90 WIJZIGINGEN, in verband met de nieuwe redactie van artikel 25 der plaatselijke Statuten. Na punt 4° te lezen als volgt 5°. alle kwijtingen van ontvangen gelden te onderteekenen, met inachtneming van het bepaalde bij Art. 25, lste lid; 6°. voor het Bestuur maandelijks afrekening te doen, na het einde van het dienstjaar de boeken af te sluiten en voor den eersten April aan den Directeur de rekening en de balans van het afgeloopen jaar met de bewijzen en kwitantiën voor te leggen. Het 4dc lid vervalt. De Commissie tot Statutenwijziging, TH. VAN DER MARCK, Voorzitter. Dr. L. DECKERS, Secretaris. Eindhoven, 3 Augustus 1914. ONZE BOERENLEENBANKEN EN DE MOBILISATIE. Aan alle Boerenleenbanken, aangesloten bij de Coöp. Centr. Boerenleenbank van Eindhoven, is het volgend rondschrijven verzonden Aan de Boerenleenbanken, aangesloten bij de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te Eindhoven. Daar eene vergadering van het geheele Bestuur en den geheelen Raad van Toezicht onzer Centrale Bank thans niet kan plaats vinden, zijn ondergeteekenden in eene spoedeischende vergadering bijeen gekomen en komt het hun met het oog op de ernstige tijdsomstandigheden gewenscht voor onderstaande mededeelingen aan de banken te doen. Wij ontvingen in de laatste dagen verschillende aanvragen om toezending van geld. Ofschoon onze beschikbare middelen meer dan voldoende zijn om aan alle aanvragen direct te voldoen, achten wij het gewenscht en dit met het oog op het gevaar verbonden aan geldzendingen zoo weinig mogelijk geld te verzenden. Wij zouden ons bovendien aan het gevaar blootstellen om bij voortduren van den tegenwoordigen toestand, niet aan latere aanvragen te kunnen voldoen of wij zouden ook tegelijk alle voorschotten moeten laten opzeggen en moeten laten innen. Daarom hebben wij op het voorbeeld van andere spaarbanken besloten, om aan ieder onzer aangesloten banken slechts gelden te verstrekken, voor zoover die gelden WERKELIJK NOODIG ZIJN en dan met inachtneming der volgende bepalingen 1. elk lid eener plaatselijke Boerenleenbank, dat WERKELIJK geld noodig heeft, kan van zijn tegoed op de Bank 25.per week krijgen 2. bij de aanvrage moet op het form. C, of op een afzonderlijke nota, worden vermeld de naam van het aanvragende lid met vermelding van het nummer van zijn boekje; 3. de toezending der gelden geschiedt door de Centrale Bank met inachtneming van art. 12 laatste alinea van haar Huishoudelijk Reglement; 4. de gelden worden, hetzij per aangeteekend schrijven met aangegeven geldswaarde, hetzij per post wissel verzonden aan den Heer Kassier der aanvragende leenbank 5. is de Kassier der aanvragende leenbank onder de wapenen, dan moet op form. C (de aanvrage) het adres van zijn plaatsvervanger worden opgegeven Art. 30 der plaatselijke Statuten. Art. 6. Huishoudelijk Reglement Plaatselijke Boerenleenbank. L. S.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Mededeelingen' (CCB) | 1914 | | pagina 2