Raad van Toezicht geregeld. Waar de statuten toelaten, dat een aftredend lid onmiddellijk her kiesbaar is, zal de kans, zitting te blijven houden, voor den aftredende gewoonlijk groot zijn. Maar al is deze nog zoo goed gezien bij zijne medeleden en al heeft hij de belangen der Leen bank steeds behartigd, zoo goed het kon, dan is het daarom toch niet zeker, dat alle leden gaarne zullen hebben, dat hij aanblijft. Doch evenmin is het zeker, dat zij, die liever op een ander stemmen, dit voor de volle verga dering willen doen. Werd dus over personen mondeling gestemd, aan zouden er al licht leden zijn, die niet ronduit hunne meening zeiden. Toch moet er een vrije stemming zijn, over personen evengoed als over zaken. Daarom zegt art. 44 der statuten „De stemming geschiedt met gesloten briefjes, wanneer het personen geldt". Dit artikel maakt dus geen onderscheid tusschen stemmingen bij vacatures en bij gewone aftredingen en 't is duidelijk, dat alle stemmingen, dus ook die, bij het aftreden van een lid, schriftelijk en met gesloten briefjes moeten geschieden. We achten het noodig hierop de aandacht te vestigen, omdat er wel Boerenleenbanken zijn, waarbij de aftredende leden van Raad van Toe zicht en Bestuur, of de Kassier bij acclamatie worden herkozen. Zoo'n herbenoeming met gejuich en handgeklap brengt wel is waar een vroolijke stemming in de vergadering en is gemakkelijk bovendien, doch zij is in strijd met de Statuten en dus beslist ongeldig. HET OPNEMEN VAN GELDEN DOOR DE BOERENLEENBANK. Het behoort tot de rechten der algemeene ver gadering de som vast te stellen, welke door de Boerenleenbank hoogstens mag worden opgeno men. Door van dit recht gebruik te maken be grenzen de leden hunne hoofdelijke aansprakelijk heid voor de schulden der Boerenleenbank. Zij stellen dan n.1. zelf de schuld vast, die de Boe renleenbank hoogstens maken mag. Punten 1 en 2 van artikel 7 van het Huishou delijk Reglement regelen deze zaak. Zij luiden b.v. als volgt: le. De hoogste som, die het Bestuur alleen mag opnemen, bedraagt 30.000. 2e. De hoogste som, die het Bestuur met toe stemming van den Raad van Toezicht mag opne men, bedraagt 50.000. De Boerenleenbank kan op drie wijzen geld opnemen. In geen geval op meer manieren, wel op minder, ten ls,e van de inleggers in de spaarbank; ten 2de van de leden, die met de boerenleen bank in loopende rekening handelen ten 3de van de Coöp. Centr. Boerenleenbank. Om dus te weten hoe groot op zeker oogenblik de som is, die de Boerenleenbank heeft opge nomen, moet men nagaan hoeveel de spaarders, de leden, die in loopende rekening handelen en de Coöp. Centr. Boerenleenbank te vorderen hebben. Voorbeeld Door alle inleggers te zamen is ingelegd (kolom 6 Dagboek)23.200. Aan de inleggers te zamen is terugbetaald (ko lom 11 Dagboek) 8.600. Van de inleggers is door de Boeren leenbank opgenomenj 14.600.— De vordering der leden, die met de Boerenleenbank in loopende reke ning staan, of m. a. w. het bedrag dat de Boerenleenbank van deze leden te zamen heeft opgenomen, is groot 11.200. De vordering der Coöp. Centr. Boerenleenbank, of m. a. w. het bedrag, dat de Boerenleenbank van de Coöp. Centr. Boerenleenbank heeft opge nomen, is groot2.600. In het geheel is door de Boeren leenbank opgenomen28.400. De 30.000.die het Bestuur der Boerenleen bank alleen mag opnemen, zijn dus bijna bereikt. Thans vraagt het Bestuur aan den Raad van Toezicht toestemming verder te mogen gaan. Met diens goedvinden kan opgenomen worden tot 50.000.maar hooger mag niet gegaan worden, zonder dat de algemeene vergadering gehoord is. Naderen de opgenomen gelden de 50.000.-, dan dient derhalve een algemeene vergadering te worden belegd en deze zal, ten einde de ont wikkeling der Boerenleenbank niet te belemmeren, goed doen het bedrag van 50.000.b.v. op 75.000.te brengen. Nog dient opgemerkt te worden, dat bij het vaststellen der som, die door de Boerenleenbank opgenomen is, de bedragen, die sommige leden in loopende rekening te goed maakten, niet mogen verminderd worden met de schuld, die andere leden in loopende rekening hebben. Deze bedragen wegen niet tegen elkander op, wijl zij geheel en al onafhankelijk van elkaar zijn. Heeft het lid A. b.v. 1.000.-- in loopende rekening van de Boerenleenbank te vorderen, dan blijft deze vor dering onveranderd, ook al brengt het lid B., van wien de Boerenleenbank 1.000.te vorderen heeft, deze som terug. Om te weten hoeveel de Boerenleenbank in loopende rekening van de leden heeft opgenomen, moet de stand van elke loopende rekening dus afzonderlijk worden vastgesteld, aan de hand van Grootboek III. 22

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Mededeelingen' (CCB) | 1911 | | pagina 2