Dit bedrag verdeelende volgens art 40 der Statuten komt allereerst aan de aandeelhouders over het vrijwillig gestort kapitaal f 3.200.— benevens 4| over het verplicht gestort kapitaal van f 500.000— f 22.500.— 25.700. - Blijft f 85.126.40 Hiervan 6 aan Commissarissen, niet-leden van den Raad van Toezicht9 aan Commissarissenleden van den Raad van Toezicht, 20 aan de Directie en 15 aan de Reservekas, samen 42.563.20 Blijft f 42.563.20 Hiervan 5| aan Aandeelhouders over 500.000.- 27.500. Blijft f 15.063.20 De helft daarvan komt toe aan de 500 oprichters-bewijzen, makende voor elk bewijs 15.06, waarna er nog overblijft f 7.533.20, welk bedrag nog eene uitkeering van ruim 1| °P de aandeelen toelaat. Ofschoon dus gemakkelijk 11% kan worden uitgekeerd, vinden wij het gewenscht voort te gaan op den weg om de positie der Bank zooveel mogelijk te versterken en stellen U mitsdien voor het dividend te- bepalen op 10 en het resteerende in het buitengewoon reservefonds, bedoeld bij art. 40 al. 6 der Statuten, te storten. De reserves stijgen daarmede tot 428.568.70®, zijnde 85£ van het ver plicht gestort kapitaal. De balans en winst- en verliesrekening zijn geverifieerd door den accountant, den Heer A. E. Meijer te Amsterdam, die meermalen de administratie op onge zette tijden heeft gecontroleerd. Zijn desbetreffende verklaring gaat hiernevens. De Directie: Mr. N. F. WILKENS. Dr. D. BOS.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Nederlandsche Hypotheekbank | 1910 | | pagina 16