De bedongen periodieke aflossingen kwamen in het algemeen regelmatig
binnen; voor ongeveer 19 werd vrijstelling verleend.
Zooals uit de balans blijkt, was op 31 December aan rente achterstallig een
bedrag van 116.534.08 (op 23 Maart verminderd tot 60.108.86). Ter voldoening
aan de normen van het Contröle*Orgaan is hierop ƒ35.797.53 afgeschreven.
Bij 24 van de 4676 in den aanvang van dit boekjaar uitstaande leeningen
moesten wij tot executorialen verkoop van het verbonden onderpand overgaan,
en wel in 7 gevallen wegens faillissement of beslag, en in 17 gevallen wegens
wanbetaling.
Een overzicht van deze verkoopen, benevens van 7 gevallen waarin op ons
advies door den debiteur vrijwillig tot verkoop werd overgegaan, geven wij
onder bijlage C op pag. 24.
De bij executies e.d. geleden verliezen in 1937 bedroegen 1.659.68. Van
reeds vroeger afgeschreven verliezen bij executies kwam in 1937 nog binnen
2.529.83, zoodat de executierekening een voordeelig saldo van 870.15 aanwijst.
Voor afschrijving van de vermeerdering van ons belang aan ingekochte
onderpanden in 1937 is een bedrag van 131.916.32 benoodigd, waarna de inge*
kochte onderpanden wederom voor 2.op de gecombineerde balans voor*
komen. De exploitatierekening van dit bezit leverde een bate op van 14.761.93.
De per 31 December jl. in ons bezit zijnde 38 ingekochte onderpanden, waar*
van een specificatie vermeld is onder bijlage D op pagina 25, zijn thans verhuurd
voor 32.666.60.
Het bedrag, waarvoor de Bank bij door derden ingekochte onderpanden is
betrokken, bedroeg 16.066.67. Overigens is zij niet betrokken bij den eigendom
der perceelen, waarop zij gelden op hypotheek heeft verleend.
Onze Inspecteurs, de Heeren J. Kamps en A. van Popta te ’s Gravenhage,
A. M. Joustra te Haarlem, H. E. Wieringa te Naarden en G. Hoogerkamp te
Veendam, zorgden voor de controle op de voor ons verbonden perceelen en
het verband met taxateurs, agenten en andere relaties.
f
9