29 geringe toeneming; de rentewinst steeg met 20 (24) procent tot f 696 (579) miljoen. Onder invloed van de hoge verstrekkingsgraad van leningen en van de wederom sterk gestegen activiteiten op onder meer het terrein van de assurantiebemiddeling, vertoonde de provisiewinst een flinke toeneming met 41 (31procent tot f 152 (107) miljoen. De stijging van de bedrijfskosten was lager dan in voorgaande jaren. De toeneming van de bedrijfskosten was bij de Centrale Bank groter dan bij de aangesloten banken, onder andere als gevolg van de fusie-activiteiten. In de afgelopen jaren is het personeelsbestand bij onze organisatie vooral als gevolg van het entameren van nieuwe diensten zeer sterk toegenomen. In het verslagjaar onderging de personeels uitbreiding zowel bij de aangesloten banken als bij de Centrale Bank, een forse beperking. Daardoor kon, ondanks het feit dat de uitbreiding in toenemende mate betrekking heeft op hoger gekwalificeerd personeel en ondanks de sterke loonsomstijging per werknemer, de stijging van de personeelskosten aanzienlijk beneden die van de voorgaande jaren blijven. Ook in de stijging van de afschrijvingskosten van gebouwen valt een dalende tendens te bespeuren. De grote investeringen in de voorgaande jaren in moderne bankaccommodaties werpen thans hun vruchten af. Ook de minder sterke uitbreiding van het vestigingennet speelt daarbij een rol. De sterk aanhoudende inflatoire krachten en de toeneming van de bedrijfsomvang zorgden ook in het verslagjaar voor een sterke stijging van de overige bedrijfskosten. In totaal namen de bedrijfskosten, inclusief afschrijvingen in het verslagjaar toe met 25 (32) procent tot f 580 (463) miljoen. De noodzaak tot kostenbewaking en efficiencyverbetering, zowel bij de Centrale Bank als bij de aangesloten banken, blijft zich sterk doen gevoelen. Deze en daarmee samenhangende problemen hebben dan ook onze speciale aandacht. Uiteindelijk resulteerde de beschreven ontwikkeling in een toeneming van de rente- en provisiewinst met f 161 (137) miljoen en van de bedrijfskosten met f117 (112) miljoen. De bedrijfswinst steeg daardoor met f 44 (25) miljoen tot f 267 (223) miljoen. De voorzieningen voor belastingen bedragen f 108 (98) miljoen, waarna een bedrijfsresultaat van f 159 (125) miljoen resteert. Na bijzondere voorzieningen en reserveringen beloopt het te bestemmen winstsaldo f 90 (70) miljoen. Exclusief dit saldo belopen de open reserves van de organisatie als geheel ultimo 1972 f 1 114 (989) miljoen. Organisatorische aspecten Het belangrijkste organisatorische feit van het afgelopen jaar was Algemeen het definitieve fusiebesluit van de beide Centrale Banken. Met overgrote meerderheid van stemmen werden de daartoe strekkende voorstellen in beide Algemene Vergaderingen van mei 1972 aangenomen. In de inleiding van dit verslag is nader ingegaan op de fusie-gebeurtenissen van het afgelopen jaar. Automatisering Voor een snelle, nauwgezette en efficiënte bediening van onze cliënten op allerlei terrein is automatisering van administratieve handelingen van het grootste belang. Ook in het afgelopen jaar hebben wij hieraan weer grote zorg besteed. De op de beide computercentra van de Centrale Bank verrichte werkzaamheden namen dan ook sterk in omvang toe. Op de diverse geautomati seerde rekeningen werden in het verslagjaar rond 207 (150) miljoen mutaties verwerkt. Dit was mede mogelijk door aan passing van de computercapaciteit. Eind 1972 werden circa 7,5 (6,1) miljoen rekeningen geadministreerd via de automatiseringsapparatuur van de Centrale Bank. Dat is circa 82 (72) procent van alle rekeningen bij onze organisatie. 28 Opleiding en voorlichting De sterke uitbreiding van de activiteiten van onze organisatie vraagt om een aangepaste opleiding van het nieuw aan te stellen personeel. Voor het bestaande personeel zijn voorlichtings bijeenkomsten en cursussen noodzakelijk. Onze activiteiten op het gebied van opleiding en voorlichting zijn dan ook in het verslagjaar weer verder geïntensiveerd. De vele cursussen en bijeenkomsten, zoals die op het gebied van verzekeringen, reizen en effecten, de baliecursus en de introductiecursus, alsmede de interne opleiding voor staffunctionarissen van de aangesloten banken, werden in het verslagjaar voortgezet. Daarnaast werd een begin gemaakt met een cursus personeelsbeleid voor directeuren van grote aangesloten banken. Het vaststellen van de onderwerpen voor sommige cursussen en bijeenkomsten geschiedt in overleg met directeuren van aangesloten banken. Ook voor bestuurders van aangesloten banken vonden in het afgelopen jaar weer regelmatig voorlichtingsbijeenkomsten plaats. Aan de diverse door de Afdeling Opleiding verzorgde regelmatige cursussen en bijeenkomsten wordt in het lopende seizoen door circa 6 700 personen uit onze organisatie deelgenomen. In verband met de bestaande accommodatie en outillage, waaronder een eigen T.V.-studio, wordt het merendeel van de bijeenkomsten op het hoofdkantoor te Eindhoven gehouden. Huisvesting en personeel Als gevolg van onderlinge fusies verminderde het aantal aangesloten banken in het verslagjaar met 15 (26) tot 1 187 (1 202). De accommodatie van de aangesloten banken onderging weer belangrijke verbeteringen; er werden 88 (103) hoofdkantoren en 95 (157) bijkantoren gebouwd of ingrijpend verbouwd. Het aantal vestigingspunten van onze organisatie nam toe met 67 (113) tot 3 072 (3 005). Evenals bij de Centrale Bank was ook bij de aangesloten banken de groei van het aantal personeelsleden aanzienlijk lager dan in voorgaande jaren. Bij de aangesloten banken steeg het aantal personeelsleden in het verslagjaar met 749, te vergelijken met 1 715 in 1971 en 1 900 in 1970. Het personeelsbestand van de gezamenlijke aangesloten banken kwam daarmee ultimo 1972 op 14 831 (14 082). Te zamen met de 2 737 (2 581personeelsleden van de Centrale Bank beliep het personeelsbestand van de gehele organisatie 17 568 (16 663) personen per eind 1972.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Rabobank | 1972 | | pagina 16