Uitgebrachte stemmen 50
Van onwaarde 2
Geldige stemmen 48
De volstrekte meerderheid is dus: 25.
Om gekozen te worden moet iemand in dit
geval derhalve minstens 25 stemmen op zich ver
eenigen. (Was het aantal geldige stemmen 49,
dan was de volstrekte meerderheid ook 25.)
We moeten dus de volstrekte meerderheid be
palen naar het aantal geldige stemmen.
Nog een enkel woord over de stemmen, die
van onwaarde zijn.
Er moet b.v. gestemd worden voor twee bestuurs
leden.
De leden kunnen dus twee namen op hun
briefjes invullen.
A. stemt op P. en Q. P. is lid en Q. is geen
lid der Boerenleenbank. De op Q. uitgebrachte
stem is van onwaarde, de op P. uitgebrachte is
geldig. A's briefje is niet van onwaarde en mag
dus niet afgetrokken worden van het aantal inge
leverde briefjes, ter bepaling van de volstrekte
meerderheid.
B. stemt op Q. en R. Geen van beiden zijn
lid. B's briefje is van onwaarde en moet worden
afgetrokken.
C. stemt op S., T. en U., die alle drie lid zijn.
Er mag echter slechts op twee leden gestemd
worden, wijl maar twee plaatsen te vervullen zijn.
Daar de stemopnemers niet op eigen gezag uit
S., T. en U. een keuze kunnen doen, is B's
briefje van onwaarde. Het moet worden afge
trokken.
D. stemt op P. Deze stem is geldig. D. mag
wel op twee personen stemmen, maar hij moet
het niet. Hij mag zelfs blanco stemmen, dan nog
is zijn briefje geldig.
E. stemt op V. en W. W. is lid en er zijn twee
leden, die beiden V. heeten. De op W. uitge
brachte stem is geldig, de op V. uitgebrachte niet.
E. had op zijn briefje moeten aangeven, welken V.
hij bedoelde, door den voornaam te vermelden,
de straat waar V. woont, of iets dergelijks.
E's briefje mag echter niet worden afgetrokken,
wijl de op W. uitgebrachte stem geldig is.
F. stemt op X. en IJ. Beiden zijn lid. X. is
lid van den Raad van Toezicht, IJ. is gewoon lid.
Is nu de op X. uitgebrachte stem even goed geldig
als de stem voor IJ Zeker. Gesteld, dat X.,
hoewel hij al lid is van den Raad van Toezicht,
eens tot Bestuurslid gekozen werd, dan kan hij
bedanken als lid van den Raad van Toezicht en
de benoeming tot Bestuurslid aannemen. Maar
natuurlijk kan hij ook voor de benoeming tot
Bestuurslid bedanken en dan gaan deleden opnieuw
stemmen.
G. stemt op Z., die al Bestuurslid is en niet
aan de beurt van aftreding. Deze stem is van
onwaarde. Z. zit al in het Bestuur en kan er
dus niet opnieuw in gekozen worden. Z's briefje
moet worden afgetrokken, want het bevat maar
één stem en deze is ongeldig.
H. stemt op M. en N., beiden gewone leden.
M's broer is echter bestuurslid en N's vader lid
van den Raad van Toezicht. De op M. uitge
brachte stem is van onwaarde, wijl bloedverwant
schap of zwagerschap in den eersten of tweeden
graad, krachtens het Huishoudelijk Reglement niet
mag bestaan tusschen Bestuursleden onderling.
Deze betrekking is echter niet verboden, indien
zij bestaat tusschen een Bestuurslid en een lid van
den Raad van Toezicht. De op N. uitgebrachte
stem is dus geldig en H's briefje mag niet worden
afgetrokken.
Wij achtten het niet van belang ontbloot op
bovenstaande punten eens de aandacht te vestigen.
UITSTEL VAN BETALING.
Indien een voorschotnemer uitstel van betaling
gegeven wordt, gelieve men het volgende in acht
te nemen:
a. Uit de notulen der bestuursvergadering moet
blijken, dat het Bestuur het uitstel verleende,
voor welk bedrag uitstel verleend wordt en voor
welken tijd.
t>. Op het folio, dat de voorschotnemer heeft
in Grootboek II, teekent de Kassier met enkele
woorden dit uitstel aan, onder verwijzing naar de
notulen, waarin het Bestuursbesluit te vinden is.
c. Formulier 14 wordt opgemaakt, geteekend
door schuldenaar en borg en aan de schuldbeken
tenis gehecht.
Vooral het opmaken van formulier 14 wordt
dikwijls vergeten en toch is het dringend noodig,
al wordt er ook slechts voor één enkele maand
uitstel gegeven. Mondeling uitstel geven is niet
van kracht.
We hopen, dat hierin, na deze waarschuwing,
een verandering ten goede zal komen.
HET BEWAREN DER EFFECTEN
Bij sommige Boerenleenbanken, die effecten
bezitten, worden deze bewaard in eene afdeeling
der brandkast, die met twee verschillende sleutels
gesloten kan worden. Een der sleutels heeft de
Kassier, de andere wordt door een der beheer
ders bewaard, bv. door den Directeur. Wij vinden
dit een uitstekenden maatregel, doch willen er
alleen op wijzen, dat hij, die den tweeden sleutel
onder zijne berusting heeft, er voor moet zorgen,
dat den Inspecteur, die de Boerenleenbank komt
bezoeken, gelegenheid gegeven wordt de effecten
na te zien. Het best is, dat hij zelf even met den
sleutel ten kantore der Boerenleenbank komt, als
de Inspecteur daar aanwezig is. De dag der inspectie
en het uur van aankomst van den Inspecteur wor
den altijd tijdig medegedeeld aan den President
38