Aan de Aandeelhouders van de Nederlandsche Hypotheekbank te Veendain, Ingevolge het voorschrift van Art. 37 der Statutenhebben wij de eer U hier mede verslag te doen van den toestand onzer Vennootschap op 31 December 1904 en van hare verrichtingen in het afgeloopen boekjaar. Ter toelichting van de Winst- en Verliesrekening over het jaar 1904 en van de Balans per 31 December j.1.meenen wij te kunnen volstaan met verwijzing naar het Jaarverslag onzer Directeuren, dat omtrent de cijfers‘dier rekeningen in bijzonder heden treedt en dat wijals gewoonlijkhiermede overleggen. Ook dit jaar werden deze rekeningen door den heer A. E. Meijer te Amsterdam, lid le klasse van het Nederlandsch Instituut van Accountants met de boeken ver geleken en accoord bevonden. Het door dezen deskundige aan onè uitgebracht rapport betreffende zijn in den loop van het jaar op ongezettp tijden omtrent de boekhouding verricht onderzoekwas in ieder opzicht bevredigend. Wij stellen U voor aan beide rekeningen Uwe goedkeuring te hechtenaan Di recteuren en Commissarissen décharge te verleenen wegens het door hen gehouden beheer en het dividend vast 'te stellen op 10 van het door Aandeelhouders ver plicht gestort kapitaal. Hoewel de resultaten van dit boekjaar uitkeering van een hooger percentage aan dividend veroorloven, geven wij er de voorkeur aan de uitkeering thans nog niet hooger te stellen, om het buitengewoon reservefonds grooter en daardoor de funda menten onzer instelling krachtiger te kunnen maken, hetgeen aan haren naam ten goede zal komen. Als gevolg van den toegenomen omvang der administratie en daarmede gepaard gaande uitbreiding van het beambtenpersoneeldeed zich de behoefte aan meerdere ruimte voor kantoorlokalen gevoelen, waarom dan ook in 1904 begonnen werd met

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Nederlandsche Hypotheekbank | 1904 | | pagina 5