Koersrekening.
De koersrekening over 1928 sluit met een nadeeiig saldo van 76.255.22, ontstaan
als volgt:
a. Koerswinst bij inkoop van 47a% pandbrievenƒ11.510.—
b' »4% - 23.805.50
c' 3V2% - 780.
ƒ36.095.50
a. Koersverlies bij verkoop van 47a pandbrieven ƒ59.809.—
b. Zegelkosten van pandbrieven-22.411.87
c. Uitlotings- en drukkosten- 2.512.07
d. Provisie bij in- en verkoop van pandbrieven -27.617.78
112.350.72
Koersverlies 76.255.22
Na aftrek van de Koerswinst op Effecten ad 6.199.23 bedraagt het Koersverlies
70.055.99.
Interest-Rekening.
De gemiddelde rente der hypothecaire Ieeningen is, zooals werd opgemerkt, thans
5.286%, die der pandbrieven is 4.483%. De gemiddelde rentewinst is dus 0.803%
tegen 0.828% in 1927.
De totale winst op de interestrekening bedraagt 578.904.31 (vorig jaar
ƒ551.619.73).
I De specificatie is als volgt:
Interest Hypotheken
Effecten
Interest Pandbrieven
Depöt van Debiteuren
Buitengewone reserve
Dividendreserve
Bankiers
CONTROLE.
ƒ2.868.313.01
- 30.947.08
- 2.295.211.54
1.122.26
- 14.471.86
7.145.09
2.405.03
2.899.260.09
2.320.355.78
578.904.31
De controle op het beheer en de administratie der Bank geschiedt:
A. overeenkomstig de voorschriften der statuten door Commissarissen, meer
speciaal door den Raad van Toezicht;
B. door de Rijkspostspaarbank overeenkomstig de door haar vastgestelde voor
waarden
C. door het Accountantsbureau van A. E. Meyer en J. Hörchner.
De verklaring van het Accountantsbureau volgt op blz. 18 en een overzicht der
omvangrijke accountants-controle op blz. 19.
14