135
boekjes en boekjes voor loopende rekening
niet ter jaarlijksche controle zijn ingeleverd,
moeten gezegeld zijn met een zegel van VIJF
cent (formulieren 34 I, 34 11 en 34 III.)
3. Uitstelformulieren 14 met een zegel van
DERTIG cent.
4. Verklaring betreffende bijzondere rente voor
hypotheken, formulier 31, met een zegel van
DERTIG cent.
5. Volmachten voor het teekenen van kwitanties
(voor vereenigingen formulier 30) met een
zegel van DERTIG cent.
6. Verklaringen volgens Artikel 297 Wetboek
van Koophandel, betreffende verzekerde hypo
thecaire onderpanden en af te geven door
de Brandwaarborgmaatschappijen, met een
zegel van VIJFTIG cent, indien het formaat
niet grooter is, dan 32,20 centimeter hoog
en 20 centimeter breed.
7. Verklaring van instemming met de wijziging
der Statuten met een zegel van VIJFTIG cent.
Het is raadzaam, om de handteekeningen
te verzamelen op een gezegeld exemplaar der
Statuten (zegel van één gulden.)
8. Contract met borgstelling van den Kassier met
een zegel van VIJFTIG cent.
OPMERKINGEN
Punt 7 geldt alléén voor die Boerenleenban
ken, welke de Statuten wijzigen NA 1 Juni 1917.
Punt 8 heeft betrekking op de Kassierscon
tracten, opgemaakt NA 1 Juni 1917.
Betreffende de zegeling van stukken, die,
vóór ljuni 1917 opgemaakt, THANS nog van
kracht zijn en waarvoor het oude zegelrecht
nog moet worden voldaan, worden weldra
inlichtingen verstrekt.
VRAGEN BETREFFENDE DE TOEPASSING
DER ZEGELWET.
In verband met de toepassing der nieuwe Zegel
wet volgt hieronder de beantwoording van vragen,
die ons bij herhaling zijn gesteld en daarom van
meer algemeen belang kunnen geacht worden.
Vriendelijk verzoeken wij, dat men, vooraleer
inlichtingen te vragen, deze lijst en het vorig artikel
raadpleegt, of het antwoord daar niet reeds te
vinden is. Overigens echter schrome men niet,
om ons alle voorkomende moeilijkheden ter op
lossing voor te leggen.
Nog één opmerking:
Van een enkele zijde werd ons gewezen op
verschillen, welke bestaan tusschen onze voor
schriften en die van andere instellingen.
Hierover nu kunnen wij niet debatteeren.
Wij hebben geantwoord, dat men zich daardoor
niet van de wijs moet laten brengen, dat onze
voorschriften zijn berekend op de formulieren bij
onze Boerenleenbanken in gebruik en eerst ge
geven na grondige informatie ter bevoegder plaatse.
Mocht een of andere ministeriëele beslissing
wijziging in onze voorschriften noodig maken, dan
zal deze tijdig ter kennis worden gebracht.
Tot heden is hiervan echter geen sprake.
1. Wie moeten de zegelkosten betalen?
Wanneer het betreft voorschotten of gelden
in loopende rekening, moeten de zegelkosten
steeds betaald worden door den voorschot
nemer of den loopende-rekeninghouder, zoo
wel, wanneer hij geld haalt, als wanneer hij
geld brengt.
In elk ander geval moet diegene de zegel
kosten betalen, ten wiens gerieve de hande
ling geschiedt.
Bijvoorbeeld Wanneer iemand onkosten ge
maakt heeft in het belang der Boerenleen
bank, dan is het billijk, dat bij de terugbe
taling van die onkosten het zegel door de
Boerenleenbank betaald wordt.
2. Moeten de zegelkosten onmiddellijk voldaan
worden
Ja-
3. In welke kolommen van het Dagboek moeten
de bedragen van aan de Boerenleenbank be
taalde zegelkosten worden geboekt
In de kolommen 5 en 9.
4. Moet voor iedere betaling van zegelkosten
een afzonderlijke postin het Dagboek gemaakt
worden
Neen.
Dit wil zeggen, dat men in den regel alles
op één lijn kan boeken.
Alleen dan zou men bezwaar kunnen maken,
wanneer de zegelkosten zouden moeten ge
voegd worden bij een bedrag aan ontvangen
renten hetzij voor voorschotten hetzij voor
gelden in loopende rekening.
Geeft men er dan de voorkeur aan, om de
bedragen te zamen te voegen, dan verdient
het tevens aanbeveling, het gezamenlijk bedrag
ook in het Grootboek II of III te boeken,
teneinde verwarring bij de jaarafsluiting te
voorkomen.
5. Moeten de betaalde zegelkosten ook in de
Grootboeken worden verantwoord
Neen.
Slechts in het geval, bedoeld onder 4, wan
neer de betaalde zegelkosten in het Dagboek
met het bedrag aan ontvangen renten voor
voorschotten of voor gelden in loopende reke
ning zijn samengevoegd, verdient het aan
beveling, ze ook aldus in het Grootboek op
te nemen.
6. Moeten kwitanties voor uitbetaalde renten
voor spaargelden gezegeld zijn
Neen.