Aan de Aandeelhouders der Nederlandsche Hypotheekbank te Veendam. Mijne Heeren! Volgens artikel 39 der Statuten is aan Commissarissen opgedragen U verslag te doen van den toestand der Bank. Het verheugt ons te kunnen mededeelen, dat de bedrijfsuitkomsten over 1927 zeer gunstig zijn en aan de zaken der Bank weder eene belangrijke uitbreiding kon worden gegeven. Wij verwijzen U verder naar het jaarverslag van de Directie, dat belangrijke en uitvoerige mededeelingen bevat omtrent de verrichtingen in het jaar 1927, en eene toelichting van de Balans en Winst- en Verliesrekening. Ook in 1927 werd de geheele administratie door het Accountantsbureau van de Heeren A. E. Meijer en J. Hörchner op ongezette tijden aan een onderzoek onderworpen en in goede orde bevonden. Wij stellen U voor aan de Balans en Winst- en Verliesrekening Uwe goedkeuring te hechten, Directie en Commissarissen décharge te verleenen ter zake van het gevoerde beheer en het dividend te bepalen op 21 zijnde 42.— per aandeel. Op ieder oprichtersbewijs zal alsdan ƒ116.08 worden uitbetaald. In de vorige Algemeene Vergadering werd de Heer Jhr. Mr. D. R. de Marees van Swinderen als commissaris herbenoemd. Dit jaar is volgens den opgemaakten rooster de Heer Mr. H. Smeenge aan de beurt van aftreding. Wij spreken ten slotte onze groote waardeering uit voor het beleid der Directie in het afgeloopen boekjaar, waardoor zij gunstige resultaten van het bedrijf heeft bereikt en tevens de krachtige positie van de Bank nog meer wist te versterken. Namens de Commissarissen: R. DOJES, Voorzitter 5

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Nederlandsche Hypotheekbank | 1927 | | pagina 7