I
KOERSRESERVE.
De koersrekening over 1921 sluit met een voordeelig saldo van ƒ36.741.78.
Zij is ontstaan door:
a.
Koerswinst bij verkoop 6 pandbrieven
1.890.—
inkoop 6
-
52.50
5V2%
-
367.25
5
-
16.082.25
c.
W/o
-
69.657.-
4
-
64.417.50
9
3V2°/0
-
4.721.—
Zegelkosten terugontvangen bij inkoop van pandbrieven
f
172.15
Koersverlies bij verkoop. 5Va% pandbrieven
-
13.819.35
-
11.485.50
verkoop 472%
-
18.027.75
1
-
40.873.-
e.
Beursnoteering 6 pandbrieven 300.
572% - 300.—
-
600.—
9
Zegelkosten pandbrieven
-
7.513.—
Drukkosten
-
3.081.88
Uitlotingskosten
-
1.099.40
j-
Provisie bij in- en verkoop van pandbrieven
-
24.117.99
157.359.65
120.617.87
36.741.78
Wij stellen U voor dit saldo, benevens de koerswinst op effecten groot ƒ43.462.98,
bij de reserve voor koersverschillen te voegen, welke daardoor stijgt tot ƒ294.736.41 /2.
RESERVEFONDSEN
De reserves kwamen op de balans van 31 December 1920 voor met ƒ1.203.878.15
Uit de winst over 1920 werd bij de dividendreserve gevoegd - 34.463.45
ƒ1.238.341.60
Gedurende 1921 vermeerderden voorts:
De buitengewone reserve voor een jaar rente met- 7.778.92
De koersreserve met80.204.76
De dividendreserve voor een jaar rente met - 1.727.44
Reservefondsen op 31 December 1921ƒ1.328.052.72
DEPOT VAN DEBITEUREN.
Ingehouden op leeningen, indien nog eenig bedrag voor afwerking of verbouwing
van het onderpand was te besteden.
■BwBHhBII
f
b.
c.
d.
h.
a.
b.
tt /0 M
c.
d.
h*
i.
