B. Naar de grootte.
f
tt
ft
C. Naar de wijze
van aflossing.
D. Naar het rentecijfer.
'12
56 leeningen
tot en met
1.000—
tot een bedrag
van
f 44.310—
104
van 1.001t/m.
- 2.000—
- 163.050—
255
- 2.001—
- 5.000—
rt tt
r»
- 931.725—
204
- 5.001—
- 10.000—
rt
- 1.516.300—
134
-10.001—
- 20.000—
tt
- 1.992.775—
85
-20.001 -
- 50.000—
tt tt
-2.657.900—
19
boven
- 50.000—
- 2.002.000—
Totaal 857 leeningen
ƒ9.308.060—
28 leeningen aflosbaar in eens
395.300—
829
jaarlijksche termijnen
-8.912.760—
857 leeningen tot een
bedrag van
van 4%j M leeningen samen groot516.000
4%% 13 - - 349.500—
48/4% 297 -4.272.775—
47/8% 9 - - 115.900—
5 370 -2.942,875—
5V9% 1 leening groot17.000—
-* 5V4% 102 leeningen samen groot- 1.010,700—
5l/2% 50 - 82.910—
5% 1 leening groot - 400
Totaal 857 leeningen samen grootƒ9.308.060
De gemiddelde rente der in 1918 gesloten leeningen bedraagt 4.874%, tegen
4.742% in 1917 en 4.876% in 1916.
Overtuigd, dat U het op prijs zult stellen, niet alleen absolute verhoudings-cijfers
te vernemen, laten wij hier ook volgen enkele staten met de rélatieve wijzigingen der
posten.
Verhouding van het uitstaand bedrag aan hypotheken tot de taxatie.
1918
52.89
1908
51.85
1899
52.84
1917
51,96
1907
51.84
1898
52.19
1916
51,27
1906
52.24
1897
52.33
1915
50,89 1
1905
52.82
1896
52.58
1914
51,59
1904
52.69
1895
52.91
1913
52,20
1903
53.16
1894
53.27
1912
52
1902
53.30
1893
52.93
1911
51,57
1901
53.06
1892
53.55
1910
1909 1
51.78
51,97
1900
53.05 v;j
1891
52.42