SUBROGATIE VAN HYPOTHEKEN.
48
UITTREKSELS GROOTBOEKEN II EN III.
Nog zijn er Boerenleenbanken, die ons wel haar
rekening en balans over 1911 toezonden, maar
niet de uittreksels der Grootboeken II en III.
Voor den tweeden keer herhalen wij ons vriendelijk
verzoek deze uittreksels zoo spoedig mogelijk te
mogen ontvangen.
DIVIDEND AANDEELEN BOEREN-
HYPOTHEEKBANK.
Er zijn nog verscheidene Boerenleenbanken, die
het dividendbewijs van haar aandeel(en)derBoeren-
Hypotheekbank over 1911 niet hebben ingezonden.
Wij verzoeken haar dringend daar nu niet langer
mede te wachten.
Er wordt per aandeel 4 gld. dividend uitgekeerd.
Deze 4 gld. moeten geboekt worden in het Dagboek,
ten name der rekening „Aandeel(en) Boeren-
Hypotheekbank" in de kolommen 5 en 9 en ten
name der rekening „Coöp. Centr. Boerenleenbank"
in de kolommen 10 en 13. In het Dagboek komen
dus twee posten. De eerste 4 gld. boeke men
over in Grootboek III op de rekening „Aandeelen
Boeren-Hypotheekbank," onder de ontvangen
rente. Zij komen niet onder het kapitaal, want
de waarde van het aandeel wordt niet met 4 gld.
vermeerderd.
De tweede 4 gld. (die der kolommen 10 en 13
van het Dagboek) moeten worden overgeboekt op
de rekening der Coöp. Centr. Boerenleenbank,
onder het kapitaal.
Zij, die twee dividendbewijzen inzenden, boeken
in plaats van 4, natuurlijk 8 gld.voor 3 dividend
bewijzen wordt 12 gld. geboekt, enz.
THUISBLIJVERS.
Van de 340 Boerenleenbanken, die lOJuni 1912
bij de Coöp. Centr. Boerenleenbank waren aange
sloten, verzuimden er niet minder dan 52 een afge
vaardigde te zenden ter algemeene vergadering. Dat
zijn 52 rijksdaalders boete, die men had kunnen
besparen door zich te laten vertegenwoordigen
door den afgevaardigde van een andere Boeren
leenbank. Als nu eens ruim de helft der Boeren
leenbanken er over dacht zooals deze 52 Dan
kon de vergadering niet doorgaan! Alle kosten
waren, voor niets gemaakt en zij, die opgekomen
waren konden weer naar huis gaan! Waar zou
dat heen moeten?
Wij hopen, dat de opkomst den volgenden keer
beter zal zijn. Als men wil kan men wel komen.
Op de algemeene vergadering van 1911, die een
feestvergadering was, ontbraken slechts 9 van de
294 Boerenleenbanken.
Een en ander geldt niet voor de Boerenleenbank van
Grootebroek, wier afgevaardigde plotseling verhinderd was te
komen en hiervan kennis gaf.
Naar aanleiding van de plaatsing eener model-
acte van subrogatie in de „Mededeelingen" vraagt
men of het door deze opname in de bedoeling
ligt het overnemen van hypotheken aan te bevelen.
Daarom willen wij nog eens uitdrukkelijk ver
klaren, dat slechts bij uitzondering en enkel bij
zeer kleine sommenb.v. van enkele honderden
guldens, subrogatie kan aanbevolen worden. Subro
gatie van hypotheken, grooter dan 1000 gld. wordt
beslist ontraden.
Maar opdat zulke acte van subrogatie, voor het
geval zij noodig blijkt, goed opgesteld worde, werd
een model-acte in de „Mededeelingen" opgenomen.
TOELICHTING.
De antwoorden zijn duidelijk en behoeven geen
verklaring. Onder punt 16 lezen wij, dat de aan
vrager de gelden 30 October 1912 wil ontvangen,
wijl hij de koopsom 1 November 1912 moet
betalen. Niet alle aanvragers zijn zoo wijs. Velen
vragen het geld één maand te vroeg, om het
toch maar zeker op tijd te hebben. De Boeren-
Hypotheekbank verschaft het geld op den gevraag-
den dag en de aanvrager verliest een heele maand
rente. Dat is toch jammer! Laten de aanvragers
daarom allen zoo verstandig' zijn toezending van
het geld te vragen hoogstens twee dagen vóór den
dag, waarop zij het noodig hebben. Hypotheken
kosten veel geld. We mogen daarbij wel op de
kleintjes passen.
Onder de handteekening van den aanvrager
lezen wij welke stukken hij bij de aanvrage moet
overleggen.
1°. de eigendomsbewijzen. In dit geval dus
de koopacte. Het kan echter gebeuren, dat de
vorige eigenaar het goed niet minstens 20 achter
eenvolgende jaren in eigendom gehad heeft. Is
dit zoo, dan moeten ook de vorige titels van
eigendom worden overgelegd. De aanvrager han
delt verstandig hierin zijn notaris te raadplegen.
2°. de twee laatste huurcontracten. In het door
ons behandelde geval komt dit te vervallen.
3°. de polis der assurantie. Een ieder ver
staat dit.
4°. een extract uit den kadastralen legger, hou
dende verwijzing naar vroegere toestanden. Hier
omtrent raadplege men zijn notaris.
5°. een staat van de bestaande hypothecaire
inschrijvingen tot den dag der aanvrage, af te geven
door den hypotheekbewaarder of eene verklaring,
dat de te onderzetten panden onbezwaard zijn.
6°. Zoo mogelijk een schetskaartje van de
perceelen.
Ook omtrent deze laatste twee punten doet men
het best den notaris te raadplegen.
Roermondsche Stoomdrukkerij, Roermond.