VERSLAG van de Oommissie den 6 ]&ei 1899 door Pandor iefhouders benoemd in de Algemeene Vergadering der JTaamlooze VennootschapJTederlandsehe Hypotheekbankgevestigd te Veendam. (Art. 3h[2& dl. der Statuten.) ftt.» In de Algemeene Vergadering d.d. 6 Mei 1899 door de pandbriefhouders inge volge Art. 37, alinea 2 der Statuten benoemd, hebben oiidergeteekenden inzage genomen van de hypotheekregisters der Bank en speciaal van de verschillende hypo theken met de daarbij gevoegde taxatiën en rapporten omtrent den toestand der perceelen en de soliditeit der geldnemers, waarover Uwe commissie door de ligging van het onderpand in de gelegenheid was door persoonlijke bekendheid een oordeel te vellen. Verder hebben ondergeteekenden een kort overzicht der boekhouding genomen en kwamen zij uit het een en ander tot de overtuiging, dat de Bank op voorzichtige wijze wordt beheerd un dat door de directie al het mogelijke wordt in het werk gesteld om de haar toevertrouwde belangen te behartigen. Ten slotte wenscht Uwe commissie een woord van dank te brengen aan de directie voor de welwillende wijze waarop al hare aanvragen werden beantwoord. Mr. K. MESDAG, W. G. WENDELAAR, lid van de firma MESDAG Zonen, kassiers, te Groningen. lid van de firma F. G. WENDELAAR, commissionairs in effecten, te Amsterdam.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Nederlandsche Hypotheekbank | 1899 | | pagina 11