PRIEËNVIJFTIGSTE BOEKJAAR. Aan de Aandeelhouders der Nederlandsche Hypotheekbank N.V., opgericht te Veendam. ALGEMEEN OVERZICHT. PERSONALIA. AANDEELENKAPITAAL. PANDBRIEVEN. HYPOTHEKEN. 2 Overeenkomstig het voorschrift van art. 43 der statuten hebben wij de eer U hierbij aan te bieden het jaarverslag onzer vennootschap over 1943, met balans en winst- en verliesrekening, en een voorstel tot winstverdeeling. De gegevens van de N. V. Eerste Nederlandsche Hypotheekbriefbank, waarvan alle aandeelen in ons bezit zijn, zijn hierin verwerkt. Tengevolge van de voorschriften van het Rijksbureau voor de Grafische Industrie dient dit verslag, evenals het vorige jaar, weer in beperkter vorm dan voorheen te verschijnen. Door het aanhouden van de groote geldruimte werd de vraag naar hypothe ken steeds geringer en werden steeds meer leeningen vervroegd afgelost, zoodat een verdere teruggang van den omvang van ons bedrijf niet kon worden voorkomen. Het bedrag aan uitstaande hypotheken is zoodanig teruggeloopen, dat de grens van art. 56 lid 2 der statuten werd overschreden, waarin inmiddels door uitloting is voorzien. Tengevolge van het verbod van uitgifte van pandbrieven tegen een lager rentetype dan 3| kon de gemiddelde pandbrief rente slechts zeer weinig dalende gemiddelde hypotheekrente liep echter belangrijk terug, zoodat de rentemarge verder is gedaald. Ten aanzien van ons belang bij verwoeste onderpanden verwijzen wij verderop naar het hoofd „Hypotheken” der betreffende banken. Hoe groot ons belang is bij de evacuatiegebieden, kan thans nog niet worden vastgesteld. Het elders tewerkstellen van verscheidene leden van ons personeel ver zwaarde de taak van onze overige beambten, aan wie wij gaarne onze erkentelijkheid betuigen voor de betoonde ijver en toewijding. Eenige ver traging in de verschijning van dit verslag kon echter niet worden voor komen. Den 2 Mei 1943 trof ons een groot verlies door het overlijden van den Heer Jhr. Mr. D. R. de Marees van Swinderen, sedert de oprichting commissaris van onze instelling. Geruimen tijd was hij lid van de commissie van toezicht, terwijl hij ook vele jaren president van het college van commissarissen was. Gedurende meer dan een halve eeuw heeft hij medegewerkt aan de groei van onze vennootschap. Zelden werd naar iemand zoo gaarne geluisterd als naar hem, daar hij door zijn groote kundigheid niet alleen het te behandelen onderwerp volkomen beheerschte, maar bovendien allen door zijn bijzondere redenaarsgaven uitermate wist te boeien. Onze instelling en wij directeuren verliezen in hem een warm vriend, wiens nagedachtenis bij ons steeds in dankbare herinnering zal blijven. Nog vermelden wij, dat op 2 Januari van dit jaar de Heer Mr. J. Heres Diddens is overleden, die na de fusie met de Friesch-Groningsche Hypotheek bank ook van onze instelling commissaris werd. Ook aan hem zullen wij de herinnering bewaren van een kundig jurist en warm vriend der bank. In de algemeene vergadering gehouden 18 Maart 1943 te Groningen werden de Heeren F. I. de Greve en Mr. Ch. M. Henny als commissaris herbenoemd. De Heer Mr. W. B. Buma trad in deze vergadering als commissaris af. Gaarne maken wij hier van de gelegenheid gebruik den Heer Buma recht hartelijk te danken voor het vele dat hij gedurende zijn lang commissariaat, vooral in zijn kwaliteit van lid van de commissie van toezicht, in het belang der Bank heeft gedaan. Aan de beurt van aftreden zijn thans de Heeren Mr. Arn. J. d’Ailly, Mr. G. Nauta en Mr. Dr. R. H. Baron de Vos van Steenwijk. In verband met het tot stand komen van de fusie met de Algemeene Friesche Hypotheekbank werden in Uw vergadering van 9 December de Heeren A. J. Brandt te Doorn, R. Buisman te Leeuwarden en Jacs. Rustige te Amsterdam tot commissaris benoemd. Tot procuratiehouder van al onze kantoren werd de Heer A. van Greuningen, directeur van de Algemeene Friesche Hypotheekbank, benoemd. Het geplaatst maatschappelijk kapitaal der Nederlandsche Hypotheekbank bedraagt 5.750.000,waarvan 4.000.000,met 20 verplichte storting en 1.750.000,— met 10 verplichte storting (serie B). Volgestort zijn 4155 aandeelen. Van de 5750 aandeelen zijn 5745 in het bezit van de Friesch- Groningsche Hypotheekbank. Staat bevattende de mutaties in het uitstaand bedrag aan pandbrieven en geldleeningen ex art. 53 der statuten. 