RESERVES. WINST EN WINSTVERDEELING. Aan de Aandeelhouders der Nederlandsche Hypotheekbank N.V. TOELICHTING als bedoeld bij Artikel 42 van het Wetboek van Koophandel. 3 Hiervan is tot dusverre voor 84 leeningen tot een totaal bedrag van 1.459.900,inschrijving in het Grootboek voor den Wederopbouw verkregen. Bij 2 leeningen tot een bedrag van 52.500,overtreft de restant-hoofdsom de inschrijving met een bedrag van in totaal 11.190,—. Met inbegrip van de schade ontstaan na 1 Januari 1945 is ten aanzien van leeningen op geheel of gedeeltelijk verwoeste of afgebroken onderpanden voor een bedrag van 1.064.168,— in het onderpand alleen geen dekking te vinden. Echter bieden vele debiteuren persoonlijk nog genoeg waarborg voor de leeningen tot zekerheid waarvan de onderpanden waren verbonden. Eerst na afwikkeling van de toegezegde schadevergoeding zal definitief kunnen worden vastgesteld welke schade de Bank hierbij uiteindelijk zal blijken te hebben geleden. Onze inspecteurs de Heeren J. Kamps en A. van Popta te ’s-Gravenhage, A. M. Joustra te Haarlem, H. E. Wieringa te Naarden en G. Hoogerkamp te Groningen zorgden voor de contróle op de voor ons verbonden perceelen en voor het verband met taxateurs, agenten en andere relaties. Bij de buitengewone reserve werd dit jaar aan rente geboekt 9.407,66. Op de effecten werd in het afgeloopen jaar een koerswinst gemaakt van 3.296,02, welk bedrag ten gunste van de reserve voor koers verschillen effecten wordt geboekt. De effecten zijn opgenomen naar den beurs koers van den laatsten beursdag in 1944, doch niet hooger dan pari. Wanneer U ons voorstel tot verdeeling der winst aanneemt, zullen de reserves, ongeacht de reserves voor koersverschillen effecten, voor hypotheken, voor oorlogsschade en voor diverse belangen, in totaal met ƒ21.796,91 worden vermeerderd en gebracht op ƒ5.374.828,31. Wij stellen U voor een bedrag van 311.844,44 te voegen bij de reserve voor diverse belangen, waaruit de verschuldigde belastingen dienen te worden voldaan. Het te verdeelen winstsaldo bedraagt dan ƒ295.841,50. Van dit bedrag zal allereerst 183.716,50 moeten worden betaald voor rente, verschuldigd over de niet verplichte stortingen op aandeelen. Verder stellen wij U voor uit te keeren op de aandeelen van 1.000,met 20 storting een bedrag van 16,hetgeen volgens de aanvullingsbe- palingen van het besluit op de dividendbeperking overeenkomt met 6 over de verplicht gestorte bedragen en J over het overige gedeelte van het geplaatst maatschappelijk kapitaal. Op de aandeelen van 1.000,met 10 storting kan dan 8,worden uitgekeerd, hetgeen overeenkomt respectievelijk met 6 en als boven. Uit de winst komt dan bij de statutaire reserve 10.237,50. De dividendbewijzen no 57 zijn bij aanneming van ons voorstel van heden af betaalbaar: met 16,voor de aandeelen nos. 14000 met 20 verplichte storting en met 8,voor de aandeelen serie B nos. 40015750 met 10 verplichte storting. Alles te verminderen met de verschuldigde 15 dividendbelasting. Groningen, 20 December 1945. De directie: M. J. BOS. C. A. KINGMA. J. WILKENS. Van het hierboven afgedrukte verslag hebben wij kennis genomen. Met de daarin vervatte beschouwingen en de genoemde cijfers kunnen wij ons ver- eenigen. Wij stellen U derhalve voor balans en winst- en verliesrekening vast te stellen in voorgestelden vorm en tevens om het dividend te bepalen op 16,per aandeel van 1.000,met 20 storting en 8,per aandeel van 1.000,met 10 storting. De verklaring van den accountant gaat hierbij. Met groot leedwezen melden wij U het overlijden van onzen directeur, den Heer B. Dorhout Mees op 8 September 1944. Na de fusie met de Friesch- Groningsche Hypotheekbank tot directeur onzer instelling benoemd, heeft hij in volledige overeenstemming met de andere directieleden werkzaam kunnen zijn, ook in het belang der Nederlandsche Hypotheekbank, en allen die met hem in aanraking kwamen zullen zijn heengaan als een droef verlies ervaren. De in het verslagjaar aftredende commissarissen de heeren Mr. Arn. J. d’Ailly, Mr. G. Nauta en Mr. Dr. R. H. Baron de Vos van Steenwijk werden herkozen. Thans zijn aan de beurt van aftreden de Heeren A. J. Brandt, Jacs. Rustige en Mr. D. U. Stikker. Wij bevelen U aan deze heeren te herkiezen. Wij meenen een woord van groote waardeering te mogen uitspreken voor de wijze waarop gedurende den bezettingstijd de directie zich van haar taak heeft gekweten en wij zijn overtuigd, dat gedurende de nu komende, zeker niet minder moeilijke periode, hetzelfde rustige en zakelijke beleid zal worden gevoerd. De onroerende en roerende zaken der vennootschappen zijn gewaardeerd naar den volgenden maatstaf: a. de onroerende zaken naar de kosten van aankoop en stichting, ver minderd met de plaats gehad hebbende afschrijvingen; b. de roerende lichamelijke zaken naar den aanschaffingsprijs, verminderd met de gedane afschrijvingen; c. de effecten naar den beurskoers van den laatsten beursdag in het boek jaar, doch niet hooger dan pari; d. de vorderingen op naam naar het nominale bedrag, verminderd met de gedane afschrijvingen. NEDERLANDSCHE HYPOTHEEKBANK N.V. N.V. EERSTE NEDERLANDSCHE HYPOTHEEKBR1EFBANK. De commissarissen: ARN. J. D’AILLY. H. M. J. BLOMJOUS. A. J. BRANDT. R. BUISMAN. F. I. DE GREVE. J. H. GROENEVELD. CH. M. HENNY. De directie: M. J. BOS. C. A. KINGMA. J. WILKENS. G. NAUTA. E. VAN WELDEREN RENGERS. JACS. RUSTIGE. D. U. STIKKER. R. H. DE'VOS VAN STEENWIJK. G. WARNING. B. A. POULIE WILKENS. Het college van commissarissen: E. VAN WELDEREN RENGERS, Voorzitter. P. W. J. H. CORT VAN DER LINDEN. Mr. H. Albarda was wegens verblijf in het buitenland verhinderd te teekenen.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Nederlandsche Hypotheekbank | 1944 | | pagina 3