaats
gevonden omtrent de structuur van de Rabobank
organisatie, zulks op basis van het Structuurrapport
1976, heeft de Algemene Vergadering met algemene
stemmen de hiermee samenhangende wijzigingen
van statuten en huishoudelijke reglementen aanvaard.
Aan een zeer belangrijk en ingewikkeld onderdeel van
deze structuur, de financiële verhoudingen binnen de
Rabobankorganisatie, heeft een commissie, bestaande
uit leden van beheerscolleges en directeuren van
aangesloten banken, bijna twee jaar gewerkt.
De resultaten van deze diepgaande studie zijn in het
voorjaar 1978 door de Structuurcommissie aan de
organisatie gepresenteerd.
Als uitvloeisel van het Structuurrapport werd voor de
eerste keer een beleidsplan behandeld en vastgesteld,
dat loopt tot ultimo 1 981De wijze waarop binnen de
organisatie de gedachtenvorming ten aanzien van de
structuur en het toekomstige beleid hebben plaats
gevonden, wettigen het vertrouwen dat aldus ook in
de toekomst verder richting kan worden gegeven aan
het beleid van de organisatie.
19