Verslag Eerste Nederlandsche Hypotheekbriefbank.
’s*Gravenhage, Maart 1934.
L. S.
Ingevolge art. 52 der Statuten hebben wij de eer U het verslag onzer Bank
over 1933 aan te bieden.
Alvorens daartoe echter over te gaan, voelen wij ons gedrongen te dezer
plaatse een eerbiedige hulde te brengen aan de nagedachtenis van onzen in
October van het afgeloopen boekjaar overleden Collega Roosenburg, oprichter
der Briefbank.
Zijn kennis en langdurige ervaring van het hypotheekbankbedrijf en niet
minder zijn hoogstaand karakter maakten hem bij uitstek geschikt om de Brief»
bank de eervolle positie te doen innemen, welke zij zich in het Nederlandsche
hypotheekbankwezen had verworven.
Wij zullen hem steeds in warme vriendschap herdenken en zijn nagedach»
tenis in hooge eere houden.
In dit jaar trad tengevolge van de destijds bij de fusie gemaakte voor»
zieningen als directeur af de Heer G. H. Bierman, evenals de Heer Roosenburg
sedert de oprichting in die functie aan de Bank verbonden.
Het is hier de plaats dank te brengen aan den Heer Bierman voor hetgeen
hij met voorbeeldige werkkracht en plichtsbetrachting als zoodanig in het belang
onzer instelling heeft verricht. Van zijn blijvende medewerking zijn wij ver»
zekerd, doordat wij hem bereid vonden het commissariaat van beide vennoot»
schappen te aanvaarden.
In de algemeene vergadering van aandeelhouders van 20 April 1933 werd
de Heer V. J. A. Wilkens als Commissaris herbenoemd, en de Heer G. H.
Bierman als zoodanig gekozen. Derhalve wordt thans het Bestuur en het
College van Commissarissen bij onze instelling gevormd door dezelfde personen
als bij de Nederlandsche Hypotheekbank.
Kapitaal.
In de verdeeling van het aandeelenkapitaal kwam geen wijziging.
Hypothecaire leeningen.
Op 31 December 1932 stond uit13.750.672.50
In 1933 werd aan aflossingen ontvangen 1.485.905.
en werd gesloten672.000.
- 813.905.—
31 Dec. 1933 stonden uit 682 leeningen tot een bedrag van 12.936.767.50
18