MEDEDEELINGEN
VAN DE COÖPERATIEVE CENTRALE BOERENLEENBANK TE EINDHOVEN.
October 1911. N°. 7.
BOERENLEENBANKEN
Toen het vorig nummer der „Mededeelingen"
verscheen, waren bij de Coöp. Centr. Boerenleen
bank 302 Boerenleenbanken aangesloten. Sedert
dien tijd is haar aantal gestegen tot 305. De vol
gende 3 Boerenleenbanken zijn toegetreden
Alfen (Geld.), Dongen (N.-Br.) en Tongelré
(N.-Br.)
SALDO-BILJETTEN EN WIJZIGINGEN DER
LEDENLIJST.
Iedere maand zendt de Coöp. Centr. Boeren
leenbank aan al haar Boerenleenbanken een opgave
van de bedragen, waarvoor zij in de afgeloopen
maand gedebiteerd en gecrediteerd zijn. Bij de
maandelijksche controle moet het bestuur deze
opgave (formulier H.) vergelijken met de rekening
der Coöp. Centr. Boerenleenbank in Grootboek III.
Vindt men geen enkel verschil, dan wordt for
mulier I, dat gehecht is aan formulier H, onder
teekend. Op formulier I. komen n.1. de eind
bedragen voor, die de rekening heeft op den
laatsten der maand, vergezeld van de verklaring,
dat het Bestuur der Boerenleenbank deze bedragen
goedkeurt. Waartoe deze verklaring dient Wel,
elke maand wordt de boekhouding der Coöp.
Centr. Boerenleenbank nagezien. Men gaat daarbij
na of alle posten, die in de boeken vermeld staan,
werkelijk juist zijn. De gelden, die aan de Boeren
leenbanken gezonden zijn, worden verantwoord
door de kwitantiën, terwijl de posten, die de toe
gezonden gelden aangeven, vergeleken worden met
de formulieren voor geldzending, ingevuld door
de kassiers. Nu zou het echter kunnen gebeuren,
dat een bedrag niet geboekt werd en dat ook de
kwitantie of het begeleidend schrijven niet worden
overgelegd. De zekerheid, dat zulks niet gebeurde,
zal hij, die de boekhouding naziet, eerst dan hebben
wanneer de formulieren I. van alle Boerenleen
banken geteekend vóór hem liggen.
Nu men weet, hoe gewichtig formulier I. is,
zal men er ook wel voor willen zorgen het vooral
niet langer in zijn bezit te houden dan noodigis,
doch ze zoo spoedig mogelijk na de ontvangst,
geteekend terug te zenden. Bij het nazien der
boeken kan er geen enkel formulier I. gemist I
worden. Ook verzuime men nooit de keerzijde
van formulier I. in te vullen, vóór het wordt
teruggezonden. De ingevulde keerzijde moet de
eindbedragen aangeven der kolommen 5, 6, 7,
8, 9, 10, 11, 12, 13 en 14, onmiddellijk na de
laatste maand-afsluiting van het Dagboek. De
Coöperatieve Centrale Boerenleenbank kan er uit
zien, hoe het met de werking der Boerenleen
bank staat sedert de afsluiting der voorlaatste maand.
Behalve de formulieren H. en I. zendt de
Coöp. Centr. Boerenleenbank maandelijks ook
een formulier, waarop aan de eene zijde de
namen ingevuld worden dergenen, die sedert de
laatste opgave tot de Boerenleenbank zijn toege
treden en aan de andere zijde de namen der leden,
die de Boerenleenbank verloor. Men geeft niet
alleen de namen op, maar ook het nummer, waar
onder zij in het ledenregister voorkomen, de
hoedanigheid (gewoon lid, Onderdirecteur, Presi
dent van den Raad van Toezicht, enz.) en den
dag van toe- of uittreding. B.v.
87. J. J. Willems. Gewoon lid. Toegetreden
7 September 1911.
88. P. Pauwels Jzn. Gewoon lid. Toegetreden
21 September 1911.
En aan de achterzijde:
17. R. Jansen.Onderdirecteur. Overleden ^Sep
tember 1911.
46. C. Slot. Gewoon lid. Verhuisd 11 Septem
ber 1911. Hebben er geene toetredingen, of geene
uittredingen, of noch toe-, noch uittredingen plaats
gehad, dan vult men alleen de plaats der Boeren
leenbank in en schrijft öf op de voorzijde, óf op
de achterzijde, öf op beide zijden het woord „onver
anderd". Maar of er veranderingen zijn of niet,
in elk geval wordt iedere maand het formulier
voor de wijziging der ledenlijst, gelijk met het
ingevulde en geteekende formulier I., aan de Coöp.
Centr. Boerenleenbank teruggezonden.
DE KAARTEN AAN MR. AQUARIUS
Gelijk bekend is wordt van iedere geldzending
aan de Coöp. Centr. Boerenleenbank, die de 1000.
gulden te boven gaat, kennis gegeven aan den
President van den Raad van Toezicht, den Heer
Mr. Aquarius, te Haelen. Deze kennisgeving wordt
door de Boerenleenbank verzonden, zoodra de
aangeteekende brief, die het geld bevat, op het
postkantoor is ingeschreven. Onlangs ontvingen
alle Boerenleenbanken een boekje met kaarten,
waarop de kennisgeving is afgedrukt. De kaarten
zijn doorloopend genummerd en er behoeft niets
op te worden ingevuld. Vandaar dat men ver
onderstelde, dat ze als drukwerk verzonden moch
ten worden. Onze Posterijen denken er evenwel
anders over. Doordat de kaarten een volgnum
mer dragen, worden ze n.1. niet meer als drukwerk,
maar als briefkaarten beschouwd. Zij moeten der
halve met een postzegel van 2' 2 cent bevracht