33£ 3*% Totaal 31 Dec. 1942 in omloop 1.741.500,— 62.735.700,— 64.477.200,— Geplaatst - - 358.000,— - 358.000,— 1.741.500,— 63.093.700,— 64.835.200,— Ingekocht - 2.500,— 2.500,— 1.741.500,— 63.091.200 64.832.700,— Aflosbaar gesteld - - 2.214.500,— - 2.214.500,— 31 Dec. 1943 in omloop 1.741.500,— 60.876.700,— 62.618.200,— De gemiddelde rente der pandbrieven bedroeg ultimo December 3.4861 tegen 3.4865 op 31 December 1942. Overeenkomstig de in ons jaarverslag over 1942 genoemde aan ons van hoogerhand opgelegde verplichting gaven wij in den aanvang van het jaar 1943 nog 3£ pandbrieven uit tegen den koers van 102J Op den 18den Maart was het voor onze instelling gezamenlijk met de Friesch-Groningsche Hypotheekbank vastgestelde bedrag bereikt en werd de uitgifte gestaakt. Aangezien de koers der pandbrieven niet beneden 99 is geweest, had geen verplichte uitloting plaats. Per 1 September werden echter aflosbaar gesteld de nog uitstaande 31 pandbrieven van 1000,Serie K 1 nummers 1 tot en met 2000, en van 500,Serie K 2 nummers 1 tot en met 200, tot een bedrag van 1.966.000,terwijl werd teruggenomen van op bijzondere voorwaarden geleverde pandbrieven voor een bedrag van 212.000,en op de geldleeningen ex art. 53 36.500,werd afgelost. Op 31 December 1942 stonden bij de Nederlandsche Hypotheekbank en de Eerste Nederlandsche Hypotheek briefbank uit 3391 leeningen ad65.435.797,32 In 1943 werden gesloten 222 leeningen- 4.476.932,50 69.912.729,82 Afgelost werden 555 leeningen 5.746.129, Aan periodieke aflossingen werd ont vangen - 2.332.183,66 Aan gedeeltelijke aflossingen werd ont vangen- 1.110.856,26 - - 9.189.168,92 31 December 1943 stonden uit 3058 leeningen tot een bedrag van60.723.560,90 Voorts werden na afloop van den leeningstermijn 456 leeningen tot een bedrag van 7.481.808,verlengd. Voor de verdeeling van de uitstaande, zoomede van de in 1943 gesloten leeningen, verwijzen wij U naar pagina 7 van dit verslag. De gemiddelde rente der uitstaande leeningen bedroeg ultimo December 4.0771 tegen 4.1146% op 31 December 1942. Door de daling van de gemiddelde rente der pandbrieven met 0.0004 en van de hypotheken met 0.0375 werd het verschil in rente tusschen hypotheken en pandbrieven 0.0371 kleiner en kwam daardoor op 0.5910 Zooals uit de balans blijkt, was op 31 December 98.285,74 aan rente achter stallig, tegen 100.231,17 op 31 December van het vorige jaar. Deze achter stand was op 16 Maart verminderd tot 70.742,21. Volgens de in 1936 vastgestelde normen van het contróle-orgaan dient te worden af geschreven 67.241,66. Afgeschreven was reeds 88.753,01, zoodat 21.511,35 meer is afgeschreven dan volgens de genoemde normen noodig is. In het afgeloopen jaar hebben wij 5 maal van ons recht van executie gebruik gemaakt, tegen 3 maal in het vorige jaar. Een overzicht van deze verkoopen geven wij op pagina 5. Verliezen werden hierbij niet geleden. Het op de balans voorkomende bedrag van de reserve voor hypotheken ad 36.830,is gelijk aan het bedrag, dat wij volgens de normen van het contróle-orgaan dienen te reserveeren ter zake van de onderpanden van leeningen waarvan de rente niet regelmatig binnenkomt. Het bedrag ad 29.715,dat van deze reserve is vrijgekomen, stellen wij U voor te voegen bij de reserve voor diverse belangen. In het afgeloopen jaar verkochten wij voor een bedrag van 83.964,40 meer aan onroerende goederen, dan wij inkochten. Wij stellen U voor dit bedrag

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Nederlandsche Hypotheekbank | 1943 | | pagina 2