De in 1910 gesloten leeningen zijn verdeeld als volgt: 8 A. Naar de ligging en den aard der onderpanden. B. Naar de grootte. 167 leeningen tot en met t 1.000.— tot een bedrag van f 118.930.— 191 n van f 1.001. t/m - 2.000.— 1 i - 299.915. 234 n - 2-.001. n - 5-000.— n 7? - 777.905.— 105 V - 5.001.— i - 10-000.— 7) - 735.100.— 53 - 10.001.— n - 20’000. - 749.925.— 23 ji - 20.001.— - 50-000.— - 728.400.— 3 boven - 50.000.— - 221.000.— 776 leeningen f 3.631.175. - C. Naar de wijze van aflossing. 30 leeningen aflosbaar in eens 743 jaarlijksehe termijnen 3 annuïteiten f 213.520.— - 3.407.855.— 9.800.— 776 f 3.631.175.— D. Naar het rentecijfer. 4£ t/m 4£ o/Q 65 leeningen, samen groot boven 4* 4| 311 H H 276 4| 5 124 f 923.350.— - 1.555.340.— - 1.001.850.— - 150.635.— Totaal 776 - 3.631.175.— Bij de verkoopen ingevolge art. 1223 B. W. waren betrokken 26 leeningen tot een bedrag van in totaal f 146.455.33, tegen 35 met 197.765.16® in 1909, zijnde 4.73 per mille van het aantal der uitstaande leeningen en 6.19 per mille van het uitstaand bedrag. De overeenkomstige cijfers van het vorige jaar waren 6.65 en 8.79. Het geringste bedrag dat bij deze verkoopingen was betrokkenbeliep f 437.50 het hoogste f 32.670.33. Onderpand in hoofdzaak Gebouwd. Onderpand in hoofdzaak Ongebouwd. T 01 a a 1. Aan tal. Taxatie. Verleend bedrag. Aan tal. Taxatie. 1 Verleend bedrag. Aan tal. Taxatie. Verleend bedrag. Groningen §5 261.735 I59-17° 29 f 343-292 5° 202.375 94 605.027 5° t 36I-545 Friesland 84 378.118 210.025 49 279.008 23 I52-I75 133 657.126 23 362.200 Drente 55 181.295 104.450 95 533-333 2Q2.0I5 150 714.628 396-465 Overijsel 74 434.240 258.700 17 I7I-955 IO3.9OO 91 606.195 362.600 Gelderland 49 326585 187.310 9 85.080 40.600 58 411.665 227.910 Utrecht 20 337-225 209.700 20 337-225 209.700 Noord-Holland 1) 84 626.050 379.200 16 200.070 123.350 IOO 826.120 502.550 Zuid-Holland 54 619.160 376.605 3 63.800 37.600 57 682.960 414-205 Zeeland 33 212.300 125.500 3 111.930 73.OOO 36 324.230 198.500 Noord-Brabant 12 96.725 56-475 5 62.200 32.600 17 ï58-925 89.075 Limburg 2 34-3°° 20.300 2 34-3°° 20.300 Amsterdam 2 141.OOO 105.000 2 I4I.OOO IO5.OOO ’s-Gravenhage II 352.400 241.650 II 352.400 241.650 Rotterdam 4 102.400 74-475 1 87.500 65.000 5 189.900 139-475 549 /4.103.533 /2.508.560 227 ƒ1.938.168 73 ƒ1.122.615 776 /6.041.701 73 /3.631.175 i) Excl. Amsterdam. 2) Excl. ’s-Gravenhage en Rotterdam. 77 77 77 77 77 77 77 77 77 77 77 i 77 77 77 77 11 77 77 77 77 77 77 77 77

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Nederlandsche Hypotheekbank | 1910 | | pagina 10