Ingekochte Onderpanden. De toelichting hiervan komt voor op blz. 9 van dit verslag. Koersreserve. De koersrekening over 1925 sluit met een nadeelig saldo van ƒ59.324.24. Het is ontstaan door: a. Koerswinst bij verkoop 572% pandbrieven 394.— b. inkoop 572°/o - 34.25 c. - 3.428.25 d. verkoop 5 - 2.878.75 e. inkoop 472% - 18.468.72 4 °L - 18.740.50 g - 1.560.50 h. Zegelkosten terugontvangen bij inkoop van pandbrieven - 77.20 45.582.17 a. Koersverlies bij verkoop 5 pandbrieven ƒ18.000.50 b. - 47.509.— c. Zegelkosten pandbrieven - 7.060.— d. Drukkosten - 1.816.50 e. Uitlotingskosten - 1.786.23 Provisie bij in- en verkoop van pandbrieven - 28.734.18 104.906.41 Koersverlies 59.324.24 Wij stellen U voor dit saldo te verrekenen met de koerswinst op Effecten groot ƒ71.494.23 en het restant groot ƒ12.169.99 te voegen bij de Koersreserve, welke daardoor stijgt tot ƒ456.707.67. Reservefondsen. De reserves kwamen op de balans van 31 December 1924 voor met 1.820.984.52 Uit de winst over 1924 werd bij de Buitengewone reserve gevoegd - 19.012.93 ƒ1.839.997.45 Gedurende 1925 vermeerderden voorts: De Buitengewone reserve voor een jaar rente met 11.289.11 De Speciale reserve met- 135.000. De Dividendreserve voor een jaar rente met- 6.261.22 De Koersreserve met- - 12.169.99 Reservefondsen op 31 December 1925 ƒ2.004.717.77 13 n n n ^/o n n n n ^/0 n n n 37a n n n 41/2%

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Nederlandsche Hypotheekbank | 1925 | | pagina 15