VERSLAG VAN DE DIRECTIE ALGEMEEN Oplossing van het woningvraagstuk is voor Nederland een belang van de eerste orde. Daarom verheugt het ons, dat de Minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid blijkens zijn brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer voornemens is tot de oplossing een wezenlijke bijdrage te leveren door dit vraagstuk ook vanuit de vraagzijde te benaderen. Het besef breekt thans door, dat het te lang kunstmatig laaghouden van de huren resulteert in een onevenwichtige vergroting van de vraag. Hierdoor ontstaat een in oorsprong kunstmatige schaarstesituatie, welke prijsverhogend werkt. In deze kringloop reageert de overheid met een complex van steeds weer nieuwe distribuerende en regulerende maatregelen, waardoor de natuurlijke, in de maatschappij levende krachten, die een kostprijsverlaging en een produktievergroting zouden kunnen teweegbrengen, worden uitgeschakeld. Wij achten het daarom van groot belang, dat de bewindsman voor een nieuwe huur- en subsidiepolitiek mede centraal stelt het terugbrengen van het verschil tussen de huren van de bestaande woningvoorraad en van de nieuwbouw tot een bedrag dat door verschil in kwaliteit wordt gemotiveerd. Wij zijn van mening, dat slechts door een bewust en krachtig nastreven van het geleidelijk bereiken van „evenwichts- huren" onze woningmarkt gesaneerd kan worden. In het verslagjaar kwam in de systematiek van de verlening van rijksgoedkeuringen nog geen principiële wijziging. Een te sterke centraliserende tendens en het schoksgewijze afremmen belemmert volledige ontplooiing van alle in de bouwsector aanwezige krachten. Factoren als het lang uitblijven van de aangevraagde rijksgoedkeuringen en onzekerheid omtrent het tijdstip van verlening bemoeilijken het maken van een verantwoorde calculatie van ontwikkelingsplannen en verzwaren hun financiering. ACTIVITEITEN In de loop van het verslagjaar werden plannen in voorbereiding genomen in de Gemeenten Ede, 's-Gravenhage (plan Kijkduin), 's-Hertogenbosch, Maastricht, Roermond, Rijswijk en Venray. Deze plannen omvatten winkelcomplexen, flatbouw, eengezinswoningen en bedrijfsgebouwen; voor diverse van deze objecten werd inmiddels de aanvraag ter verkrijging van rijksgoedkeuring ingediend. Met de ontwikkeling van genoemde plannen beoogden wij een verdere spreiding van ons bezit over het gehele land. Voor de in het verslag over 1963 reeds vermelde plannen in voorbereiding in de Gemeen ten Cuyck, 's-Hertogenbosch, 's-Gravenhage, Leidschendam en diverse Gemeenten in Zeeland werd de aangevraagde rijksgoedkeuring nog niet verkregen. Nagenoeg voltooid werd de bouw van 89 flats en 70 garages te Utrecht en van 38 flats, 4 winkels en 7 garages te Apeldoorn. De verhuur van deze objecten verloopt bevredigend. De bouw van 117 flats en 15 garages te Amsterdam vond voortgang, alsook de bouw in combinatie met derden van een kantoor en flatgebouw te Vlaardingen. Van de in het vorig jaar in aanbouw genomen 60 eengezinswoningen voor verkoop elders

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Gemeenschappelijk Eigendom | 1964 | | pagina 9