In dat geval diene men te onderscheiden 1. De voorschot-aanvragers, die geen lid der Bank zijn, voldoen wel aan de vereischten, bedoeld bij artikel 3, sub I der Statuten. In dat geval moeten zij, die nog geen lid zijn, eerst als lid toetreden, om zich daarna als schul denaar te kunnen verbinden. 2. De voorschot-aanvragers, die geen lid der Bank zijn, voldoen niet aan de vereischten, bedoeld bij artikel 3 der Statuten. In dat geval wordt het voorschot alleen gegeven aan de aanvragers-leden der Boerenleenbank. (Zie art. 47, sub 2 der Statuten.) De anderen kunnen zich, mits zij daartoe overigens bekwaam zijn, desgewenscht als borg verbinden. Niet geoorloofd is hetgeen soms geschiedt dat in een dergelijk geval zoowel de leden als de niet-leden der Bank als schuldenaar worden aangenomen. AFSCHRIFTEN DER REKENING EN BALANS. In tegenspraak met wat door ons in de „Mede- deelingen" No. 36/37 in zake de opzending van de afschriften der Rekening en Balans aan de Coöp. Centr. Boerenleenbank geschreven werd, zijn door ons op het einde van het pas verloopen jaar bij verscheidene Boerenleenbanken deze stuk ken opgevraagd, hoewel de inspectie van 1918 nog niet had plaats gehad en zij niet van de handteekening des Inspecteurs konden voorzien zijn Dit heeft sommige Kassiers zoozeer bevreemd, dat zij zelfs lichtelijk protesteerden, waartoe zij formeel volkomen het recht hadden. Voor de toekomst blijft dan ook ons verzoek, in de „Mede- deelingen" No. 36/37 gedaan, van kracht. Wat nog nimmer voorkwam: De inspectie van het vorige jaar was op den 3!sten December nog niet voltooid. Behalve de zeer slechte reisgelegenheid heeft vooral de Spaansche Griep daartoe het hare bijgedragen. Niet alleen onttrok zij beurtelings elk der Inspecteurs voor korter of langer tijd aan den dienst, zij maakte daarenboven tal van inspec ties onmogelijk, doordat de betrokken Kassier door haar overvallen werd. Meestentijds geschiedde zulks plotseling en bereikte ons het bericht daarvan op het allerlaatste oogenblik, waardoor tijdsruimte ontbrak, om een andere Boerenleenbank aan te schrijven. Door deze buitengewone omstandigheid nu wer den wij gedwongen, van den hierboven bedoelden regel af te wijken, wilden wij de mogelijkheid niet afsluiten, om volgens gewoonte de Statistiek der Boerenleenbanken tegelijk met het jaarverslag der Coöp. Centr. Boerenleenbank te doen verschijnen. Uitgenomen echter een zoodanig geval, waarin uitdrukkelijk een afwijking wordt voorgesteld, houde men zich aan den regel, om de a schriften van Rekening en Balans eerst in te zenden, wanneer zij van de persoonlijke handteekening des Inspec teurs zijn voorzien. Indien de jaarlijksche Algemeene Vergadering niet heeft plaats gehad vóór de inspectie, dan moet met de opzending gewacht worden, totdat ook haar goedkeuring is verkregen. POSTCHEQUE EN GIRODIENST. Blijkens een mededeeling van den Directeur van den Postcheque en Girodienst zullen voortaan ook op de hulppostkantoren stortingen tot elk ;j bedrag worden aangenomen. Dit wil zeggen, dat men aan een hulppostkan toor niet meer voor iedere storting van duizend gulden een afzonderlijk stortingsbiljet moet invullen. Ook daar kan men voortaan op één enkel stortingsbiljet en voor slechts vijf cent storten tot een onbeperkt bedrag. AANDEELEN IN DE NV. BOERENBORG- MAATSCHAPPIJ V. D NEDERLANDSCHEN BOERENBOND. Aan de lijst van Boerenleenbanken, welke aan deel namen in de Borgmaatschappij, zooals ze SI werd opgenomen in het vorig nummer der „Mede- deelingen", moeten nog worden toegevoegd die van Beuningen, Lierop en Stramproy. Aan de Boerenleenbanken Aandeelhoudsters der Boeren-Hypotheekbank, werd d.d. 7 November 1918, de volgende circulaire toegezonden: Mijne Heeren, Wij maken van deze gelegenheid gebruik U het een en ander omtrent onze instelling mede te deelen. Het bedrag der uitstaande leeningen vermeer derde sinds 1 Januari j.1. met ongeveer een kwart millioen gulden, het bedrag der uitstaande pand brieven met ongeveer U/2 ton. Thans staan in ronde cijfers voor 1.650.000leeningen, tegen- j| over 1.550.000pandbrieven. Sinds 1 Januari j.1. zijn nog geplaatst 88 aandeelen a f 1000.mei 10% storting, waardoor het aantal geplaatste aandeelen gestegen is tot 414. Nieuwe leeningen worden door ons afgesloten tegen eene rente van 4%%, terwijl den geldnemer geen andere kosten worden in rekening gebracht dan die, welke door ons zelf zijn te maken, als schattingskosten, porti en zegels. De leeningen kunnen onzerzijds niet worden opgezegd, zoolang de schuldenaar zijne verplich- 170

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Mededeelingen' (CCB) | 1919 | | pagina 2