IL
Een vruchtbare gedachte.
JOOR de oprichting van hypotheekbanken hier te lande heeft Ph. J. Bachiene
V ontegenzeggelijk de grootste verdienste gehad. Zijn plannen dagteekenen
van 1840.
Bachiene was hypotheekbewaarder te Nijkerk, later in Middelburg, en daar
door in de gelegenheid na te gaan op hoe gebrekkige wijze in het hypothecair
crediet ten platten lande in den regel werd voorzien.
Zijn plan had eenige overeenkomst met hetgeen in Frankrijk bij de wet
van 9 Messidor an III was aangenomen, maar voor het grondcrediet daar te
lande geen beteekenis heeft gekregen, waarbij namelijk ieder eigenaar van
grond zich tot den hypotheekbewaarder kon vervoegen om te verkrijgen cédules
tot 3U van de waarde welke de hypotheekbewaarder liet schatten. Deze cédules
zouden worden ingeschreven en bij endossement worden overgedragen.
Bachiene legde zijn plan d'an ook aanvankelijk aan de regeering voor.
Hij wenschte nl. tot stand te brengen een Rijksbank van beleening van
onroerende goederen. Later is hij van dit denkbeeld teruggekomen en
omhelst de leer, dat de Staat daargesteld (is om de rechtsveiligheid te hand
haven, behulpzaam te zijn in de ontwikkeling- en de welvaart van de burgers,
maar niet om zelf nijverheid uit te oefenen.
In Januari 1840 evenwel dacht hij anders.
Hij wilde de Bank gesteld zien .onder het bestuur van den Minister van
Financiën als hoofdbestuurder der registratie. Een ieder, die geld op hypotheek
verlangde, zou zich kunnen vervoegen bij een der ontvangers van registratie
met zijne eigendomsbewijzen en eene verklaring, dat het goed vrij was van
gerechtelijke en wettelijke hypotheken. Tep hoogste kon 60 der waarde,
die gesteld werd op het twintigvoud van de belastbare opbrengst worden ver
leend, bij kleine onderpanden minder wegens de kosten van gerechtelijke
1855, pg. 55.
18
1) Ph. J. Bachiene, Over eene Nederlandsche Hypotheekbank. ’s-Gravenhage,