2/
Voor de berekening van de waarde der effecten hebben wij de koersen ter beurze
te Amsterdam op 30 December 1918 aangenomen, zijnde de laatste beutsdag van 1918.
Ons effectenbezit is in den loop van het jaar met eenige eerste rangs fondsen
uitgebreid.
INGEKOCHTE ONDERPANDEN,
Het bedrag van het ingekochte onderpand per 31 December 1918.
LOOPENDE INTEREST.
Hoofdzakelijk loopende rente van de hypotheken en effecten.
DEPOT VAN DEBITEUREN.
Bedrag ingehouden op leeningen, indien nog een gering bedrag voor afwerking of
verbouwing van het onderpand was te besteden.
KOERSRESERVE.
De koersrekening over 1918 sluit met een voordeelig saldo van ƒ11812.69.
Zij is ontstaan door:
Koerswinst bij verkoop
5-
pandbrieven 2.933.25
b.
inkoop
5
85.75
verkoop
4f/2%
d.
inkoop
«V/p
e.
y
inkoop
1 °/o
inkoop
3%%
9-
Zegelkosten terugontvangen bij inkoop 5
h.
4V2%
37.50
i.
.4
a.
Koersverlies
bij inkoop
5
pandbrieven 124.75
b.
verkoop
4V2%
c.
•t
inkoop
4V2°/o
d.
verkoop
4
e.
Provisie
in- en verkoop
5
f-
in- en verkoop
4V2°/o
9
i
in- en verkoop
4
h.
inkoop
37a%
i.
Zegelkosten
5
- 2.100.—
4'
ff
4V/0
- 15.570.—
Voordeelig saldo
Wij stellen
U voor dit saldo
met het koersverlies op effecten, groot
102.766.95
90.954.26
11.812.69
verrekenen en het resteerende, groot ƒ36.317.42, op de reserve voor koersverschillen af
te boeken, welke daardoor vermindert tot ƒ95.074.446.
25
a.
ff
C.
ff
- 261.25
P
- 16.332.25
- 77.301.75
i
- 5.786.50
- 11.85
ff
ff ff
- 16.85
- 36.004.—
1
ff
- 13.292.25
- 2.369.86
- 20.070.33
- 1.388.29
ft
- 33.78
